waarom

Waarom heeft de islam zoveel regels?

Mens zijn is jezelf koppelen aan regels. Dit begint al na je geboorte. Je koppelt jezelf (zonder dat je het wilt of beseft) aan de regels van je ouders die zij voor jou bepalen. In je puberteit kom je (vaak) in opstand tegen deze regels en zonder te beseffen koppel je je vast aan de regels (vriendencode) van je ‘beste’ vrienden. Niet te vergeten de regels waaraan je je moet koppelen als je naar school gaat of zelfs gaat studeren. Ieder keer als je denkt dat je losgekoppeld bent van regels en denkt dat je vrij bent, ben je gekoppeld aan nieuwe regels. Je hebt een baan dus komt een nieuwe koppeling van regels waaraan je je moet houden om je baan niet te verliezen. Ben je een ondernemer, ook dan heb je je gekoppeld aan regels.

Heb je je rijbewijs gehaald dan krijg je een flinke koppeling met regels naast je roze kaartje. Eenmaal een partner en huwelijk dan komt weer een nieuwe koppeling van regels. Kinderen krijgen brengt weer een nieuwe koppeling van regels met zich mee. Om een gezonde en rechtvaardige samenleving te krijgen, hebben landen grondwetten en vele andere wetten en regels opgesteld. Dit laat op zich al zien dat; als je de mensen op zichzelf laat zonder regels, dan ontstaat binnen de kortste keren chaos en anarchie in die samenleving.

We kunnen nog vele voorbeelden noemen waarbij zeer duidelijk wordt dat ‘mens’ zijn eenmaal regels met zich meebrengt. Als mens kun je niet vrij zijn en de regels aan je laars lappen. Als je dat toch doet moet je ook klaar zijn om de gevolgen daarvan te accepteren.

Een mens bestaat niet enkel en alleen uit een lichaam. Als mensen zich moeten koppelen aan regels om dit aardse leven te kunnen (over)leven, waarom roept men meteen ‘vrijheid’ en ‘leven zonder regels’ als het gaat om het (over) leven van je ziel en geest?

Er zijn bepaalde feiten waar we, of we nu willen of niet, niet onderuit kunnen:

• We bestaan en leven eenmaal op aarde.

• We maken ellende en verdriet mee.

• We worden oud.

• We worden ziek.

• We verliezen onze geliefden en naasten.

• We gaan dood.

Hoe ga je als ongelovige mens om met deze ‘tegenslagen’ in je leven? Hoe ga je als ongelovige om met de meest wezenlijke vragen waarmee mensen duizenden jaren mee zitten en filosofen nog steeds geen antwoord op hebben:

• Waarom ben ik op aarde?

• Wat gebeurt er na de dood?

Mensen zijn ‘intelligente’ wezens en kunnen zich niet afsluiten tegen bovenstaande punten. Gewoon vrij zijn en leven zonder regels verzacht de geleden pijn niet, en het zal zeker de angst voor de toekomst ook niet wegnemen. Zelfmoordcijfers in moderne rijke westerse samenleving laat dit overduidelijk zien.

Islam is een geloof dat zegt: ‘Let op! Je bent voor een korte periode op aarde, je hoofdverblijf waar je oneindig zal verblijven is in het Hiernamaals.’

‘En dit wereldse leven is niets anders dan vermaak en spel, het verblijfplaats in het Hiernamaals is zeker het echte leven, als zij het wisten.’ (Koran 29:64)

‘Weet dat het wereldse leven slechts een spel is, een ijdel vermaak, en pracht en praal, en opschepperij tussen jullie, en onderlinge wedijver ter vermeerdering van bezittingen en kinderen…

En het wereldse leven is niets anders dan een verleidende vorm van genot.’ (Koran 57:20)

‘Wie de beloning van het Hiernamaals wenst, voor hem vermeerderen Wij zijn beloning; en wie de beloning van het wereldse leven wenst, aan hem geven Wij daarvan, maar voor hem is er in het Hiernamaals geen aandeel.’ (Koran 42:20)

Als we voor onze korte vergankelijke aardse leven al gebonden zijn aan verschillende wereldse regels, waarom verbaast men zich dat je je aan ‘Goddelijke’ regels moet houden om zowel op aarde als in het Hiernamaals gelukkig te leven?

Naast het feit dat deze Goddelijke regels de mens mentaal sterk maakt, zorgen deze regels er voor dat we rijp worden voor onze uiteindelijke bestemming; het Hiernamaals. Islam onderscheidt zich van andere geloven door het feit dat het een geloof is die de mensen zowel het gelukzalig leven op aarde als in het hiernamaals biedt door de regels op te stellen waaraan de moslims zich vasthouden.

Zoals onderstaande verzen duidelijk maken vraagt de islam geen blinde overgave aan dogma’s. Hij eist dat zijn volgelingen ‘nadenken, beredeneren, onderzoeken, verstand gebruiken, enz.

‘Denken jullie dan niet na?’ (2:44)

‘Gebruiken jullie je verstand dan niet?’ (10:16), (21:10), (21:67), (28:60)

‘En zeker heeft hij (satan) velen van jullie doen dwalen. Gebruiken zij hun verstand dan niet?’ (36:62)

‘Er bevinden in de schepping van de hemelen en van de aarde,……. tekenen voor de mensen die verstand bezitten.’ (3:190)

Tegen iemand die zegt: ‘er is toch geen leven na de dood er zal geen Hiernamaals zijn, waarom zou ik me dan moeten koppelen aan een geloof met regels als ik ook vrij kan zijn waar niemand op let?’ Antwoordt de islam:

‘Kijk naar de Tekenen die voor je gebeuren die als vanzelfsprekend acht. Gebruik je verstand en kijk met je hart in plaats van enkel met je ogen te staren. Je zegt dat er geen leven na de dood is terwijl voor je ogen miljarden tekenen tonen dat er wel leven na de dood bestaat. Waar was je lichamelijk 10 maanden voor je geboorte? Nergens, of beter gezegd overal!

Je was in voedsel verspreid. Je leefde als atoom in graan, tarwe, vlees, groente, fruit, zuivel enz. Dit dode voedsel werd in je vader weer tot leven gewekt als spermazaadje. Na het bevruchten van het eitje stierf dit zaadje om een nieuw leven te leiden als foetus zodat deze na negen maanden weer moest ‘sterven’ en zijn wereld verlaten om verder te leven in een andere wereld dan de baarmoeder.

