cursusislam.be

Hoe moeten we reageren tegen beledigingen van de islam?

Ons grootste voorbeeld is onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, en onze leidraad is de Koran. In de Koran lezen we duidelijk waarom onze nobele Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, is gezonden. ‘Wij hebben jou (Mohammed) enkel gezonden als genade voor de werelden’ (Koran 21:27)

Hij werd dus niet enkel en alleen als genade voor de moslims gezonden maar voor ‘de werelden’, dus de fysieke wereld van de mensen en de immateriële wereld van de djinns. Zou een persoon die als ‘genade’ naar de werelden, dus ook als genade voor de ongelovigen in deze werelden is gezonden, de daden van deze terroristen goedkeuren? Hoe zou hij hebben gehandeld als hij in zijn gezicht bespot en belachelijk werd gemaakt?

Gelukkig hoeven we niet te gissen of onze meedogenloze interpretatie te geven om deze vragen te beantwoorden. Uit zijn volmaakte leven druipt niets anders dan genade en tolerantie af. Onze zachtmoedige Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, ging samen met zijn pleegzoon Zayd naar Ta’ief om de inwoners over de islam te vertellen. De inwoners hebben hem zeer onfatsoenlijk ontvangen en hem bespot. Een van hen zei: ‘Heeft Allah niemand anders dan jij kunnen vinden om als profeet te sturen?’

Zo kreeg hij vele beledigende woorden naar zijn oren gesmeten. Alsof dit niet voldoende was hitsten ze de kinderen en slaven op om de Trots der Mensheid, vrede en zegeningen zij met hem, te stenigen. Deze marteling duurde tot vijf kilometer buiten Ta’ief. Hij bloedde zo hevig dat zijn schoeisel vol was gelopen met zijn bloed. Op dat moment kwam een engel die zei: ‘O Boodschapper van Allah, ik ben gestuurd door Allah, als je wilt kan ik dit volk samen met hun stad vernietigen.’ Genade der Mensheid, vrede en zegeningen zij met hem, zei: ‘Nee! Ik ben niet gekomen om de mensen te vernietigen maar om hen te redden van vernietiging. Wie weet komt uit hun nageslacht één gelovige voort.’ Daarna hief hij zijn handen op naar de hemel en zei: “O mijn Heer! Leid hen tot het rechte pad. Zij weten niet, daarom handelen ze zo.” (Boechari Anbiya 54)

Een ander voorbeeld is toen onze genadevolle Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, Mekka binnenkwam als leider. Mekkanen die ruim 13 jaar onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, hadden bespot en beledigd. Mekkanen die de moslims het leven onmogelijk maakten met hun foltering en zelfs moordpartijen. Mekkanen die de zwangere dochter van onze barmhartige Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, van haar rijdier lieten vallen waardoor ze haar kind verloor en later aan haar verwondingen stierf. Deze mekkanen stonden nu tegenover de genade der mensheid, vrede en zegeningen zij met hem, op hun lot te wachten. Hoe zou hij over hen oordelen?

Zijn oordeel was: “Vandaag zal geen één van jullie ter verantwoording worden geroepen over wat jullie hebben gedaan. Ga heen, jullie zijn allemaal vrijgesteld. Jullie zal niets worden verweten.“ (Tabaqat 2:142). Hij vergaf hen allemaal terwijl hij de macht en kracht bezat om hen allemaal te bestraffen voor de bespottingen, wreedheden en moorden die ze hadden begaan. Het kon ook niet anders omdat hij als genade voor de werelden was gestuurd.

Een voorbeeld uit de Koran: Allah gaf de opdracht aan Mozes en Aaron dat ze naar Farao moeten gaan en hem de geloof te verkondigen en de Israëlieten vrij te laten. Farao die zichzelf god waant en met Allah spot, farao die profeet Mozes en Aaron bespot en voor zijn volk hen belachelijk maakt. ‘Ga beiden naar de farao, want hij heeft overschreden. Spreek beiden tot hem op een zachte manier. Misschien zal hij het zich ter harte nemen.’ (20:43-44)

Allah gebiedt hen om mild te spreken tegen een wrede bespottende tiran die zichzelf god waant. Zoals we in het begin hadden opgemerkt is onze genadevolle Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, ons grootste voorbeeld en de Koran onze leidraad. Als onze Profeet diegenen heeft vergeven die zijn dochter, oom en naaste vrienden hebben vermoord en gefolterd en als Allah tegen Mozes zegt om mild te praten tegen Farao die Allah en zijn profeet bespot en zichzelf op de plek van god zet, hoe is het dan mogelijk dat iemand meent te handelen in de naam van deze barmhartige islam, mensen gaat vermoorden die een spotprent van onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft gemaakt.

