christendom

Wat zijn de essentiële verschillen tussen de islam en het christendom?

De islam en het christendom zijn hetzelfde wat betreft de zedelijke moraal. Beide accepteren God, openbaring, profeten, engelen en wederopstanding. De moslims vereren en accepteren ook Jezus (vrede zij met hem). Voor moslims zijn deze overeenkomsten zeer vanzelfsprekend en in feite noodzakelijk, omdat moslims geloven dat de God (Allah) Jezus (vrede zij met hem) heeft gezonden om de mensheid te leiden en op een later tijdstip Profeet Mohammed (vrede zij met hem), met dezelfde missie heeft gezonden.

Desondanks, zijn er ook belangrijke verschillen. Moslims geloven dat een van de redenen dat Mohammed (vrede zij met hem) als profeet gezonden werd, was om bepaalde aspecten van het christelijke geloof, waarover christelijke geleerden en geestelijken het niet volledig eens waren, te corrigeren.

Essentiële verschillen tussen moslims en christenen zijn:

1. Het concept van God. Het idee dat God een zoon heeft, is in tegenspraak met het islamitische geloof. Volgens de islam “verwekt God niet, noch is Hij(zelf) verwekt.”(Koran, 112/3)

2. De drie-eenheid. Het christendom kent de leer van drie-eenheid: God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. De Bijbel vermeldt dat Jezus God in een menselijke gedaante is: God werd een mens (Johannes 1:1,14). De drie-eenheid wordt niet geaccepteerd door de islam. Volgens de islam bezit alleen God goddelijkheid. Zowel Jezus (als onderdeel van de drie-eenheid) als de Heilige Geest zijn volgens de islam geschapen wezens zonder enige goddelijkheid. “Alle lof komt Allah toe Die Zich geen zoon heeft genomen en Die geen mededinger heeft in Zijn Koninkrijk noch heeft Hij enige helper wegens zwakheid” (Koran, 17/111).

3. Goddelijkheid van Jezus. De islam kent niemand anders dan God goddelijkheid toe. Jezus (vrede zij met hem) wordt in de Koran beschreven als “het woord van God en een geest van Hem” (Koran 4/171). De geboorte van Jezus (vrede zij met hem) was even wonderlijk als de schepping van Adam (vrede zij met hem). Dat Adam zonder ouders tot wereld is gekomen, wil niet zeggen dat Adam (vrede zij met hem) een goddelijke status heeft. Op dezelfde manier heeft ook Jezus (vrede zij met hem) geen goddelijke status volgens de islam. Hij was een profeet net als alle andere profeten. Het christendom daarentegen ziet Jezus als de Zoon van God (Mattheüs 16:16). Door het leren kennen van Jezus is het mogelijk om God te leren kennen. Jezus zegt: “Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien” (Johannes 14:9b).

4. Erfzonde. De islam verkondigt dat Adam (vrede zij met hem) in het Paradijs leefde met Eva. God verbood hen om de vruchten van één boom te eten. Satan verleidde Adam en Eva om wel van de boom te eten. Zij zwichtten voor het verhaal van satan en aten een aantal vruchten van de boom. Als straf voor hun zonde, zette God hen uit het Paradijs. Adam en Eva hadden diep spijt van hun fout en toonden oprecht berouw en God, de Barmhartige, heeft hen uiteindelijk vergeven. Volgens de islam draagt daarom niemand de zonden van een ander, ook niet van Adam en Eva. Zij zijn immers vergeven door God. Volgens de islam wordt elk kind vrij van zonden geboren, als een onbeschreven blad, maar met het vermogen om te zondigen.

5. Redding. Volgens het christendom komt redding door het bloed van Jezus. Jezus is dus de redder van de mensheid. Hij is, als God ‘in het vlees’, op aarde gekomen om de mensheid te onderwijzen, te genezen, te corrigeren en te vergeven. Hij is volgens het christendom ook gestorven voor de zonden van de mensen. Hij stierf, zodat de mensen de boete voor hun zonden niet meer hoeven te betalen. De mensen zijn hierdoor ‘verzekerd’ van de genade van God. Het standpunt van de islam benadrukt de eigen verantwoordelijk van de mens voor zijn redding. Men kan door middel van geloof en goede daden, onder de leiding en met de genade van God, gered worden. Niemand anders dan God kan de mens redden. Natuurlijk moet de mens wel goede daden verrichten om gered te worden. In de Koran wordt vermeld: “De mens is vrijwel zeker verloren. Behalve degenen die geloven en goed doen, en elkaar waarheid en geduld opleggen” (Soera 103:2-3). “Allah heeft hen die geloven en de deugdelijke daden doen, toegezegd dat er voor hen vergeving is en een geweldig loon” (Soera 5:9).