Je moet immers negen maanden in een donkere ruimte doorbrengen en je houden aan de regels totdat je lichaam rijp wordt voor een volgend leven. Leven in de baarmoeder is enkel mogelijk door de navelstreng. Pas nadat ze zich volledig hebben ontwikkeld en klaar zijn om hun ‘wereld’ te verlaten komen ze naar een totaal andere wereld waarbij ze al hun zintuigen en ledematen die ze in de baarmoeder hebben ontwikkeld kunnen gebruiken.

Net als een astronaut een ruimtepak nodig heeft om te leven in de ruimte heeft de mens het lichaam nodig om te leven op aarde. Als zijn tijd erop zit zal hij zijn pak hier achterlaten om verder te reizen naar zijn oorspronkelijke verblijfplaats. Ook dit is niet voor ons vreemd als we kijken naar de vele ‘pakken’ die we aan en uit hebben getrokken tijdens onze levensfase startend als zaadcel.

Leven in de baarmoeder was enkel mogelijk door de navelstreng. Om in volgend fase te leven moet je je band verbreken met je huidige wereld. Je levensader (navelstreng) moet worden geknipt om naar het ‘hiernamaals’ te gaan om te leven. Op aarde heb je immers geen navelstreng nodig. Door de Schepper is in de baarmoeder je lichaam gevormd die geschikt was om te leven op aarde. Dit lichaam moet je achter laten om je leven voort te zetten. Want voor je toekomstige leven heb je geen fysieke vergankelijke lichaam nodig, dus wees niet bedroeft dat je oud wordt en je lichaam aftakelt en later onder de grond zal vergaan tot stof.’

Zo leert de islam ons de ‘Tekenen’ van Allah te zien en te lezen. Iemand die deze tekenen ziet en weet dat er een hiernamaals is gaat zich afvragen wat zijn Schepper van hem/haar verwacht. Ook hier schiet de islam ons ter hulp. Allah, onze Schepper, heeft in een Gebruiksaanwijzing de regels nauwkeurig uiteengezet en heeft zelfs een Gids gestuurd die ons in de praktijk heeft getoond hoe we op deze wereld optimaal kunnen leven en ons optimaal kunnen voorbereiden voor ons volgende leven.

In deze Gebruiksaanwijzing geeft Allah aan hoe onze harten tot rust komen.

‘Door het gedenken van Allah komen de harten tot rust’ (13:28)

Door jezelf koppelen aan een geloof met regels komt je hart dus tot rust en ben je voorbereid op alle tegenslagen die op je pad komt. Waar mensen, die denken dat ze vrij zijn omdat ze zich niet hebben gekoppeld aan islamitische regels, vol stress en depressie door het leven gaan omdat ze mentaal en geestelijk al die tegenslagen niet aankunnen, gaan moslims die zich overgegeven hebben aan deze regels glimlachend en vol met levensgenot door het leven. Alleen dit al maakt het waard dat men zich aan de regels gaat houden van de islam.

Een ander belangrijk punt is dat moslims die zich koppelen aan de regels van Allah juist bevrijd van ketenen door het leven gaan, terwijl mensen die zichzelf niet willen koppelen aan regels van Allah, heel hun leven lang moeten ploeteren en zwoegen om aan de regels te voldoen die de samenleving heeft opgesteld.

Het is onbegrijpelijk dat men weigert om Allah te aanbidden, maar in plaats daarvan wordt men de slaaf van vele kleine ‘afgoden’ en begint men tientallen ‘godjes’ zoals geld, macht, status, vrouw, werk, en nog vele andere aardse totems en idolen te aanbidden en hun waardevolle leven aan hen te verspillen. Het trieste is dat ze veelal sterven zonder iets waardigs terug te krijgen voor hun volledige overgave.

De vraag is wie vrijer is. Iemand die Eén God aanbidt en enkel en alleen Zijn regels volgt? Of iemand die weigert Eén God te aanbidden en in plaats daarvan in een web van afgoden terecht komt met verschillende regels die onmogelijk zijn om na te komen?

‘Gebruiken jullie je verstand dan niet?’ (Koran 10:16)

Waarom willen mensen alcohol drinken?

Dat alcohol vele schadelijke gevolgen met zich meebrengt, is voor niemand meer iets nieuws. Grofweg kunnen we deze gevolgen in twee categorieën indelen, namelijk de gevolgen voor jezelf en de sociale gevolgen waarbij anderen ook betrokken zijn.

De eerste categorie spreekt voor zich. Alcohol tast je gezondheid enorm aan. Niet alleen je lever, maar ook je zenuwstelsel wordt aangetast. Dan spreken we nog niet over de schade aan je hersenen en aan je geheugen.

Ook de tweede categorie heeft weinig uitleg nodig. Alcohol kan ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld in het verkeer, op het werk (verkeerde beslissingen, financiële problemen) of in je sociale contacten (dingen zeggen of doen waar je later spijt van krijgt, ruzies, agressie en geweld). Alcohol kan dus problemen geven, voor jezelf en voor jouw naaste omgeving.

Desalniettemin blijven mensen alcohol drinken. Verslaafden terzijde, de twee meest genoemde argumenten onder jongeren zijn: gezelligheid/op je gemak voelen, en omdat het lekker zou zijn. [1] Beginnende bij het tweede argument is het verstandig om na te denken hoe slim het is om al de genoemde gevolgen van alcohol te negeren, omdat je een drank ‘gewoon’ lekker vindt. Er zijn vele andere soorten (niet-alcoholische) dranken die je ook lekker kan vinden, zonder al die risico’s.

En wat betreft de gezelligheid, willen we jullie aandacht vestigen op een wetenschappelijk artikel [2]. Hierbij doen ze immers onderzoek naar de effecten van alcohol. Allereerst wordt de terechte opmerking gemaakt dat de percepties m.b.t. de alcohol cultuurgebonden is. Op het ene eilandje in de Stille Zuidzee is het drinken van gegist suikkerrietsap verboden, vanwege de relatie met agressie, en op een ander eiland stond het juist bekend als ‘love drug’.