Moeten we dan helemaal niets doen als onze geliefde Profeet (vzmh) wordt bespot en beledigd?

Geen enkele moslim zal zich niet gekrenkt voelen tegenover zo’n daad. Sterker nog, een moslim heeft liever dat hij of zij zelf wordt bespot en beledigd dan dat onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem wordt beledigd. Waar bepaalde terreuracties de ene extreme zijde vertegenwoordigen, is het onachtzaam zijn ‘als moslim’ tegenover beledigingen van onze nobele profeet (vrede zij met hem) een andere extreme zijde.

Hoe moeten we handelen?

Ook hier schiet de Koran en onze verheven Profeet (vzmh) ons ter hulp:

‘En de vergelding van een slechte daad is een slechte daad die daarvan de gelijke vormt. En degene die vergiffenis schenkt en verzoening teweegbrengt, zijn beloning rust bij Allah.’ (42:40)

‘En de goede en de kwade daad zijn niet gelijk. Drijf de (kwade daad) terug met een daad die beter is.’ (41:34)

‘Degenen die hun woede bedwingen en medemensen vergeven, Allah heeft degenen lief die goed doen.’ (3:134)

‘Hun beloning wordt hun tweemaal gegeven, omdat zij geduldig zijn geweest en omdat zij het kwade met het goede afweren.’ (28:54)

Dus welke reactie we ook willen geven, we kunnen niet afwijken van de ‘goede daad’. Maximaal toegestaan is vergelden met het gelijke. Aangezien we hier niet met het ‘gelijke’ kunnen handelen, bemoeilijkt dit de situatie. Dus vergelden met het gelijke is hier niet mogelijk.

Een andere overlevering van onze nobele Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, leert ons hoe te handelen: “Wie van jullie iets verwerpelijks ziet, laat hem dat met zijn hand veranderen. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn tong. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn hart. En dat is de zwakste vorm van het geloof.” (Moeslim, Imaan 78)

Zoals we zien adviseert onze nobele Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, drie handelingen: met je hand, met je tong, met je hart.

Dat ‘met je hand’ niet betekent dat je geweld en zelfs moord moet plegen is overduidelijk geworden uit bovenstaande overleveringen en verzen uit de Koran. In dit geval is ‘met je hand’ en ‘met je tong’ gericht aan moslims die een vooraanstaand functie betreden en moslims die over schrijf- en/of verbale talenten beschikken. Zij moeten deze karikaturist en/of tijdschrift op een ‘milde’ manier duidelijk maken dat ze miljoenen moslims hierdoor leed aandoen en hen krenken. Moslimgeleerden kunnen hun hand en tong gebruiken door deze tijdschrift duidelijk te maken waarom moslims zo fel reageren als het gaat om een karikatuur van onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem. Want dit is nog steeds niet duidelijk voor het Westen. Voor hen is dit heel normaal, ze maken spotprent van Jezus en zelfs god.

Moslims kunnen hun reactie geven door deze tijdschrift en karikaturist schrijven en aangeven dat ze door deze spotprent geschokt en gekrenkt zijn. Iedere moslim die zijn hand kan gebruiken kan dus een ‘tegengeluid’ te geven.

Voor overige moslims die zowel hun hand als tong niet kunnen gebruiken rest dat ze met hun hart deze spotprent afkeuren. Duidelijk is dat in geen enkel geval geweld gebruikt moet worden, dit is zowel tegen de Koran als tegen de handelingen van onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, in. We moeten onze energie en tijd besteden om onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, te vertellen aan diegenen die hem niet kennen of verkeerd kennen. Dat moet ons doel en onze taak zijn.

