gebeden

Welke plek hebben de tradities in de Islam?

Het Arabische woord voor “religie” is “dien,” wat daarnaast “een manier van leven” betekent. De islam is dan ook niet alleen een spirituele weg die iemand tot hogere bestaansniveaus leidt, maar ook een manier van leven, die voor elke menselijke behoefte en situatie passende richtlijnen biedt. Toen de islam zich voor het eerst in Arabië voordeed, transformeerde deze niet alleen de religieuze overtuigingen en gebruiken, maar ook het dagelijks leven van individuele mensen.

Het was vanzelfsprekend dat de profeet (vrede zij met hem) commentaar gaf op het gedrag van mensen om een zeer hoog ontwikkelde, maar tegelijk praktische etiquette te ontwikkelen. In plaats van water naar binnen te slokken, raadde de profeet, vrede zij met hem, aan langzaam te drinken, de handen voor en na het eten te wassen, de tanden te poetsen, regelmatig een bad te nemen en aangenaam te ruiken. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van manieren en verzorging die de profeet in de 7e-eeuwse wereld introduceerde. Overleveringen, in het bijzonder die van de profeet, waren bedoeld om moslims, die eeuwenlang in bevolkingsgroepen met uiteenlopende demografische, culturele en raciale achtergronden hadden geleefd, een gemeenschappelijke identiteit te geven.

De fundamentele beoefening van de islam, die ook wel de zuilen van de islam genoemd worden, zijn van groot belang voor de praktiserende moslim. Wanneer iemand in het bijzijn van een getuige de sjahada (de geloofsbelijdenis van de islam) uitspreekt, erkent deze persoon de ene en ware God (Allah) en Mohammed, vrede zij met hem, als een ware profeet van Allah en wordt diegene moslim. Met deze publiekelijke verklaring verbindt iemand zich aan een levenslang proces van leren, spirituele ontwikkeling en inzet voor de gemeenschap, dat in iemands eigen tempo verloopt.

De dagelijkse gebeden brengen iemand dichter tot Allah en ontwikkelen bescheidenheid in mensen, door de fysieke handeling van het knielen en met het hoofd op de grond vooroverbuigen (prosterneren).

Door middel van het vasten voor een maand, wordt een bescheiden moslim zich bewust van de waarde van de basis van het leven. Belangrijker nog, is dat hij of zij zich bewust wordt van de ontberingen die de minder gefortuneerden dagelijks het hoofd moeten bieden. Na de Ramadan, waarmee de wilskracht versterkt wordt en men een gevoel van mededogen heeft ontwikkeld, is een moslim eerder geneigd de zakât (aalmoezen) aan de armen en behoeftigen te geven.

Met de bedevaart bereikt deze ontwikkeling na jaren zijn climax. De eenheid van Allah en de eenheid van de boodschap van Allah klinken door in het besef van de eenheid van alle mensen. De islam laat werkelijk een blijvende positieve indruk achter in het leven van een praktiserende moslim.

Wat zijn de spirituele voordelen van het vasten?

Het belangrijkste doel van spiritualiteit in de islam, is het ontwikkelen van een intieme en persoonlijke nabijheid tot Allah. Hoewel de leerstellingen van de islam een moslim over een breed pad naar Allah leiden, bieden de vijf zuilen een structuur om het pad over te steken en de obstakels tussen een moslim en Allah weg te nemen.

Terwijl de sjahada, de geloofsbelijdenis, ons van eindige en onechte meesters bevrijdt, maken de salât, de rituele gebeden, ons los van wereldse zaken. De zakât bevrijdt ons van de kwellingen van materiële rijkdom en de haddj, de bedevaart, vormt een middel om ons te bevrijden van de last van zonden en racisme of nationalisme. Sawm, vasten bevrijdt de gelovige tenslotte van fysieke verlangens en emotionele impulsen.

Wat op sommigen overkomt als een zichzelf opgelegde beproeving, is in werkelijkheid een diepgaande menselijke ervaring. Vasten spreekt een fundamentele zwakheid in het menselijke zelf aan – de neiging direct op een impuls te reageren. De voortdurende oefening in wilskracht om zich van eten, drinken of seksuele gemeenschap te onthouden, terwijl het lichaam het menselijke zelf voortdurend impulsen geeft, betekent dat de wil beheerst wordt. Vasten heeft niet alleen te maken met honger en dorst hebben; het is ook een strijd van het menselijke zelf om niet aan destructieve impulsen toe te geven. Profeet Mohammed (vzmh) heeft gezegd: “Als iemand tijdens het vasten niet van liegen en handelen op basis van leugens afziet, hoeft hij zijn eten en drinken ook niet op te geven van Allah.” Het belangrijkste voordeel dat vasten oplevert, is dan ook het bedwingen van alle onbewuste lichamelijke impulsen. Op deze manier komt men los van de totale afhankelijkheid van deze verlangens en impulsen, wordt deze omgezet in een relatieve afhankelijkheid en wordt men alleen nog door Allah geleid, wat de gelovige dichter tot Allah brengt.