Is de komst van de profeet Mohammed (vzmh) vermeld in het Evangelie?

Nadrukkelijker en vaker dan elke andere Profeet gaf de Profeet Jezus (vzmh) de goede tijdingen van de Laatste Profeet, vzmh.

In Het Evangelie naar Johannes belooft Jezus de komst van de Laatste Profeet, vzmh: Doch ik zeg u de waarheid: Het is beter voor u, dat ik heenga. Want indien Ik niet heenga, kan de ‘Parakleet’ niet tot u komen, maar indien ik heenga, zal Ik Hem tot u zenden. En als Hij komt, zal hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel. (Johannes, 16.7-8)

In deze verzen wordt aan de profeet Mohammed, vzmh, gerefereerd als de Parakleet. Parakleet komt uit het Grieks en betekent ‘onderscheider tussen waarheid en leugen.’ Hoewel christelijke vertolkers dit woord verschillende betekenissen hebben toegekend en menen dat het betrekking heeft op de Heilige Geest, is het zelfs voor christenen onmogelijk om vast te stellen of de Heilige Geest na Jezus is neergedaald en daadwerkelijk heeft voldaan aan de beschrijving van Jezus.

Als, zoals christenen beweren, de Heilige Geest de aartsengel Gabriël is, dan kwam hij vele malen tot de Profeet Mohammed, vzmh, om Goddelijke openbaringen te brengen. Bovendien noemde en voorspelde Jezus de Parakleet onder verschillende namen, zoals we in de volgende verzen kunnen zien: Wanneer de Parakleet komt, die ik u zenden zal van de Vader, de Geest der waarheid, die van de Vader uitgaat, zal deze van Mij getuigen. (Johannes, 15.26)

Nog veel heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het thans niet dragen; doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen. Hij zal Mij verheerlijken, want Hij zal het uit het mijne nemen en het u verkondigen. (Johannes, 16.12-14)

Niet veel zal Ik meer met u spreken, want de overste der wereld komt en heeft aan Mij niets. (Johannes, 14.30)

Wie anders dan de Profeet Mohammed, vzmh, kwam na Jezus? Als de trooster die de mens bemoedigt tegen de angst voor de dood, tegen de zorgen over de toekomst, en tegen allerlei soorten geestelijke aandoeningen? Als de helper die de mensheid bijstaat om werkelijk vrede en geluk in beide werelden te bereiken? Als de prins der wereld die al veertien eeuwen heerst over bijna de helft van de mensheid, en die miljoenen dierbaar is? Als de geest van de waarheid die tegenover Jezus getuigenis aflegt, die hem roem bracht door zijn profeetschap af te kondigen ondanks de ontkenning daarvan door de joden en de misplaatste vergoddelijking daarvan door de christenen, en die zijn religie terugbracht tot haar oorspronkelijke zuiverheid? Welke tekortkomingen schrijven westerse christenen aan de Profeet Mohammed, vzmh, toe, terwijl bijna alle christenen uit het Midden-Oosten in hem geloofden en zich tot de Islam bekeerden, en dat zij in hun ontkenning van hem volharden zonder daar een rechtvaardiging voor te geven?

Mawlana Jalal ad Din al Rumi, een belangrijke soefi heilige, drukt in het volgende vers de goede tijding over de Profeet Mohammed, vzmh, uit het Evangelie uit: ‘In het Evangelie wordt Mustafa met al zijn eigenschappen vernoemd, in hem bevindt zich het mysterie van alle Profeten; hij is de brenger van geluk. Het Evangelie noemt hem met zijn uiterlijke verschijningsvorm en kenmerken, en ook met zijn persoonlijke deugden en profetische kenmerken.’

Ondanks alle vervormingen die het Oude -en het Nieuwe Testament door de tijd heen hebben ondergaan, bevatten zij nog steeds toespelingen op de Profeet Mohammed, vzmh, waar wij er maar enkelen van hebben aangehaald. Als op een dag de oorspronkelijke versies van de Thora en het Evangelie ontdekt worden, zal men zien dat ze uitdrukkelijk verwijzen naar de laatste Boodschapper van God, vzmh. Dit kan worden afgeleid uit de overleveringen die voorspellen dat het Christendom gezuiverd zal worden van de geleende, vaak heidense elementen die het geïmporteerd heeft.