Zo ook heerst in Nederland en België de cultuur dat een feest niet compleet is zonder alcohol. Een groep is voorgelegd wat alcohol met ze doet. De antwoorden waren voornamelijk in de strekking van: gezelligheid en spontaniteit. Vervolgens ontvingen deze vrijwilligers in twee condities tonic. De ene groep kreeg (niet-alcoholische) tonic-tonic, denkende dat het wodka-tonic is. En de tweede groep kreeg daadwerkelijk wodka-tonic. 95% trapte in deze manipulatie. Gevolg: of ze nu alcohol krijgen of niet, wanneer mensen denken twee glazen alcohol gedronken te hebben, gaan ze zich gezelliger en socialer gedragen. Pas bij een hogere dosis worden de ‘echte’ alcoholeffecten belangrijker. Moraal van het verhaal: Je hebt geen alcohol nodig om het gezellig te maken. Dit is slechts een cultuur die eromheen is gecreëerd. Vergeet alcohol dus, en drink lekker thee! Of vele andere dranken…

[1] Aangeschoten Wild, Bureau Intraval, Groningen, oktober 1998.

[2] Reinout Wiers: Effecten van alcohol en kwetsbaarheid voor verslaving.

Waarom is het eten van varkensvlees niet-halal?

Het woord ‘halal’ betekent eenvoudigweg ‘rechtmatig’. Zo wordt al het voedsel dat op rechtmatige wijze verkregen is, als halal beschouwd.

Het leven is een heilige zegening van Allah aan de schepping, zelfs voor dieren. Indien het leven van een dier uit noodzaak van overleven genomen moet worden, mag het leven van dat dier alleen genomen worden in naam van Allah, Die het zijn leven in de eerste plaats gegeven heeft.

Dieren die op deze wijze (in naam van Allah) geslacht worden, worden als halal beschouwd. Bloed, producten van varkens en vleesetende dieren zijn voor consumptie verboden.

Ook voedsel dat met niet-halal toevoegingen bereid is, wordt als niet halal beschouwd.

De Koran verbiedt het consumeren van varkensvlees met meerdere versen waaronder het volgende vers: “Verboden is u het gestorvene, het bloed en het varkensvlees en al waarover een andere naam dan die van Allah is aangeroepen; hetgeen is geworgd en is doodgeslagen en hetgeen is doodgevallen of hetgeen door de horens van dieren is gedood en hetgeen door een wild beest is aangevreten, behalve wat gij hebt geslacht. Verder hetgeen voor afgoden is geslacht en wat gij loot door pijlen, dit is een overtreding. Heden zullen de ongelovigen aan uw godsdienst wanhopen. Vreest dus niet hen, maar Mij. Nu heb Ik uw godsdienst voor u vervolmaakt, Mijn gunst aan u voltooid en de Islam voor u als godsdienst gekozen. Maar wie door honger wordt gedwongen zonder dat hij tot de zonde is geneigd, voorzeker, Allah is Vergevensgezind, Genadevol.” (5:3)

Het vers in de Koran is duidelijk. Het eten van vlees van dieren dat niet is geslacht in de naam van Allah en het eten van varkensvlees zijn verboden. We dienen ons goed te realiseren dat wij, of we er bewust van zijn of niet, onderworpen zijn aan een test. De geboden en verboden worden de mensen aangeboden met daarnaast de consequenties van handelingen.

Om een mens in een waardige staat die het paradijs schikt te stellen, laat de Schepper de mensheid een examen ondergaan. Vanwege deze reden heeft de Heer aantal verboden en geboden vastgesteld. Wat hier dus telt is de gehoorzaamheid die getoond wordt aan de Heerser der bestaan. Samen met het principe van gehoorzaamheid aan Allah, zijn er ook vele andere wijsheden verborgen in alles wat geboden en verboden is. Ook dit verbod zal vele wijsheden bevatten. Echter de basisreden dat moslims geen varkensvlees eten is door een nadrukkelijk verbod in de Koran.

Alcohol heeft vele nadelige gevolgen, waarom drinken mensen het toch?

Dat alcohol vele schadelijke gevolgen met zich meebrengt, is voor niemand meer iets nieuws. Grofweg kunnen we deze gevolgen in twee categorieën indelen, namelijk de gevolgen voor jezelf en de sociale gevolgen waarbij anderen ook betrokken zijn.

De eerste categorie spreekt voor zich. Alcohol tast je gezondheid enorm aan. Niet alleen je lever, maar ook je zenuwstelsel wordt aangetast. Dan spreken we nog niet over de schade aan je hersenen en aan je geheugen.

Ook de tweede categorie heeft weinig uitleg nodig. Alcohol kan ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld in het verkeer, op het werk (verkeerde beslissingen, financiële problemen) of in je sociale contacten (dingen zeggen of doen waar je later spijt van krijgt, ruzies, agressie en geweld). Alcohol kan dus problemen geven, voor jezelf en voor jouw naaste omgeving.

Desalniettemin blijven mensen alcohol drinken. Verslaafden terzijde, de twee meest genoemde argumenten onder jongeren zijn: gezelligheid/op je gemak voelen, en omdat het lekker zou zijn. [1] Beginnende bij het tweede argument is het verstandig om na te denken hoe slim het is om al de genoemde gevolgen van alcohol te negeren, omdat je een drank ‘gewoon’ lekker vindt. Er zijn tig andere soorten (niet-alcoholische) dranken die je ook lekker kan vinden, zonder al die risico’s.

En wat betreft de gezelligheid, willen we jullie aandacht vestigen op een wetenschappelijk artikel [2]. Hierbij doen ze immers onderzoek naar de effecten van alcohol. Allereerst wordt de terechte opmerking gemaakt dat de percepties m.b.t. de alcohol cultuurgebonden is. Op het ene eilandje in de Stille Zuidzee is het drinken van gegist suikkerrietsap verboden, vanwege de relatie met agressie, en op een ander eiland stond het juist bekend als ‘love drug’.

Zo ook heerst in Nederland en België de cultuur dat een feest niet compleet is zonder alcohol. Een groep is voorgelegd wat alcohol met ze doet. De antwoorden waren voornamelijk in de strekking van: gezelligheid en spontaniteit. Vervolgens ontvingen deze vrijwilligers in twee condities tonic. De ene groep kreeg (niet-alcoholische) tonic-tonic, denkende dat het wodka-tonic is. En de tweede groep kreeg daadwerkelijk wodka-tonic. 95% trapte in deze manipulatie. Gevolg: of ze nu alcohol krijgen of niet, wanneer mensen DENKEN twee glazen alcohol gedronken te hebben, gaan ze zich gezelliger en socialer gedragen. Pas bij een hogere dosis worden de ‘echte’ alcoholeffecten belangrijker. Moraal van het verhaal: Je hebt geen alcohol nodig om het gezellig te maken. Dit is slechts een cultuur die eromheen is gecreëerd. Vergeet alcohol dus, en kies een ander onschadelijke drank.