Het belangrijkste spirituele nut dat vasten oplevert, is dan ook het trainen van de wilskracht en het verwerven van de zelfbeheersing die nodig is om succes te hebben op elk gebied van ons leven. 30 Opeenvolgende dagen vasten versterkt werkelijk de wilskracht en maakt zelfbeheersing tot een gewoonte; dit geldt in die mate, dat de meeste mensen aan het einde van Ramadan het gevoel hebben nog steeds te vasten. De positieve invloed die van een dergelijk sterke wilskracht uitgaat, strekt zich uit naar elk gebied van het leven. Het is belangrijk dit net verworven vermogen het gehele jaar, tot aan de volgende Ramadan vast te houden. De Heilige Profeet (vzmh) had de gewoonte om buiten Ramadan om, iedere week op maandag en donderdag te vasten. Hoewel dit niet verplicht werd, raadde hij moslims aan hetzelfde te doen of een ander patroon van regelmatig vasten te ontwikkelen.

In de jaren ’60 werd op een kleuterschool op de campus van de Universiteit van Stanford een interessant experiment uitgevoerd. Er werd getest of vierjarigen het vermogen hadden om een verleiding te weerstaan. Terwijl men een marshmallow in een kamer legde, werd tegen het kind gezegd dat het de marshmallow meteen mocht opeten, maar dat als het zou wachten tot de proefleider terug zou komen van een boodschap, het kind er twee mocht hebben. Een aantal kinderen wachtte op twee marshmallows, terwijl anderen hem meteen opaten. Dezelfde kinderen werden 14 lang gevolgd, om te zien hoe ze zich in het leven zouden redden.

Degenen die als vierjarige de verleiding hadden weerstaan, bleken als adolescenten sociaal competenter, over grotere persoonlijke effectiviteit te beschikken, assertiever te zijn en beter in staat om met de frustraties van het leven om te gaan. Ongeveer een derde van degenen die de marshmallow direct opaten, bleken minder van deze kwaliteiten te bezitten en een relatief meer verstoord psychologisch beeld te delen. Verrassender nog, was dat degenen die als vierjarige geduldig gewacht hadden, betere studenten waren dan degenen die direct op hun impuls gehandeld hadden. Hun SAT (Scholastic Aptitude Test, red.) scores waren verbazingwekkend hoger. Wellicht is weerstand bieden aan impulsen de belangrijkste psychologische vaardigheid die er is. Aangezien alle emoties, tot het volgen van een of andere impuls leiden, vormt dit de basis van alle emotionele zelfbeheersing. (Coleman, Daniel, Emotional Intelligence [Emotionele Intelligentie], Bloomsbury, Londen (1996), pp. 81-82.)

Uiteraard is iemands opvoeding tijdens de kinderjaren van grote invloed op het vermogen tot zelfbeheersing. Als onze ouders alles doen wat we willen en ons alles geven waar we om vragen, zullen we weinig zelfbeheersing hebben. Gelukkig kan de Islamitische praktijk van het vasten deze negatieve conditionering uit de kindertijd doorbreken.

Moeten de gemiste gebeden later verricht worden?

Het antwoord op de vraag is: ja, als we een van de vijf dagelijks verplichte gebeden missen, dan moeten we die inhalen (en volgens de Hanafi’s het gemiste witr-gebed ook), onafhankelijk van hoeveel er zijn opgestapeld.

Imam Al-Nawawî, de grote hadith-deskundige en Shâfi’î geleerde, overlevert in zijn Majmû’ dat de geleerden het erover eens zijn (ijmâ’an, oftewel met consensus) dat gebeden die opzettelijk gemist zijn ingehaald moeten worden. Er was een geleerde, Ibn Hazm, die zei dat dat niet bestond, zijn mening is echter niet geldig vanwege het feit dat zijn mening tegen de consensus van de geleerden ingaat en ook niet ondersteund wordt door de bewijzen. Het is dus een ongeldige mening en de mensen mogen deze mening niet aanhouden of op basis daarvan handelen.

Enkele bewijzen:

1) De Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft gezegd: “Wie een gebed vergeet, zij moeten het verrichten zodra zij het zich herinneren.” [Al-Boechari en Moeslim]

Imam Al-Nawawî zegt hierop dat als de bewijzen erop duiden dat men het gebed moet inhalen als men het doet uit vergeetachtigheid, dat het dan nog duidelijker is dat we ook de gebeden moeten inhalen die opzettelijk (bijv. uit luiheid) gemist zijn.

2) Allah, soebhânahoe wa ta’âlâ, zegt: “(…) verricht het gebed tot Mijn gedachtenis.” (Soera Tâ Hâ, 20:14)

In zijn tafsîr zegt imam Al-Koertoebî dat dit een bewijs is voor de meerderheid (van de geleerden), aangezien Allah geen onderscheid maakt tussen het gebed verrichten binnen zijn tijd of erbuiten en het bevel (om te bidden) hier een verplichting inhoudt.

3) De Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft gezegd: “Als een van jullie zich verslapen heeft voor het gebed of het heeft vergeten, laat hem dan bidden wanneer hij het zich herinnert want voorwaar, Allah de Almachtige en Majestueuze zegt: ‘(…) verricht het gebed tot Mijn gedachtenis.’” (Moeslim)

Hier zien we dus nogmaals: als iemand het gebed moet inhalen als hij het onopzettelijk heeft gemist, laat staan diegene die het opzettelijk mist.

4) De geleerden hebben bovendien ook de bevelen van de Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, over het inhalen van het vasten e.d. als bewijs genomen dat ook het inhalen van de gebeden verplicht is, aangezien beide gebonden zijn aan bepaalde tijden.