Hoe wordt Jezus in de islam voorgesteld?

6 belangrijke islamitische punten over Jezus (Isa), vrede zij met hem!

1. Een persoon die niet in Jezus (Isa), vrede zij met hem, gelooft kan geen moslim zijn.

Moslims moeten in alle profeten geloven en ze ook respecteren om een gelovige te kunnen zijn. Van profeet Adam (vzmh) tot Noah (vzmh) en van Mozes (vzmh) tot Jezus (vzmh) en tot de laatste profeet Mohammed (vzmh) dienen moslims in ze te geloven en ze te respecteren.

‘’Zeg: ‘Wij geloven in Allah, in hetgeen aan ons is neergezonden en in al hetgeen aan Ibrahim, Isma’il, Ishaq, Ya’qub en aan de stammen (het nageslacht van Ya’qub) is neergezonden, en in hetgeen aan Musa en aan Isa is gegeven en in hetgeen door hun Heer aan de profeten is gegeven. Wij maken geen enkel onderscheid tussen (wie dan ook van) hen. En aan Hem zijn wij overgegevenen (als moslims).’’ (Koran 2:136)

2. Jezus had een wonderbaarlijke geboorte

Moslims geloven ook dat Jezus (vzmh) wonderbaarlijk is geboren zonder een vader. Zijn moeder was Maria (Maryam r.a.). Maria wordt door alle moslims gerespecteerd en vereerd en ze staat bekend een vrome en godvruchtige persoon te zijn. Er is een complete hoofdstuk in de Koran naar Maria (Maryam) genoemd (hoofdstuk 19 van de Koran).

3. Jezus verrichtte wonderen

Moslims geloven dat Jezus vele wonderen verrichtte, zoals het genezen van de blinden en het terug naar leven brengen van de doden.

‘’En (hij zal) een boodschapper voor de Kinderen van Isra’il (zijn): ‘Ik kom tot jullie met een teken van jullie Heer; ik maak voor jullie uit klei iets wat gelijkt op een vogel; dan blaas ik daarin en het zal een vogel worden, met toestemming van Allah. En ik genees de blindgeborenen en de melaatsen en doe de doden herleven, met toestemming van Allah.’’ (Koran 3:49)

We merken op hoe Allah uitlegt dat alle wonderen die Jezus verrichtte alleen met de toestemming van Allah konden gebeuren, zodat men niet zou denken dat Jezus zelf een god was.

4. Jezus is geen god

Moslims geloven dat Jezus een van de grootste profeten was die gestuurd is door God, maar dat hij niet goddelijk was. Moslims geloven niet dat Jezus de zoon van God is noch dat hij God verlichamelijkt. Moslims geloven dat Jezus een mens was die de taak had gekregen om het boodschap aan de mensheid te overbrengen dat er geen god is dan Allah.

5. Jezus was niet gekruisigd

Moslims geloven niet dat Jezus was gekruisigd. Ze geloven dat Jezus naar de hemel is verheven en dat God in plaats van Jezus, een van zijn vijanden op Jezus liet lijken en diegene werd gekruisigd.

‘’En omdat zei zeiden: ‘Wij hebben de Masih, Isa, zoon van Maryam, de boodschapper van Allah gedood.’ Maar zij hebben hem niet gedood, noch hebben zij hem (ten dode) gekruisigd, doch het werd hun als zodanig voorgehouden. En zij die hierover van mening verschillen, verkeren zeker in twijfel. Zij hebben daaromtrent geen kennis, doch volgen slecht een vermoeden, en zij hebben hem zeker niet gedood.’’ (Koran 4:157)

6. Jezus zal terugkeren

Moslims geloven dat Jezus zal terugkeren voor de Laatste Dagen en hij zal vrede en rechtvaardigheid op de aarde stichten.

Is God in het christendom hetzelfde als Allah in de islam?