[1] Aangeschoten Wild, Bureau Intraval, Groningen, oktober 1998.

[2] Reinout Wiers: Effecten van alcohol en kwetsbaarheid voor verslaving.

Wat is de betekenis van het (aan)bidden is?

In het besef van de eigen tekortkomingen, zwakheden en behoeftigheid in de aanwezigheid van Allah, werpt de mens zich uit liefde en bewondering voor de volmaaktheid van Zijn Heerschappij, Zijn Goddelijke Macht en Zijn Goddelijke Genade, als dienaar van Allah ter aarde.

Elk specifiek gebed staat voor het verheerlijken, verheffen en danken van de Heer. In de islam is het voorgeschreven gebed (salât) dusdanig (vormgegeven) dat mensen er zowel mentaal, sociaal, spiritueel als lichamelijk mee bezig zijn. Als onderdeel van het gebed reciteert een moslim delen van de Koran, spreekt hij of zij woorden van verheerlijking, verheffing en dank, en verricht hij of zij een aantal bewegingen zoals de handen tot schouderhoogte opheffen, met de handen voor het lichaam gevouwen staan, buigen, op de grond neerknielen en vooroverbuigen en zitten. De bewegingen in een gebed hebben specifieke doeleinden en betekenissen, zoals het uitdrukken van onderwerping aan Allah.

Waarom vijf keer per dag?

De vijf tijdstippen van aanbidding zijn de vroege ochtend, het midden van de dag, de namiddag, avond en nacht. Dit zijn belangrijke tijdstippen voor mensen gedurende de dag en symboliseren de belangrijke momenten in het leven, namelijk de geboorte, het volwassen leven, de oude dag, de dood en het volledig loskomen van deze wereld. Bovendien wordt de moslim op deze manier gedurende de hele dag aan Allah herinnerd en zal diegene minder snel neigen om zondes te verrichten.

Vijf keer per dag lijkt misschien erg veel, maar gezamenlijk nemen ze niet meer dan een uur in beslag. Moslims zien het ook niet als een last. Integendeel, ze geven Allah een uur van hun dag terug, in het besef dat Allah hen 24 uur geschonken heeft. Het gebed is een mogelijkheid om zonder tussenkomst van anderen in communicatie te treden met Allah.

In welke richting?

Alle moslims richten zich wanneer zij bidden in de richting van de Kaba. Dit betekent niet dat zij de Kaba aanbidden of denken dat Allah zich in de Kaba bevindt. Het geeft slechts de bidrichting aan.

Waarom moeten moslims gaan bidden?

Bidden schenkt de ziel en het verstand rust en is makkelijk voor het lichaam. Bovendien transformeert de juiste intentie onze daden en ons gedrag in aanbidding. Zo wordt onze korte levensduur ten goede van het eeuwige leven in de andere wereld besteedt en krijgt ons voorbijgaande leven een soort duurzaamheid.

Het verplichte gebed is de pijler van religie en de beste van goede daden. Degene die niet bidt, kan geen gebouw van religie bouwen op het fundament van geloof. Elk fundament waar een gebouw niet op gebouwd is, kan verwijderd worden. De Boodschapper (vzmh) heeft ons geleerd dat het is als een rivier die langs ons huis stroomt. Degene die er vijf keer per dag in baadt, wordt van al het vuil gereinigd (dat hem in de tijd tussen twee baden in, bevuild kan hebben). Daarnaast heeft hij geleerd dat de verplichte gebeden als boetedoening kunnen dienen voor de kleinere (niet zo zware) zonden die tussen de gebeden in begaan zijn (Moeslim, “Tahara,” 16).

De Koran verklaart dat het verplichte gebed ons behoedt voor het begaan van onfatsoenlijkheden en andere slechte daden (29:45). Daarnaast dient het om berouw te tonen en Allah om vergeving te vragen. Op dezelfde manier kan een goede daad die direct na het begaan van iets slechts, verricht wordt ervoor zorgen dat die slechte daad vergeven wordt. Het wordt dan ook ten zeerste aangeraden om direct na een slechte daad iets goeds te doen. Net als het verplichte gebed, kan een dergelijk manier van handelen ons van ander kwaad weerhouden.

Bidden lijkt een inspannende opgave, maar geeft in werkelijkheid juist een onbeschrijfelijke rust en gemoedsrust. Degenen die bidden reciteren ashhadu an la ilaha illa Allah (ik getuig dat er geen Godheid buiten Allah is). Alleen Hij kan leed of voordeel schenken. Hij is de Alwijze, Die niets zonder reden doet; de Albarmhartige, Wiens genade en beloning overvloedig zijn. Door te geloven, zien gelovigen in elke gebeurtenis een deur naar de rijkdom van Allah’s Genade en kloppen zij daarop door middel van hun smeekbedes. Aangezien zij weten dat hun Heer en Ondersteuner alles controleert, zoeken zij hun toevlucht tot Hem. Door volledig op Hem te vertrouwen en zich volledig aan Allah over te geven, kunnen zij het kwaad weerstaan. Hun geloof geeft hen volkomen (zelf)vertrouwen.

Zoals alle goede daden, komt moed voort uit geloof in en trouwe toewijding aan Allah. Zoals alle slechte daden, komt lafheid voort uit misleiding. Als de Aarde zou ontploffen, zouden de dienaren van Allah met een waarlijk verlicht hart, niet bang zijn – zij zouden het zelfs als wonder van de Macht van de Eeuwig-Aanbedene kunnen opvatten. Een rationele maar niet-gelovige filosoof beeft wellicht al van angst bij het zien van een komeet, laat staan als die de Aarde zou raken.

Ons vermogen om in onze eindeloze behoeften te voorzien, is nihil. We staan bloot aan bezoekingen waar we met onze eigen kracht geen weerstand aan kunnen bieden. Terwijl onze wensen en eisen, ons lijden en onze zorgen zo groot zijn als onze verbeelding, beperkt onze kracht zich tot wat we kunnen bereiken.

Iedereen die niet geheel blind is voor de waarheid, begrijpt dat het beste dat we kunnen doen, is om ons over te geven aan Allah, Hem te aanbidden, in Hem te geloven en vertrouwen in Hem te hebben. Een veilige weg geniet de voorkeur boven een gevaarlijke, zelfs wanneer de kans om die veilig af te leggen, klein is. De weg van geloof leidt ons met een hoge mate van zekerheid tot het eeuwige geluk; tegelijkertijd levert de weg van ongeloof en zondigen geen voordeel op en leidt deze vrijwel zeker tot oneindig verlies. Net als ontelbare experts en mensen met inzicht en kennis, zijn zelfs de reizigers op deze wegen, het eens over deze waarheid.