Men kan vragen: waarom zijn er overleveringen over het inhalen van gebeden die gemist zijn met een excuus zoals vergeetachtigheid en slaap, en niet over gebeden die uit luiheid zijn gemist? Het antwoord is simpel: de eerste generaties van moslims misten nooit hun gebed zonder excuus. Zelfs de hypocrieten [moenafikoen] onderhielden het gebed uit angst voor de reactie van de gelovigen. Het was dus niet nodig om te zeggen dat men gebeden moest inhalen die gemist zijn zonder excuus: dat kwam niet voor.

De enige juiste en navolgbare mening is dus dat we gemiste gebeden moeten inhalen, of ze nou gemist zijn uit luiheid of vanwege vergeetachtigheid of slaap. De afwijkende zwakke meningen van enkele individuele geleerden worden niet eens in beschouwing genomen.

Imâm al-Haramayn Al-Joewaynî, nog een grote hadith-deskundige, bevestigt ook dat er geen gewicht wordt gegeven aan die geleerden die hier anders over denken.

Een uitzondering echter is als men bewusteloos is voor een periode van meer dan vijf gebeden. Als de tijd van het zesde gemiste gebed verstrijkt en diegene is nog steeds niet ontwaakt van die bewusteloosheid, dan hoeft hij geen gebeden in te halen die hij door die bewusteloosheid heeft gemist. [Marâqî al-Falâh] De uitzondering van bewusteloosheid is volgens de Hanafi wetschool, we zijn niet op de hoogte van uitzonderingen in de andere wetscholen.

Alle vier de wetscholen en vrijwel alle geleerden zijn het er echter over eens dat de gemiste gebeden over het algemeen ingehaald moeten worden.

Waarom moeten moslims gaan bidden?

Bidden schenkt de ziel en het verstand rust en is makkelijk voor het lichaam. Bovendien transformeert de juiste intentie onze daden en ons gedrag in aanbidding. Zo wordt onze korte levensduur ten goede van het eeuwige leven in de andere wereld besteedt en krijgt ons voorbijgaande leven een soort duurzaamheid.

Het verplichte gebed is de pijler van religie en de beste van goede daden. Degene die niet bidt, kan geen gebouw van religie bouwen op het fundament van geloof. Elk fundament waar een gebouw niet op gebouwd is, kan verwijderd worden. De Boodschapper (vzmh) heeft ons geleerd dat het is als een rivier die langs ons huis stroomt. Degene die er vijf keer per dag in baadt, wordt van al het vuil gereinigd (dat hem in de tijd tussen twee baden in, bevuild kan hebben). Daarnaast heeft hij geleerd dat de verplichte gebeden als boetedoening kunnen dienen voor de kleinere (niet zo zware) zonden die tussen de gebeden in begaan zijn (Moeslim, “Tahara,” 16).

De Koran verklaart dat het verplichte gebed ons behoedt voor het begaan van onfatsoenlijkheden en andere slechte daden (29:45). Daarnaast dient het om berouw te tonen en Allah om vergeving te vragen. Op dezelfde manier kan een goede daad die direct na het begaan van iets slechts, verricht wordt ervoor zorgen dat die slechte daad vergeven wordt. Het wordt dan ook ten zeerste aangeraden om direct na een slechte daad iets goeds te doen. Net als het verplichte gebed, kan een dergelijk manier van handelen ons van ander kwaad weerhouden.

Bidden lijkt een inspannende opgave, maar geeft in werkelijkheid juist een onbeschrijfelijke rust en gemoedsrust. Degenen die bidden reciteren ashhadu an la ilaha illa Allah (ik getuig dat er geen Godheid buiten Allah is). Alleen Hij kan leed of voordeel schenken. Hij is de Alwijze, Die niets zonder reden doet; de Albarmhartige, Wiens genade en beloning overvloedig zijn. Door te geloven, zien gelovigen in elke gebeurtenis een deur naar de rijkdom van Allah’s Genade en kloppen zij daarop door middel van hun smeekbedes. Aangezien zij weten dat hun Heer en Ondersteuner alles controleert, zoeken zij hun toevlucht tot Hem. Door volledig op Hem te vertrouwen en zich volledig aan Allah over te geven, kunnen zij het kwaad weerstaan. Hun geloof geeft hen volkomen (zelf)vertrouwen.

Zoals alle goede daden, komt moed voort uit geloof in en trouwe toewijding aan Allah. Zoals alle slechte daden, komt lafheid voort uit misleiding. Als de Aarde zou ontploffen, zouden de dienaren van Allah met een waarlijk verlicht hart, niet bang zijn – zij zouden het zelfs als wonder van de Macht van de Eeuwig-Aanbedene kunnen opvatten. Een rationele maar niet-gelovige filosoof beeft wellicht al van angst bij het zien van een komeet, laat staan als die de Aarde zou raken.

Ons vermogen om in onze eindeloze behoeften te voorzien, is nihil. We staan bloot aan bezoekingen waar we met onze eigen kracht geen weerstand aan kunnen bieden. Terwijl onze wensen en eisen, ons lijden en onze zorgen zo groot zijn als onze verbeelding, beperkt onze kracht zich tot wat we kunnen bereiken.