De naam Allah is een bijzondere naam van Allah en geen andere naam kan deze vervangen. Echter, wanneer men God zegt en hiermee Allah bedoelt, is dit geen enkel probleem. Het gebruik van de naam Allah wordt echter geprefereerd, want Allah heeft zich aan ons met deze naam doen kennen. In de Koran is de eenheid van Allah de rode draad door het boek. Allah is één en Hij kent in Zijn eigenschap en daden geen gelijke. Alles wat hier tegen in gaat, staat haaks op de islam en wordt beschouwd alsof Allah een naaste heeft. Een dergelijk geloof wordt door Allah niet geaccepteerd. In de Koran zien we dat of direct voor of direct na de verzen met de boodschap “er is geen god dan Hij” verschillende boodschappen worden duidelijk gemaakt. We zullen er een aantal uiteenzetten:

Waarlijk zij lasteren God, die zeggen: “Allah is Eén der Drie.” Er is geen God dan de enige God. En indien zij niet ophouden met hetgeen zij beweren, zal de ongelovigen een smartelijke straf overkomen. (De Koran, 5:73) Zeg: “O mensdom, ik ben u allen tot een boodschapper van Allah, aan Wie het koninkrijk der hemelen en der aarde behoort. Er is geen God naast Hem. Hij geeft het leven en doet sterven. Gelooft daarom in Allah en Zijn boodschapper, de reine Profeet, die in Allah en Zijn woorden gelooft en volgt hem opdat gij recht geleid moogt worden.” (De Koran, 7:158)

Zij die in de drie-eenheid geloven, kunnen hier veel lering uit trekken. Profeet Isa (Jezus) was enkel een dienaar van Allah. Echter, zijn profeetschap was zeer gezegend. Maria had de eer om de gezegende moeder van deze profeet te zijn. Zij die zover gegaan zijn om goddelijkheden toe te schrijven aan Jezus, of de mensen die zijn achtergebleven, geloven volgens de Koran niet in Allah.

Is de islam een kopie van het christendom?

Allah heeft na Adam vele boodschappers, waaronder ook Abraham, Jezus, Mozes enz. vrede zij met hen allen, naar de mensheid gezonden. Al deze boodschappers hebben in essentie hetzelfde boodschap overgebracht. ‘Geloof in de eenheid van Allah, er is een leven na de dood waar je je moet verantwoorden’. Als laatste boodschapper is onze nobele profeet Mohammed, vrede en zegeningen zij met hem, gezonden.

Deze profeten hebben niet van elkaar ‘gekopieerd’ maar ze zijn ‘gevoed’ door één Bron. Dat de islam een kopie is van het christendom en dat onze edele Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, in de leer is geweest bij de christenen is niets anders dan een ‘hersenspinsel van enkel christelijke voorgangers die hun volgelingen wilden en willen afhouden van de enorme aantrekkingskracht van de islam. Deze aantijgingen berusten op geen enkel geschiedkundig of wetenschappelijk feit en hebben zodoende geen enkele waarde. Als dit het geval was geweest dan hadden vele christelijke wetenschappers en oriëntalisten hiervan dankbaar gebruik gemaakt. Maar we zien dat deze aantijgingen nooit door wetenschappers naar voren wordt gehaald omdat het geen enkel waarheid bevat.

Mag je als moslim bevriend zijn met joden of christenen?

“O Jullie die geloven! Neemt niet de Joden en Christenen tot vriend. Zij zijn als vrienden van elkaar. En wie van jullie hen als vriend neemt, behoort ongetwijfeld tot hen. Voorwaar, Allah leidt het onrechtvaardige volk niet.” (5:51)

In de geschiedenis zijn verscheidene discussies ontstaan omtrent dit vers. Wij laten die discussies hier achterwege en proberen de betekenis van het vers te begrijpen.

Ditzelfde onderwerp is honderd jaar geleden ook aan de geleerde ‘Bediüzzaman’ Said Nursi gevraagd: “Vanuit de Koran is het afgeraden om de joden en christenen tot vriend te nemen. Hoe kan het dan dat u ons aangeeft vrienden met hen te zijn?”

Said Nursi heeft zijn antwoord gefundeerd op twee grondvesten. Een ervan in de context van de ‘Korancommentaren’ en de andere in de context van de ‘geschiedenis’.