Samenvattend, is geluk in deze wereld, net als geluk in de andere wereld, afhankelijk van overgave aan Allah en Hem met toewijding dienen. Loof Hem dus altijd, door te zeggen: “Eer aan Allah voor gehoorzaamheid en succes op Zijn weg,” en dank Hem dat we Zijn gelovige en aanbiddende dienaren (mogen) zijn.

Waarom heeft Allah profeten gestuurd?

Allah heeft geen enkele gemeenschap van wezens geschapen zonder een doel, en hen zonder gids of leider gelaten. Het is onbegrijpelijk dat Allah Almachtig, die de bijen heeft voorzien van een koningin, de mieren van een leider, en die ook de vogels en de vissen leidt, de mensheid zonder Profeten zou laten die hen kunnen leiden tot spirituele, materiële en intellectuele perfectie.

Hoewel de mens in staat is om Allah te vinden door over natuurlijke verschijnselen na te denken, is hij zonder een Profeet niet in staat om het doel van zijn schepping te vinden, vanwaar hij komt, wat zijn uiteindelijke bestemming is in het leven en hoe de Schepper geëerd en geprezen moet worden. De Profeten leren de mensen ook de betekenis van de schepping en de waarheid der dingen en zij ontsluieren de mysteriën achter de historische en de natuurlijke gebeurtenissen. Zonder de Profeten, zou de mensheid niet in staat geweest zijn om enige wetenschappelijke ontwikkeling te bereiken. Want hoewel zij die de evolutionaire benadering hebben aangenomen in het verklaren van historische gebeurtenissen, de neiging hebben om alles toe te schrijven aan toeval en een volledig deterministische evolutie, waren het opnieuw de Profeten die de mensen leidden in intellectuele en daardoor wetenschappelijke verlichting. Om deze reden hebben landbouwers, door de traditie heen, de Profeet Adam als hun eerste meester erkend en de kleermakers de Profeet Enoch. De scheepsbouwers en zeelieden erkennen de Profeet Noah als hun meester, de horloge- en klokkenbouwers erkennen de Profeet Jozef enz. Bovendien, door de wonderen die zij verrichtten, duidden de Profeten de einddoelen aan in de wetenschappelijke en technologische vooruitgangen en moedigden zij de mensen aan deze te verwezenlijken.

Zowel door hun persoonlijk gedrag als door de hemelse religies en Geschriften die zij aan hun tijdgenoten overbrachten, hebben de Profeten ook de mensen geleid om hun aangeboren capaciteiten te ontwikkelen, en leidden zij hen naar het doel van hun schepping. Zonder de Profeten zou de mens, deze vrucht van de boom der schepping, aan de ondergang worden prijsgegeven.

De mens heeft rechtvaardigheid in het sociale leven nodig, net zoals hij de innerlijke vrede nodig heeft in zijn privéleven. Het waren nogmaals de Profeten die de mensen leerden hoe ze de wetten van het leven en de regels voor een perfect sociaal leven, op rechtvaardigheid gebaseerd, moesten ontdekken en volgen.

De Laatste Profeet

Telkens als de mensheid, na de leiding door een Profeet, terug in de duisternis viel, zond Allah nieuwe Profeten om hen opnieuw in het Licht te leiden. Dit ging zo verder tot de komst van de Laatste Profeet, Mohammed, vzmh (vrede zij met hem). De reden dat Mozes en Jezus, vzmh, werden gestuurd, vergt dat de Profeet Mohammed, vzmh, na hen zou worden gestuurd. Omdat het echter niet langer nodig was om na Mohammed, vzmh, opnieuw een Profeet te sturen, werd hij de laatste en doorheen zijn Profeetschap werd de functie ervan ‘verzegeld’. Door zekere sociologische en historische feiten, die hier niet uitgelegd worden omdat ze te uitgebreid zijn, werd de Profeet Mohammed, vzmh, naar de héle mensheid gestuurd, niet naar een bepaald volk. Hij werd immers ‘als een zegen voor alle werelden’ gestuurd. Daarom is een Moeslim, een volgeling van de Profeet Mohammed, vzmh, ook een volgeling van alle voorgaande Profeten en gelooft hij in hen, zonder enig onderscheid te maken tussen deze Profeten.

‘De Boodschapper gelooft in wat zijn Heer hem heeft toegezonden en de gelovigen doen dit ook. Zij allen geloven in Allah en in Zijn engelen, Zijn Schriften en Zijn Boodschappers. ‘Wij maken geen onderscheid tussen enige van Zijn Boodschappers’ en zij zeggen: ‘Wij horen en gehoorzamen. Ken ons uw Vergeving toe, onze Heer, Gij zijt ons reisdoel.’ (Al- Baqarah, 2:285)

Daarom is de Boodschap van Mohammed, vzmh, de religie der Islam, die hij van Allah heeft ontvangen en naar mensen heeft overgebracht: universeel en alomvattend naar tijd en ruimte.

Het is hier niet mogelijk om het Profeetschap te beschrijven en te vertellen welke verhalen er allemaal over de Profeten de ronde doen. Hierdoor geloven wij dat, als wij onze aandacht toespitsen op het Profeetschap van de Zegel der Profeten, Mohammed, vzmh, die ons vertelde over de andere Profeten en Goddelijke Schriften, en ons de Heer liet kennen: wij meteen ook die andere Profeten kennen en hun Profeetschap wordt bewezen.

Geloof in Allah is de bron van het geluk. Door de Laatste Profeet, vzmh, te volgen, de Laatste Boodschapper van Allah, vzmh, zullen wij in beide werelden welvarend zijn. Als de mensheid verlangd om gered te worden van verstikking en ellende in alle levensgebieden en zowel intellectuele, spirituele en materiële perfectie te bereiken, dan moeten zij met heel hun hart geloven dat Mohammed, vzmh, de Boodschapper van Allah is en zijn leiding in dit leven volgen.

Omwille van welke voordelen moet een moslim bidden?

In de Koran vermeldt Allah: “O mensen aanbidt jullie Heer. Degene die jullie en degenen vóór jullie heeft geschapen.” (2-21)

We aanbidden Allah, omdat Hij Allah is, en wij Zijn dienaren. Hoe ondankbaar is de mens die oneindig veel gunsten van Allah niet ziet of niet wil zien en zich afzijdig houdt van aanbidding.