Iedereen die niet geheel blind is voor de waarheid, begrijpt dat het beste dat we kunnen doen, is om ons over te geven aan Allah, Hem te aanbidden, in Hem te geloven en vertrouwen in Hem te hebben. Een veilige weg geniet de voorkeur boven een gevaarlijke, zelfs wanneer de kans om die veilig af te leggen, klein is. De weg van geloof leidt ons met een hoge mate van zekerheid tot het eeuwige geluk; tegelijkertijd levert de weg van ongeloof en zondigen geen voordeel op en leidt deze vrijwel zeker tot oneindig verlies. Net als ontelbare experts en mensen met inzicht en kennis, zijn zelfs de reizigers op deze wegen, het eens over deze waarheid.

Samenvattend, is geluk in deze wereld, net als geluk in de andere wereld, afhankelijk van overgave aan Allah en Hem met toewijding dienen. Loof Hem dus altijd, door te zeggen: “Eer aan Allah voor gehoorzaamheid en succes op Zijn weg,” en dank Hem dat we Zijn gelovige en aanbiddende dienaren (mogen) zijn.

Hoe kan ik tegen mijn zin beginnen met bidden?

Het is niet ongebruikelijk is dat de sterkte van ‘imân’ bij gelovigen soms afwisselt en dus niet altijd op dezelfde niveau zit. Zeker in deze tijd waarin veel mensen het steeds drukker krijgen met werk, studie en andere verplichtingen en verantwoordelijkheden komt het helaas voor dat sommige gelovigen minder tijd in hun geloof kunnen steken als dat zij zouden willen. Dit is geen uitzonderlijke situatie; onze Nobele Profeet (vzmh) heeft namelijk gezegd: “Het geloof in je hart slijt net als je kleding slijt. Vraag Allah dus om het geloof in jullie harten te vernieuwen.” (al-Hakim en at-Tabaranie). Ons allereerste advies is:

1. Vraag Allah het geloof in jouw hart te vernieuwen.

Wat betreft het verrichten van het gebed (salât) willen wij het volgende opmerken: 5 keer per dag bidden is door Allah in de Koran voor alle moslims verplicht (fard) gesteld. Als wij niet bidden dan plegen wij een zonde waarvoor wij vergiffenis moeten vragen. Het niet willen en niet verantwoordelijk voelen voor het bidden betekent dat men een probleem heeft met zijn imân (geloof). Men moet proberen om hier aan te gaan werken. Geloof is net als liefde. Je moet eerst een band bouwen met Allah wil je het daadwerkelijk kunnen voelen en doen voor Allah. Want tenslotte bidden wij allemaal omdat Allah het van ons verwacht. Voor je moeder of geliefde doe je ook vanwege je liefde vele dingen? Wellicht zou je zelfs je leven voor hun geven, omdat je veel liefde voor hun hebt.

Een algemeen spreekwoord dat wij allemaal wel kennen is dat de mens niet kan houden van iets wat hij niet kent. Als jij profeet Mohammed (vzmh) niet kent dan kan je nooit weten wie Allah is en kun je de Koran nooit volledig begrijpen.

2. Zoek kennis

Allah de Verhevene zegt in Soera Fatir (35, 28) (interpretatie van de betekenis): “…Waarlijk, het zijn slechts Zijn dienaren met kennis die Allah vrezen. Waarlijk, Allah is Almachtig, Meest Vergevensgezind.”

Het is dus belangrijk om boeken te lezen over je geloof. Het kennen van Allah zorgt ervoor dat een persoon van Hem houdt en Hem vreest en zijn vertrouwen in Hem stelt en zijn daden oprecht voor Hem verricht. Dit is de essentie van het menselijke geluk. Daarentegen zal een gebrek aan kennis over Allah ervoor zorgen dat men Allah niet volgens Zijn juiste waarde inschat en Hem dus gemakkelijker ontkent of ongehoorzaam is. Dus leer Allah kennen door Zijn Namen en Eigenschappen te bestuderen. Hoe meer kennis je opdoet, des te meer je ‘imân’ (geloof) zal gaan groeien insjaAllah.

3. Toon berouw onthoud je van zondes

Het is belangrijk om het hart van zondes te bevrijden en niet te vergiftigen met nieuwe zondes. Als men daarna begint met bidden -ook al is het bidden tegen zijn zin in- zal het hart het gebed sneller en beter accepteren. Desnoods begin je slechts met de fard gebeden. Islamitische geleerden leren ons dat wanneer je 40 dagen achter elkaar bidt je het gebed dan niet zo snel meer zal loslaten insjaAllah. Je zult niet altijd volledig geconcentreerd met heel veel gevoel kunnen bidden. Dat is een proces wat moet groeien en het gevoel kan nooit groeien als je helemaal niet bidt. Dus in eerste instantie moet je gewoon bidden ook al voel je er niks voor. Met de tijd zal Allah dat gevoel aan jou geven insjaAllah.

Worden mijn gebeden geaccepteerd als ik ze met tegenzin verricht?

Er zijn een aantal redenen voor onze onwil om de aanbiddingen uit te voeren:

1. Het kan komen vanwege de reden dat we het belang en de waarde van het gebed niet goed genoeg kennen. Het is noodzakelijk om boeken en werken te raadplegen waarin het belang en de essentie van het gebed en aanbidding worden verteld.