A. Vanuit de context van de Korancommentaar (tafsier) is het antwoord dat Said Nursi heeft gegeven als volgt:

1. Om tot een goed en stevig oordeel te komen is het belangrijk dat het bewijs zeker is, en tevens moet de betekenis die het bewijs aanduidt ook zeker zijn. Het bewijs waar we het hier over hebben is een Koranvers en is dus een feit. Echter welke betekenis het heeft is niet volledig duidelijk. De mogelijkheid bestaat dat er ook andere betekenissen bedoeld worden, want dit verbod in de Koran draagt niet de betekenis van een algeheel verbod, maar heeft betrekking op een enkel aspect. Oftewel het verbod in dit vers omvat niet de joden en christenen in al hun aspecten en te allen tijde. Het verbod is open gelaten zonder duidelijke grenzen aan te geven. Zouden er duidelijk grenzen aangegeven zijn, dan was het niet mogelijk om hier iets tegen in te brengen. (Dit onderwerp wordt verder uitgelegd in de context van de “geschiedenis”)

2. Het principe is als volgt: Als een oordeel in de Koran gebaseerd is op een woord dat voortgevloeid is van een stamvorm (basisvorm) ervan, dan geeft de stamvorm van dat voortgevloeid woord de oorspronkelijke reden van het oordeel weer.

Dit kunnen we als volgt verklaren: De woorden die in Koran staan vermeld als “joden” en “christenen” zijn voortgevloeid van een stamvorm ervan. De stamvorm van deze woorden zijn “jodendom” en het “christendom”. Omdat het oordeel in de Koran is gebaseerd op een voortvloeiing van de stamvorm, kunnen volgens dit principe joden en christenen niet geliefd worden (kunnen niet als ware broeders worden gezien), omdat ze hun geloof reflecteren. Dus kunnen we wel een vriendschap met hen aangaan omwille van hun andere goede kenmerken en eigenschappen zoals behulpzaam, ambitieus, sociaal, begripvol en geduldig, welke niets met geloof te maken hebben, want deze kenmerken vallen buiten het verbod van het vers.

De islam is een geloof dat over alle jaren heen de volledige godsdienstige behoefte van de mens voorziet. Hierdoor laat het geen behoefte open voor andere geloofsovertuigingen. Gezien vanuit dit oogpunt beveelt het verheven vers de gelovigen om standvastig te blijven in hun geloofsovertuiging, niet te twijfelen aan hun geloof en afstand te houden van vriendschap die aanleiding geven tot twijfels.

Het is dus niet zo dat men vanuit dit vers, zoals sommigen beweren, op kan maken dat men in strijd moet gaan met de anders gelovigen, want het vers zegt tegen de gelovige moslims: “Neemt hen niet tot vriend”, omdat religieus vriendschap kan leiden tot hypocrisie. Het volgende moet door moslims gezegd worden: ”Voor jullie jullie godsdienst en voor mij mijn godsdienst.” [Koran 109:6]

Bovendien weet de hele wereld dat in de Koran, in de overleveringen en in 1400 jaar geschiedenis van de islam, de joden en christenen volledige vrijheid van godsdienst is gegeven. Ze waren vrij om synagogen en kerken te bouwen en hun geloof bleef gewaarborgd. Ze hebben in alle vrijheid hun geloof kunnen beleven en ondanks dat ze jaren onder de moslims hebben geleefd, was er op het gebied van hun geloof niets om over te klagen.

3. Er kan niet van iemand gehouden worden zonder dat er redenen zijn om diegene lief te hebben. Men houdt van iemand omwille van zijn eigenschappen of talent. Daarnaast is het zeker niet zo dat alle eigenschappen en talenten van een ongelovige de stempel van ongeloof draagt. Oftewel een ongelovige kan eigenschappen of talenten bezitten die passend zijn voor de islam. Waarom zou het, gezien vanuit dit oogpunt, niet toegestaan zijn om die eigenschappen of talenten mooi te vinden en er iets van op te pikken? Als een moslim getrouwd is met een joodse of christelijke vrouw, dan zal hij voorzeker van haar houden. Waarom zou hij trouwen met een vrouw waarvan hij niet houdt. De Koran staat toe dat een moslimman trouwt met een joodse of christelijke vrouw.

B. Kort samengevat is het antwoord dat Said Nursi gaf vanuit de context van de “geschiedenis” als volgt:

In de gelukzalige periode waarin de profeet Mohammed, vrede zij met hem, heeft geleefd, heeft een grote omslag naar het geloof plaatsgevonden. Iedereen was mentaal en geestelijk gefocust op het geloof. Liefde en vijandschap hadden als centrum het geloof. De mens hield van anderen omwille van hun geloof en was vijandig jegens anderen omwille van hun geloof. Vandaar dat de vriendschap die men aanging met niet-moslims zoals de joden en christenen niet puur of zuiver te noemen was.