Of we nu gelovig zijn of niet, we gehoorzamen onze ouders en doen wat ze vragen. Waarom? Omdat het voordelen voor ons heeft? Nee, we gehoorzamen en geven gehoor aan hun vraag omdat het onze ouders zijn. Dus op een vraag: Waarom bidden we, wat zijn de voordelen van het gebed? Is het enige antwoord: Omdat Allah het wilt! Ook al had het gebed geen enkel voordeel dan nog moeten we Allah aanbidden.

Zoals we weten bestaat een mens uit een lichaam en een spirituele ziel/geest. Voor een gezond lichamelijk leven moeten we ons lichaam goed onderhouden en voeden. Net zoals ons lichaam voeding nodig heeft, heeft onze spirituele ziel/geest ook voeding nodig. Aanbidding is de voeding van onze geest en ziel. Zonder aanbidding sterft onze spirituele geest/ziel en leven we alleen voor onze dierlijke lusten en driften. Waardoor we worden gedegradeerd tot het niveau van dieren terwijl Allah ons als mensen heeft geschapen. Wat voor gevolgen dit in het hiernamaals heeft is niet te voorzien!

Allah is Almachtig, Hij heeft geen enkel behoefte aan onze gebeden. Als iedereen op de wereld zou besluiten om Allah te gaan aanbidden, dan zal dit helemaal niets toevoegen aan de Goddelijkheid van Allah. Als opeens alle moslims besluiten om Allah niet meer te aanbidden, dan zal dit helemaal niets laten afnemen van de Goddelijkheid van Allah.

Dus onze aanbidding verrichten we niet voor Allah maar voor onszelf om onze spirituele zintuigen zo te ontwikkelen dat ze rijp zijn voor het paradijs. Wie anders dan onze Schepper kan ons de beste vorm van aanbidding leren? Hij heeft ons ontworpen en geschapen en heeft een handleiding gegeven waarin we precies kunnen lezen hoe we optimaal gebruik kunnen maken van dit aardse leven zodat we in een volmaakte en gezonde toestand door kunnen gaan naar het hiernamaals.

Als een arts aan een ernstig zieke persoon een kuur opgeeft bestaande uit verschillende soorten medicijnen en voorschrijft hoe hij deze moet gebruiken, zal de patiënt de arts oneindig dankbaar zijn. En zeker niet tegen de arts gaan zeggen; waarom zou ik al deze medicijnen moeten innemen, wat voor baat heb jij erbij dat ik dit allemaal inneem? Net zo heeft Allah ons gebeden voorgeschreven om ons van onze spirituele ziektes te genezen en ons voor te bereiden voor het hiernamaals.

Waarom geven we dan geen gehoor aan het gebod van Allah om Hem te aanbidden? Wat weerhoud ons hiervan? Ons ego! We zijn zo egoïstisch geworden dat we onze vinger niet eens meer uit willen steken als we zelf er niet beter van worden. Ons ego is heeft ons zo verslonden dat we moeite hebben om Allah te aanbidden, maar geen enkele moeite hebben om onze driften, lusten en verlangens te aanbidden. Want in ieder mens zit de drang om te aanbidden. Moslims aanbidden Allah, anderen aanbidden god of meerdere goden. Zelfs mensen die niet in een god geloven aanbidden; geld, vrouwen, superstars, idolen, leiders enz. Dus we kunnen niet van aanbidding afkomen het zit in onze natuur. Het gaat er om dat we Diegene gaan aanbidden die ons in het Hiernamaals zal ontvangen en zal belonen voor onze aanbidding.

Onze dagelijkse gebeden nemen in totaal 1 uur per dag in beslag. De overige 23 uur hebben we nog steeds voor onszelf.

Denken we dat het Paradijs, als beloning voor onze inzet van één uur, te weinig is terwijl we minimaal 8 uur per dag jarenlang zwoegen voor een miezerige salaris, waarvan we vaak nauwelijks kunnen rondkomen?

Kortom: Er zijn zeker vele voordelen bij aanbidding, maar deze voordelen zijn niet de redenen waarom we zouden moeten aanbidden. Wij verrichten onze gebeden enkel en alleen omdat Allah het wilt.

Waarom stelt Allah het verplicht om gebeden uit te voeren?

In dit uitgestrekte heelal bevindt de mens zich onder omstandigheden waarin hij erg behoeftig en afhankelijk is. De mens is niet almachtig, noch kan hij zich alleen in zijn onderhoud voorzien. Alleen om te overleven is hij voortdurend afhankelijk van zaken van vitaal belang, die niet geheel binnen zijn handbereik liggen. Tegelijkertijd is hij zwak en erg kwetsbaar: Hij kan onder veel situaties gebukt gaan die zijn meest gekoesterde verlangens doen wegjagen. Hij wordt in beslag genomen door zorgen, ziektes en rampen, die een levenswerk in een oogwenk kunnen ruïneren.

Hij kan er niet om heen om in zijn contact met zijn omgeving, met het aantal en verscheidenheid aan planten, bomen, dieren, rivieren en bergen en in zijn contact met de grootsheid der hemelen, na te denken over zijn zwakte en betrekkelijke onbeduidendheid. De overpeinzing en het diepgaande inzicht in zijn hulpeloosheid en kleinheid in vergelijking tot de ontzaglijke harmonieën en de grootschalige orde om zich heen, maakt iets in hem wakker dat diep in zijn ziel ingebed ligt en dat hem beweegt tot erkenning van het goddelijke en Zijn aanbidding. Hij is verplicht om achter of voorbij de fysieke wereld, het bestaan van een grote, mysterieuze kracht te aanvaarden die controle uitoefent op alles wat bestaat. Aangezien alles wat hij kan waarnemen duidelijk afhankelijk is van weer iets anders en aangezien alles vergankelijk is, kan geen van wat hij kan zien of aanraken datgene zijn wat hij moet aanbidden. Veel eerder brengen ervaring en verstand hem tot de conclusie dat er achter de zichtbare en tastbare harmonie van het heelal een Hoogste Zijn, een Voortreffelijke Wil aanwezig is die alles leidt en controleert en derhalve zijn doel van aanbidding moet zijn.