2. De plaatsen waarin we leven kunnen spiritueel bedorven zijn. Onze neuzen krijgen bijvoorbeeld last wanneer er een lijk in de buurt ligt. Zoals dit, kunnen ook onze zielen negatief beïnvloed worden door plekken waar veel haram wordt gepleegd, en hierdoor kunnen we minder plezier ervaren bij onze aanbiddingen.

3. Een zieke persoon kan geen plezier ervaren in wat hij/zij eet. Bijvoorbeeld, iemand met een wond op zijn tong, kan niet de volle smaak van het eten ervaren. Hij moet hiervoor behandeld worden en genezen. Net zoals dit voorbeeld, kunnen ook onze harten wonden krijgen en ziek worden van al die zondes die wij plegen. Hierdoor kunnen we niet het volledige plezier ervaren bij het verrichten van onze aanbiddingen, welke de voedingsstoffen van de ziel zijn. Daarom hebben wij ook een behandeling nodig. De behandeling van de zielen kan worden bewerkstelligd door berouw, het vragen om vergiffenis en door herhaling van die zondes te vermijden.

Er is hier een belangrijke kwestie: Een ziek persoon kan wellicht geen plezier krijgen van het voedsel dat hij eet, maar hij blijft eten en drinken. Hij moet immers zichzelf voeden om in leven te blijven. Ook wij moeten doorgaan met onze aanbiddingen, ook al ervaren we geen plezier ervan. Dit is immers het voedsel van onze ziel. Hopelijk (met de wil van Allah), zullen we met de tijd plezier beginnen te ervaren van onze aanbiddingen en zullen onze aanbiddingen ons van zondes beschermen.

Wat voor soort gebeden verrichten de moslims?

Binnen de islam vormt bidden een driedimensionaal fenomeen, dat Allah wordt aangeboden. Het belangrijkste doel daarbij is het behagen van Allah en het daaruit resulterende doel, het bereiken van spirituele ontwikkeling.

De eerste dimensie is de kwantiteit en variabiliteit van het verrichten van actieve aanbidding. Vasten, het geven van aalmoezen (zakât) en de voorgeschreven gebeden (salât) zijn alle verschillende vormen van aanbidding, die van degene die ze uitvoert een vorm van actie vragen. Zoals in de Koran staat “… die in de Onzichtbare geloven, de As-salât (gebeden) verrichten en geven van waarin Wij hen voorzien hebben.” (Koran 2:3).

De tweede dimensie is de passieve aanbidding, die bestaat uit het vermijden van gedrag dat iemands geest, spiritualiteit, bezit, familie en leven schaadt, zoals gokken, gebruik van verdovende middelen, overspel, kwaadspreken etc.

De derde dimensie is de ontwikkeling van een directe relatie tussen Allah en de gelovige. “En wanneer Mijn dienaren u (O Mohammed) vragen stellen over Mij, antwoord (hen) dan, dat Ik inderdaad dichtbij ben. Ik beantwoord de smeekbedes van de smekende wanneer deze Mij aanroept. Laat hen Mij dus gehoorzamen en in Mij geloven, opdat zij juist geleid zullen worden” (Koran 2:186). Dit wordt beoordeeld aan de hand van de mate van verbinding met en nabijheid tot Allah en door hoe vaak iemand Allah herdenkt en persoonlijk met Hem communiceert. Deze dimensie is belangrijk, omdat het de andere twee dimensies van diepte en kwaliteit voorziet. “…Waarlijk, in het herdenken van Allah, vinden harten rust.” (Koran 13:28).

Het aanbidden van Allah bestrijkt een moslims’ gehele leven. Terwijl sommige handelingen van aanbidding dagelijks plaatsvinden, worden anderen soms maar eenmaal per leven verricht. Voor degenen die rijk genoeg zijn om de reis te maken, is het verplicht om eenmaal in het leven de bedevaart naar het Heilige Land te maken. Zakât (aalmoezen) is het afstaan van 2,5% van iemands bezit aan bepaalde groepen mensen zoals de armen en behoeftigen. Deze wordt eenmaal per jaar betaald. Vasten wordt één maand per jaar gedaan en de verplichte gebeden, vijf keer per dag.

Dit zijn de ‘zuilen van de islam’. Samen vormen ze goddelijke voorgeschreven ‘oefeningen’, die de fysieke, mentale, spirituele en sociale ontwikkeling van een gelovige waarborgen.

Is het riya om aan de anderen over je gebeden of liefdadigheden te vertellen?

Het verrichten van gebeden uitsluitend in het bijzijn van anderen waarbij het doel, het ontvangen van zegeningen van Allah, niet wordt nagestreefd is een vorm van riya (huichelarij/schijnheiligheid).

Tegenwoordig worden de soennah gebeden vaak verwaarloosd of vergeten, het is beter om deze gebeden te verrichten in het bijzijn van anderen dan in een gesloten ruimte. Het doel hierbij is om anderen aan te zetten deze gebeden te verrichten. Het is dus niet erg als deze soennah gebeden maar ook de normale gebeden verricht wordt in het bijzijn van anderen, en ook hierbij is het van belang dat het doel is om anderen aan te zetten om deze gebeden te verrichten en uiteraard omwille van Allah.