Echter de veranderingen in de tijd waarin we nu leven zijn puur gericht op de beschaving. Ze kijken naar deze wereld. Iedereen is met hart en geest gefocust op de maatschappij, vooruitgang en de wereld. Gedachtes zijn gericht op zaken als: “Hoe kunnen we de perfecte beschaving bereiken. Hoe kunnen we ons verder ontwikkelen en vooruitgang boeken. Wat kunnen we doen om de wereldveiligheid, de bron van vrede op aarde, te handhaven.” Vandaar dat hedendaags de vriendschappelijke band die we met hen aangaan gericht is op de maatschappij en projecten om samen beter te worden. Deze vriendschap valt ongetwijfeld buiten het verbod waar de Koran over spreekt.

Welke plek heeft Jezus in de Islam?

Hoewel de naam Mohammed slechts vijf keer in de Heilige Koran genoemd wordt, wordt de naam Isa (Jezus), vrede zij met hem, wel 25 keer genoemd. Een onderdeel van de geloofsbelijdenis van de islam is het accepteren van Jezus (vrede zij met hem) als geëerde profeet van Allah, een van de hoogste in rang. Daarom zou geen enkele moslim Jezus (vrede zij met hem) durven te verwerpen. De Koran vertelt ons dat Isa (Jezus), vrede zij met hem, geëerd wordt en in het Hiernamaals tot degenen zal behoren, die het dichtst bij Allah zullen zijn;

“Toen zeiden de engelen: ”O Maryam, Allah zendt jou het heuglijke nieuws van een woord van Hem; zijn naam is al-Masih (de Messias): Isa, zoon van Maryam. Hij staat in hoog aanzien, zowel in de wereld als in het Hiernamaals en hij behoort tot hen, die dicht in de nabijheid (van Allah) vertoeven.” (3:45)

Terwijl hij wonderen als het opwekken van de doden, het weer laten zien van de blinden en het met toestemming en hulp van Allah genezen van de melaatsen volbracht, werd Jezus (vzmh) gesterkt met de Heilige Geest (5:110). Moslims geloven ook dat Isa (Jezus) naar de Hemel is opgestegen: “(En herinner) dat Allah zei: “O Isa! Ik pak u op en laat u naar Mij opstijgen” (3:55).

De Koran spreekt vol lof over Maryam (Maria), de moeder van Isa (Jezus), vrede zij met hem. “Voorwaar! De engel zei: “O Maryam! Allah heeft u verkozen en gezuiverd – verkozen boven de vrouwen van alle volkeren.” (3:42). Niet alleen is zij een van de weinige mensen die in de Koran met naam genoemd worden, haar naam wordt zelfs 31 keer genoemd. De verklaring ‘Allah heeft … u verkozen boven de vrouwen van alle volkeren’ is zeer interessant gezien het feit dat de eerste mensen die naar de Koran luisterden, tot een uit stammen bestaande en zeer nationalistische samenleving behoorden.

Volgens de islam werd Jezus (vrede zij met hem) op wonderbaarlijke wijze, zonder een menselijke vader geboren en was zijn moeder Maria een zuivere maagd;

“Zij zei: “O mijn Heer! Hoe kan ik een zoon krijgen, wanneer geen man mij heeft aangeraakt?” Hij zei: “Toch: Allah schept wat Hij vermag. Wanneer Hij een plan verordend heeft, hoeft Hij maar te zeggen “Wees” en het is!” (3:47).

Is Jezus de Zoon van God?

Moslims houden van Jezus (vrede zij met hem) en vereren hem oprecht. De islam is het alleen niet eens met de christelijke leer dat ‘Jezus de Zoon van God’ is. De Koran benadrukt dat Isa (Jezus) de zoon van Maryam (Maria) is (2:253). De voornaamste redenen zijn dat:

• Volgens de islam schendt iemand letterlijk als de ‘Zoon van God’ beschouwen, de grondbeginselen van het monotheïsme en het geloof in één ware God. De Koran verklaart: “…Hij verwekt niet, noch is Hij verwekt; en er is niemand als Hij” (112:3-4).

• De omstandigheden waaronder Adam (vrede zij met hem) zonder ouders tot leven kwam, laten zien dat het ontbreken van een vader geen goddelijkheid impliceert (3:59). Als dat wel zo zou zijn, zouden we Adam ook als ‘Zoon van God’ moeten beschouwen.

• Het verrichten van wonderen duidt ook niet op goddelijkheid, aangezien ook alle profeten voor Jezus (vrede zij met hem) een grote verscheidenheid aan wonderen hebben laten zien.