Door nauwgezet het bestaan te overdenken, krijgt de mens besef van de allesomvattende wetmatigheid en orde, de uniformiteit en regelmaat van alle dingen en voorvallen en hun gehoorzaamheid aan een Almachtige Wil binnen het heelal. Hij realiseert zich zodoende dat binnen die wetmatigheid en orde alles een eigen rol heeft die zijn doel of plicht vormt. Omdat hij zelf een deel binnen het geheel is, komt hij tot het besef dat zijn bestaan geen doelloze gebeurtenis kan zijn, maar dat ook hij een doel te realiseren, een taak te volbrengen heeft.

Observatie van het bestaan vanuit de schoonheidsleer, geeft hem de bevinding dat het uitblinkt op een niet na te bootsen wijze. Van de menselijke gedaante zelf tot de levendige schoonheid van de talloze vormen en kleuren op aarde en de schoonheid van de sterren en planeten, raakt alles hem in zijn diepste en doet hem meer dan alleen ontzag inboezemen. Het geeft een vurig verlangen om de Maker en Eigenaar van dit, wat zijn ziel en gevoelens zo in verrukking brengt en bekoort, te leren kennen. Het is alsof alles in een andere wereld ontworpen en gemaakt is en daarna gepresenteerd wordt aan de mens opdat hij zijn verwondering kan uitspreken, terwijl hij er gebruik van maakt.

De mens krijgt de wereld aangeboden als een tafel, overvloedig bedekt met allerlei fruit en spijzen en versieringen van elke soort voor zijn gebruik en genot. Telkens wanneer hij zijn hand uitstrekt naar zo’n geschenk, voelt hij onvermijdelijk de aanwezigheid van de Schenker, waardoor hij een nog groter plezier en bewondering beleeft. Waren baby’s bij machte om gedachten te kunnen formuleren en uit te drukken, dan zouden ze zeker zeggen dat de melk die ze zuigen als van een andere wereld is, waar deze naar hun behoefte is klaargemaakt. Ze zouden dan dankbaarheid en eerbied tonen aan Hem die hen op deze wijze via hun moeders borst voedt.

In formele religieuze termen zouden we zeggen dat gevoelens en begrippen zoals die door de natuur opgewekt worden in het menselijke bewustzijn, een stadium zijn van bevestiging van de Schone Namen en Attributen van de Maker die zich door zijn creatie kenbaar maakt. Elke lof, elke pracht en elke schoonheid vertelt over degene die haar schiep, mogelijk maakte of voorzag. Elk systeem, evenwicht en orde duidt op iemand die het instelde en voortdurend in stand houdt. Alles bij elkaar genomen voelt de mens zich verplicht om dankbaar te zijn voor alle geschenken die hij ontvangt en Allah te aanbidden als antwoord op Zijn bekendmaking van zichzelf.

Voortbouwend op dit feit zeggen de Moe’taziles, en tot op zekere hoogte de Matoerides, dat als er geen Profeten waren gezonden en er geen leidraden (moershids) waren om mensen te begeleiden in de goede richting, dan nog zou de mens verplicht zijn geweest om Allah te kennen en juist te handelen, eenvoudigweg door te kijken naar de gebeurtenissen die zich in het heelal manifesteren. Er is ook enige aanwijzing die dit argument ondersteunt. Voor de komst van de islam waren veel mensen, inclusief Mohammed, vrede zij met hem, later de Boodschapper van Allah, geboren in het hart en citadel van het heidendom en veelgoderij, Mekka: niemand toonde hun de weg naar Allah, niemand sprak tot hen, zelfs niet tot Mohammed, vrede zij met hem, over de Eenheid van Allah (tawhid). Desondanks was er een nomade in de woestijn, een bedoeïen, die zei: ”Uitwerpselen van een kameel wijzen op de aanwezigheid van een kameel, voetsporen op het zand spreken van een reiziger. Is het dan niet zo dat de hemel met haar sterren, de aarde met haar bergen en dalen en de zee met haar golven wijzen op de Maker, de Almachtige, de Alwetende, de Wijze en de Zorgzame?”

Als een eenvoudige bedoeïen, wiens kennis zich beperkte tot de woestijn, al zulke gewaarwordingen kon hebben, wat te zeggen dan van anderen, zoals de man die later tot Boodschapper van Allah werd benoemd, Mohammed, vrede zij met hem, wiens diepgaande gewaarwordingen en begrip de wereld zouden redden? Lang voordat de goddelijke Openbaring kwam, realiseerde hij zich de bedoeling van het bestaan, “voelde” de Waarheid (al-Haq) in het grote boek van het heelal en begon er naar te zoeken. Hij trok zich terug in de grot van Hira en wijdde zich geheel aan meditatie. Citerend van Khadijah, vertelt Aisha in een hadith, die opgenomen is in Boechari’s grote Sahih (B, Bad’al-Wahy, 3), dat Mohammed, vrede zij met hem, zich geheel aan het gebed toewijdde, en slechts zo nu en dan terugkeerde om wat proviand te halen. Dit zou erop kunnen wijzen dat de mens de capaciteit heeft om enige graad van kennis te bereiken en zo Allah te dienen volgens zijn eigen gewaarwordingen en begrip.

Het is nuttig om de laatste woorden en gedachten van Zaid bin Amr, de oom van Umar ibn al-Khattab, te vermelden. Deze man leefde niet lang genoeg om het profeetschap van Mohammed, vrede zij met hem, mee te maken, maar intuïtief voelde hij de waarheid van de Islam en de betekenis en belang van de komende Profeet Mohammed, vrede zij met hem. Hij wist niet hoe hij datgene wat hij bijna ten volle voelde, moest benoemen. Hij verzamelde zijn familieleden rond zijn sterfbed en zei: ”Het licht van Allah schijnt aan de horizon. Ik ben ervan overtuigd dat het spoedig in zijn geheel zal opkomen. Ik voel reeds zijn tekenen boven onze hoofden.” Sprekend tot Allah vervolgde hij: ”O Grote Schepper! Het is mij niet mogelijk gebleken U echt te kennen. Had ik U wel gekend dan had ik mijn gezicht tegen de grond gelegd voor U en was ik nooit in afwachting van Uw gunst overeind gekomen.” (Ibn Sad: Tabaqat, 1: 161-2; Ibn Hajar: al-Iasaba). Blijkbaar kan een zuiver geweten, dat niet bedorven en bevooroordeeld is door het heidendom en veelgoderij, door de pracht en harmonie van de schepping te beschouwen, begrijpen wat de positie van de mens binnen die schepping is, en trachten Hem die hem geschapen en alles geordend heeft, te dienen en te behagen.