Ieder mens kan met zijn/haar geweten aanvoelen of hij/zij huichelt tijdens een gebed. Het is echter niet de bedoeling dat de moslim zich hier al te veel over bekommert (bekommernis = influisteringen van de duivel/waswasa), dit kan ertoe leiden dat men een soort schuldgevoel krijgt en over zijn imân begint te twijfelen. Een moslim dient een sterke imân te bezitten en daarop te kunnen vertrouwen en ten allen tijde toevlucht te zoeken tot Allah tegenover bekommernis en huichelarij. Overigens is het ook toegestaan om expliciet te laten zien of te zeggen dat je je verplichtingen nakomt. Als iemand bijvoorbeeld vraagt “Bid jij?” dan kun je daar gerust “Ja” op antwoorden, dit is geen vorm van huichelarij.

Ieder vorm van huichelarij en onoprechtheid is slecht, echter is huichelen bij het uitvoeren van verplichtingen en het gebed in het bijzonder nog slechter. De Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft het volgende gezegd: “Waar ik het meest voor vrees is dat jullie de kleine sjirk (iemand toeschrijven als gelijke aan Allah) zullen plegen, namelijk huichelarij.”

Religieuze verplichtingen doe je slechts omwille van Allah. Een doel buiten dit, zoals het verrichten van gebeden voor ‘de show in het bijzijn van anderen’ (let op: niet te verwarren met, het verrichten van verplichtingen om anderen te stimuleren, zoals eerder omschreven) zal de intentie om het te doen omwille van Allah opheffen. Als je bidt, vast, op bedevaart gaat, aalmoes geeft en Koran leest, dan zullen deze gebeden voor niets gedaan zijn als je ze verricht met verkeerde intenties en doelen. Allah zegt het volgende: “O, gij die gelooft, maakt uw aalmoezen niet waardeloos door verwijt of krenking, zoals hij, die zijn rijkdommen weggeeft, om op te vallen bij de mensen en zoals hij die niet gelooft in Allah en de laatste dag. Hij is als een gladde rots, die met aarde is bedekt, waarop een stortregen valt, welke haar kaal achterlaat.” (Koran 2:264)

Als men niet aan het gebod van Allah en aan de zegeningen denkt die hij/zij zal ontvangen bij het verrichten van allerlei dagelijkse handelingen, bijvoorbeeld het verrichten van religieuze verplichtingen om religieus, of het doen van een studie of onderzoek om geleerd en slim over te komen, of het geven van aalmoes aan armen, met als doel dat hij/zij gezien wordt als een vrijgevig persoon, zal dit ertoe leiden dat al deze handelingen in feite geen waarde hebben, omdat het gewoonweg vormen zijn van huichelarij waarbij de wil van Allah en verschillende goede intenties niet nagestreefd worden. De Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft het volgende gezegd: “Huichelarij is duidelijk een vorm van sjirk (iemand toeschrijven als gelijke aan Allah)” (Ibn Maajah, Fitan, 16).

Als er wereldlijke bedoelingen op de voorgrond staan dan zullen de gebeden in het bijzonder geen waarde meer bevatten. De nobele profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft gezegd: “Wie voor de schijn vast, bidt en aalmoes geeft, pleegt sjirk tegen Allah” (Al-Targhieb wal-Tarhieb, I, 32)

Huichelarij heeft met zijn verscheidene vormen natuurlijk ook allerlei verschillende doeleinden, het algemene kenmerk hierbij is vaak om, onder het mom van “een gelovig persoon” of “een deugdelijk persoon”, bekendheid en populariteit bij anderen te bereiken. Het zonder oprechtheid liefhebben van mensen waar men totaal niet van houdt, het naar de mond praten, lof uitspreken, met de intentie hiermee andere doeleinden te bereiken (geld, status, populariteit), is dan ook een belangrijk kenmerk van huichelarij.

De moslim hoort dus oprecht tegenover Allah en zijn medemens te zijn. Het is een basisprincipe voor een moslim om rechtschapen te zijn tegenover De Schepper bij het verrichten van zijn/haar verplichtingen en dit omwille van De Schepper te doen. Bij het verrichten van verplichtingen zoals de dagelijkse gebeden is het dus belangrijk dat de moslim dit doet omwille van Allah en niet voor de schijn in het bijzijn van anderen met verschillende andere doeleinden. Het is echter wel toegestaan om het gebed te verrichten om anderen aan te zetten tot het verrichten van het gebed. Hierbij dient de moslim zich niet al te veel te bekommeren in zijn oprechtheid tegenover Allah, maar hij dient toevlucht te zoeken tot Allah tegenover bekommernis en huichelarij. De moslim dient daarnaast ook oprecht te zijn in alledaagse handelingen en tegenover zijn medemens, de moslim mag een ander absoluut niet misleiden in zijn/haar gevoelens!

Omwille van welke voordelen moet een moslim bidden?

In de Koran vermeldt Allah: “O mensen aanbidt jullie Heer. Degene die jullie en degenen vóór jullie heeft geschapen.” (2-21)

We aanbidden Allah, omdat Hij Allah is, en wij Zijn dienaren. Hoe ondankbaar is de mens die oneindig veel gunsten van Allah niet ziet of niet wil zien en zich afzijdig houdt van aanbidding.

Of we nu gelovig zijn of niet, we gehoorzamen onze ouders en doen wat ze vragen. Waarom? Omdat het voordelen voor ons heeft? Nee, we gehoorzamen en geven gehoor aan hun vraag omdat het onze ouders zijn. Dus op een vraag: Waarom bidden we, wat zijn de voordelen van het gebed? Is het enige antwoord: Omdat Allah het wilt! Ook al had het gebed geen enkel voordeel dan nog moeten we Allah aanbidden.

Zoals we weten bestaat een mens uit een lichaam en een spirituele ziel/geest. Voor een gezond lichamelijk leven moeten we ons lichaam goed onderhouden en voeden. Net zoals ons lichaam voeding nodig heeft, heeft onze spirituele ziel/geest ook voeding nodig. Aanbidding is de voeding van onze geest en ziel. Zonder aanbidding sterft onze spirituele geest/ziel en leven we alleen voor onze dierlijke lusten en driften. Waardoor we worden gedegradeerd tot het niveau van dieren terwijl Allah ons als mensen heeft geschapen. Wat voor gevolgen dit in het hiernamaals heeft is niet te voorzien!

Allah is Almachtig, Hij heeft geen enkel behoefte aan onze gebeden. Als iedereen op de wereld zou besluiten om Allah te gaan aanbidden, dan zal dit helemaal niets toevoegen aan de Goddelijkheid van Allah. Als opeens alle moslims besluiten om Allah niet meer te aanbidden, dan zal dit helemaal niets laten afnemen van de Goddelijkheid van Allah.

Dus onze aanbidding verrichten we niet voor Allah maar voor onszelf om onze spirituele zintuigen zo te ontwikkelen dat ze rijp zijn voor het paradijs. Wie anders dan onze Schepper kan ons de beste vorm van aanbidding leren? Hij heeft ons ontworpen en geschapen en heeft een handleiding gegeven waarin we precies kunnen lezen hoe we optimaal gebruik kunnen maken van dit aardse leven zodat we in een volmaakte en gezonde toestand door kunnen gaan naar het hiernamaals.

Als een arts aan een ernstig zieke persoon een kuur opgeeft bestaande uit verschillende soorten medicijnen en voorschrijft hoe hij deze moet gebruiken, zal de patiënt de arts oneindig dankbaar zijn. En zeker niet tegen de arts gaan zeggen; waarom zou ik al deze medicijnen moeten innemen, wat voor baat heb jij erbij dat ik dit allemaal inneem? Net zo heeft Allah ons gebeden voorgeschreven om ons van onze spirituele ziektes te genezen en ons voor te bereiden voor het hiernamaals.

Waarom geven we dan geen gehoor aan het gebod van Allah om Hem te aanbidden? Wat weerhoud ons hiervan? Ons ego! We zijn zo egoïstisch geworden dat we onze vinger niet eens meer uit willen steken als we zelf er niet beter van worden. Ons ego is heeft ons zo verslonden dat we moeite hebben om Allah te aanbidden, maar geen enkele moeite hebben om onze driften, lusten en verlangens te aanbidden. Want in ieder mens zit de drang om te aanbidden. Moslims aanbidden Allah, anderen aanbidden god of meerdere goden. Zelfs mensen die niet in een god geloven aanbidden; geld, vrouwen, superstars, idolen, leiders enz. Dus we kunnen niet van aanbidding afkomen het zit in onze natuur. Het gaat er om dat we Diegene gaan aanbidden die ons in het Hiernamaals zal ontvangen en zal belonen voor onze aanbidding.

Onze dagelijkse gebeden nemen in totaal 1 uur per dag in beslag. De overige 23 uur hebben we nog steeds voor onszelf.

Denken we dat het Paradijs, als beloning voor onze inzet van één uur, te weinig is terwijl we minimaal 8 uur per dag jarenlang zwoegen voor een miezerige salaris, waarvan we vaak nauwelijks kunnen rondkomen?

Kortom: Er zijn zeker vele voordelen bij aanbidding, maar deze voordelen zijn niet de redenen waarom we zouden moeten aanbidden. Wij verrichten onze gebeden enkel en alleen omdat Allah het wilt.

Hoe moet men in gebieden waar het altijd dag of nacht is de gebeden verrichten?

Dit onderwerp wordt vaak ter sprake gebracht door antireligieuze en atheïstische mensen om de universaliteit van de islam in twijfel te trekken. Ze proberen te betogen dat ofschoon de islam een wereldwijde of een universele religie is, haar geboden, bijvoorbeeld het vasten of de verplichte gebeden niet uitvoerbaar zijn in de uiterste poolgebieden.

Aan de andere kant moet men begrijpen dat er geen enkel systeem, of het nu bijvoorbeeld een economisch of een financieel systeem is, ooit de universaliteit heeft bereikt die de islam wel heeft verworven en nog steeds in stand houdt. Tegenwoordig kennen wij een grote verscheidenheid aan systemen die zo doorzeefd zijn met gebreken dat men zich moet schamen ze te bestempelen als waar of universeel. Daaronder zijn vele herzien gedurende de leef-periode van hun oprichter. Om een voorbeeld te noemen: het marxistisch economische systeem was door Marx zelf herzien met hulp van Engels en is door iedere daarop volgende “internationaal” verder gemodificeerd en in iedere periode werd het verschillend uitgelegd.