Het kennen van Allah impliceert Zijn aanbidding. Aangezien Hij ons in allerlei gunsten voorziet, is Hem dienst verschuldigd. Te midden van alle zegeningen bevindt zich de zegening van het gebed zelf met de juiste handelingen en middelen. Allah formuleert voor ons de gebeden om te voorkomen dat wij in een stuntelige ijver hem te behagen, op ongepaste of dwaze wijze zouden spreken of ons zo zouden gedragen. Anders was het wellicht mogelijk te kunnen getuigen van mensen die woorden uitkramen als: waar zijn Uw knieën, O Heer, om mijn gezicht erop te zetten, of Uw hand om mij te troosten en andere onbeschaamde en misleidende uitdrukkingen.

Openbaring redt de mens van deze onwetendheid en leert hem hoe hij moet bidden. Dus door de openbaringen van Allah via Zijn Boodschapper ontdekken we dat we, om passend de staat van gebed te betreden, bepaalde regels moeten volgen. Voordat men begint moet men zich reinigen (woedoe). Aan het begin moet men “Allahoe akbar” zeggen, wat betekent dat Allah groter is dan alle hoofdbezigheden en afleidingen, groter dan de mens zelf (nafs), hetgeen betekent dat alleen Allah groot is. Om overgave aan te geven moet men in vredige en eerbiedige stilte gaan staan met beide handen voor zich in elkaar gebonden. Vanaf dat moment moet men zich zo volledig en diep mogelijk concentreren als mogelijk. Dan, afhankelijk van zijn graad, kan men spiritueel de Hemelvaart, die de Geliefde Profeet, vrede zij met hem, is gegund, meemaken. In overeenkomst met de kwaliteit van zijn concentratie en oprechtheid ervaart men het verlangen en het plezier om op te stijgen naar de oorden waarheen de Profeet, vrede zij met hem ook is opgestegen. Terwijl men innerlijk omhoog klimt, knielt men lichamelijk, eerbiedig, om zijn overgave te vernieuwen en zijn nederigheid uit te drukken. Door zo te handelen ervaart men een andere staat in zijn dienst en men werpt zich in nog meer ontzag en nederigheid neer.

Overeenkomstig met de diepte van zijn overgave hier, kan men verschillende oorden betreden. In de hoop op vooruitgang tilt men het hoofd even op van de eerste onderwerping (prosternatie) om te rusten en zich opnieuw voor de tweede keer neer te werpen. Op dat moment kan men de betekenis van de volgende hadith in Sahih Moeslim ervaren: “Nooit is de onderdaan dichter bij Allah, dan wanneer hij zich in Zijn aanbidding prosterneert” en de betekenis van het vers: Wie ziet jou wanneer je staat en jouw bewegingen te midden van hen die zich nederwerpen? (Koran 26:218-219)

Het gebed in zijn vorm die ons door duidelijke onderwijzing en leiding wordt geleerd, is de beste aanbidding die voortvloeit uit die liefde en ontzag voor overgave aan Allah en die geloof in Hem en kennis van Zijn goddelijke aanwezigheid teweegbrengen. Om niet ongepast of onnozel te spreken en te handelen, volgen we de door Allah en Zijn Profeet, vrede zij met hem, voorgeschreven patronen, aan de hand waarvan we Hem behagen en doen wat goed voor onze bestwil is.

Elk moment van het leven hebben we behoefte aan hulp, leiding en advies. Stel je eens voor dat een vriend je benadert en goede raad geeft over het beheren van je zaak; hier moet je bezuinigen, daar investeren, ga zo te werk om niet bedrogen te worden, zo kun je je arbeidskracht efficiënter benutten, enzovoorts, en dat deze vriend je niets aanrekent wat betreft jouw opvolging of afwijzing van zijn advies. Tenzij je je verstand hebt verloren, volg je natuurlijk zijn raad. Net zo gaan we de valkuilen van buitensporigheid en ongepastheid uit de weg, door het gebed te verrichten op de door Allah voorgeschreven wijze, en ontvangen we gunst en zegeningen die buiten onze voorstelling te boven gaan.

Door “Allahoe akbar” te zeggen is het net of we op een knop drukken die voor ons de goddelijke Rahman (Genade) opwekt, en waarbij onze zielen worden aangezet tot een tocht zoals de Hemelvaart van de Profeet, vrede zij met hem. Het reciteren van Soera “Al Fatiha”, de openingssoera van de Koran, lijkt de weg te openen naar het grootste mysterie. Met elk woord in feite, elke gebaar en beweging en hun vorm binnen het gebed, lijken we verborgen deurensloten en geheime deuren te openen die naar verborgen oorden en het eeuwig geluk leiden. Met het gebed worden alle wegen recht gemaakt en de deuren geopend; tevens worden onze recitaties en smeekbeden in de aanwezigheid van Allah aangehoord en de engelen verzamelen zich om ons heen wanneer we ons in oprechtheid neerwerpen.

Niemand kan beweren dat zulke dingen niet gebeuren. De overleveringen van de Profeet Mohammed, vrede zij met hem, verzekeren ons van dit gebeuren integendeel. Daarom wordt de vorm van het gebed dat door Allah is voorgeschreven het meest aanvaard. Wanneer iemand een machine koopt, is het onnozel, als hij niet de meegegeven instructies opvolgt, maar zijn eigen gang gaat. Op dezelfde wijze weet de Schepper hoe we het best kunnen handelen om in deze wereld en in het eeuwige leven hierna gelukkig te zijn. Dus is het wijs om de gebeden te verrichten in de vorm die door de Schepper is voorgeschreven en door Zijn Boodschapper, vrede zij met hem. In werkelijkheid zijn het alleen de Moslims wiens vorm van aanbidding, met zijn pracht en eenvoud, uitgevoerd wordt zoals door Allah is voorgeschreven en die Hem belieft. Dat is een grote gunst van Allah aan de moslims. Zij die zich door de eeuwen heen met de toestemming van Allah toegewijd hebben aan de hernieuwing en herleving van de Islam, zijn steeds het best en meest correct geweest in het gebed. En dat geldt vandaag de dag nog steeds. Wij zijn het die behoefte hebben aan het aanbidden van Allah; het is niet Allah die behoefte heeft om aanbeden te worden. Hij is vrij van alle behoeften. Moge Hij ons de gunst en eer verlenen Hem juist en oprecht te aanbidden.