Datgene wat geldt voor de hedendaagse economische systemen is ook van toepassing op alle door de mens bedachte systemen. De duidelijke reden voor hun gebrekkigheid en falen is juist dat ze door de mens bedacht zijn.

Welk percentage van de wereldbevolking leeft nu daadwerkelijk in de uiterste poolstreken? Is het gerechtvaardigd de islam te bekritiseren, omdat men gefaald heeft de regels die uitvoerbaar zijn de gehele wereldbevolking, niet heeft kunnen doorgronden? De normen en de regels van de islam zijn uitvoerbaar voor de gehele mensheid: dat is een gerechtvaardigd reden om aanspraak te maken op universaliteit. Het gebruik van een extreem uitzonderlijk geval om de regels te bekritiseren in plaats van zoals de algemeen bekende gezegde ons opdraagt te begrijpen dat de uitzondering de regel bevestigt, toont aan dat diegenen die deze twijfels doen rijzen dit doen uit motieven die niet verenigbaar zijn met hetzij oprechtheid of ernstig wetenschappelijke nieuwsgierigheid. De gestelde vraag is als zodanig abstract en hypothetisch. Wonen er wel daadwerkelijk moslims in de afgelegen poolgebieden? Wordt de vraag gesteld omdat er moslims zijn die echt problemen hebben met uitvoering van het reguliere gebed in die gebieden?

Laat diegenen die deze vraag stellen verzekerd zijn dat de islam de moslims de mogelijkheden heeft gegeven om zulke problemen zelf op te lossen. In feite kwam deze vraag in de beginperiode van de Islam al aan de orde. Er ontstond een gesprek tussen Profeet Mohammed, vrede en zegeningen zij met hem, en zijn met gezellen, dat is opgenomen in de Sahih van Imam Boecharie en Achmed bin Hanbels Moesned. In deze hadith zegt de Profeet, vrede zij met hem: “als de mensen afstand doen van de religie dan verschijnt Dadjal”. Een andere bron vermeldt dat verder Dadjal vanuit het Oosten komt en de hele wereld rondreist, van het begin tot het eind, in veertig dagen. Een van zijn dagen duurt net zo lang als een jaar bij jullie. Een van zijn andere dagen komt overeen met een maand bij jullie en weer een andere dag correspondeert met een van jullie weken en de overige dagen zijn gelijkwaardig aan jullie dagen. Daarop vroegen de metgezellen: “Zullen de vijf gebeden voldoende zijn voor een dag die een jaar duurt?” Waarop de Profeet antwoorde: “Nee! Jullie moeten volgens die tijd rekenen” (Tirmidzi, Fitar, 57; Majma al-Zawz’id, 7:351). Dit betekent dat je die maanden die een dag en een nacht lang zijn in stukken moet opdelen en het gebed dienovereenkomstig uit moet voeren.

Als islamitische rechtsgeleerden dit soort zaken in overweging nemen kunnen ze opgelost worden: het probleem is vereenvoudigd en de vraag lijkt niet meer zo moeilijk te beantwoorden. Van Iman Shafi’s al-Umm tot de Minhay van de Shafi school, tot de boeken van de Hanafi school en in ‘de commentaar van al-Tahtawi, allemaal hebben ze met dit onderwerp te maken gehad en het is unaniem opgelost. De uitspraken van deze grote Islamitische geleerden kunnen gevonden worden in de desbetreffende hoofdstukken over gebed en gebedstijden. We halen daaruit slechts een aantal punten, die relevant zijn voor onze vraag.

De gebedstijden zijn gebaseerd op zonsopkomst, zonsondergang en de positie van de zon tussen deze momenten. Hieruit volgt dat het verplicht is te bidden op aangegeven tijden die bepaald worden door de positie of beweging van de zon in elk afzonderlijk gebied. Indien men in een gebied woont waar de positie of de beweging van de zon niet kan worden bepaald of waargenomen dan moeten de hier woonachtig Moslims de gebedstijden volgen van het dichtstbijzijnde gebied waar deze bepalingen of waarnemingen wel verricht kunnen worden.

Aangezien het noodzakelijk en natuurlijk is om ’s morgens op te staan, te eten, te drinken, etc., en ’s nachts te slapen, is het ook natuurlijk het gebed te volbrengen binnen de aangegeven tijden. Voor onze fysische en lichamelijke behoeften volgen we onze innerlijke en instinctieve wetten, zelfs in gebieden waar de zon maandenlang niet ondergaat of opkomt. Zo behoren we ook de wetten en regels van de religie harmonieus te volgen in ons gebed, vasten en bedevaart.

Samengevat kunnen we stellen dat de Islam zeker niet gefaald heeft te anticiperen op de hier gestelde vraag -wat ook de achterliggende intentie was voor het stellen van deze vraag. Het is hierbij passend om een andere zaak aan de orde te stellen. Sommigen betogen dat als er geen tijd is om te bidden de verplichting vervalt. In dit argument wordt tijd gezien als een reden of voorwaarde voor het gebed. Maar in de Islam echter is de werkelijke reden voor het gebed het feit dat Allah het beveelt. Als het gebed niet precies op tijd uitgevoerd kan worden moet het daarom volbracht worden onmiddellijk binnen de eerst volgende beschikbare tijd. Ook dit kan van toepassing zijn voor de beantwoording van de vraag hoe en wanneer men moet bidden in de uiterste poolstreken.