Als we denken dat we onze liefde aan onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, kunnen tonen door diegenen die hem bespotten met geweld tot zwijgen te brengen, hebben we het goed mis. Het is niets anders dan hypocrisie om te zeggen dat je zielsveel van je Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, houdt maar zijn leefwijze en adviezen negeert.

Hiernaast kunnen we deze vervelende situaties ook naar iets positievers kanaliseren. Zo kunnen we juist in deze moeilijke tijden, extra schrijven en vertellen over het verheven karakter van de nobele Profeet (vrede zij met hem), zodat mensen hem beter kunnen kennen, wat in de toekomst kan leiden tot meer afkeer (van zowel moslims als niet-moslims) tegen de smerige aantijgingen jegens onze Profeet. Wij moeten te allen tijde onszelf afvragen in hoeverre we de nobele Profeet juist vertegenwoordigen en bij iedere tegenreactie op beledigingen ten rade gaan wat de voor- en nadelen van onze acties kunnen zijn. Enkel het hebben van goede intenties is niet genoeg, aangezien je met een domme reactie grote schade kunt toebrengen aan de gehele oemmah en de samenleving.

Hoe kan ik het geluk vinden?

De hedendaagse mens lijkt moeite te hebben met het vinden van geluk. Omdat velen van ons niet weten wat ‘geluk’ precies inhoudt, zoeken we geluk op de verkeerde plaatsen of denken we dat we gelukkig zijn met kortdurende feelgood-momenten. Of we gelukkig zijn, wordt bepaald door de dingen die we graag willen en of we ze ook daadwerkelijk krijgen. Dus eigenlijk zijn velen van ons slechts bezig met het najagen van onze wensen en proberen wij daar voldoening uit te halen. Wanneer dat niet lukt, dan lijkt het alsof de hele wereld zich tegen ons heeft gekeerd. Het ergste van alles is dat veel mensen – voornamelijk jongeren – met middelen als alcohol, drugs en gokken geluk proberen te vinden.

Ware geluk vindt men niet in materie, want de natuur van de mens kan geen voldoening krijgen uit materiële zaken. Op dit punt biedt het geloof de uitstekende oplossing. Het geloof wijst de weg naar het ware geluk op de mooiste wijze. Wat leert het geloof ons dan over het vinden van geluk? Het geloof leert ons dat de geest alleen voldoening krijgt door in Allah te geloven . Geloven in Allah wordt in het Arabisch ‘imaan’ genoemd. De mooiheden die het geloof aan ons leven schenkt zijn ontelbaar. We zullen er enkele noemen:

Allereerst dient de mens zich te ontdoen van overbodige wensen en behoeften. In de heilige Koran zegt Allah: “Hij die zich reinigt (van zijn zonden) zal waarlijk slagen” (87:14) en “Voorwaar, hij die haar (de ziel) reinigt, zal welslagen” (91:9). In deze verzen maakt de Schepper ons het belang van het zuiveren van de ziel duidelijk. Hij zegt zelfs dat zij zullen welslagen. Iemand die zijn/haar geest kan zuiveren van onnodige zaken, zal daadwerkelijk innerlijke rust vinden en gelukkig zijn.

Een andere mooie kant van het geloof is dat het geloof ons laat realiseren dat de wereld waarin wij leven niet alleen een ronde bol is, maar tegelijkertijd ook een omgeving waarin Allah aan ieder mens een beproeving schenkt. Hierdoor verandert onze kijk op de wereld en alles wat erop gebeurt. De dingen die we meemaken kunnen dan zo erg lijken, toch schuilt er een bepaalde schoonheid en een bepaalde kennis achter. En Allah zegt in de Koran: “Maar het kan zijn dat jullie afkeer van iets hebben, terwijl het goed is voor jullie; en het kan zijn dat jullie van iets houden, terwijl het slecht is voor jullie. En Allah weet het, terwijl jullie niet weten.” (2:216). De kracht die de mens krijgt van het geduldig zijn en het vertrouwen op Allah is nergens anders te vinden.

Geloven in Allah brengt ook met zich mee dat men deelt, weggeeft, en helpt. Allah heeft gezegd: “Oh zoon van Adam (de mens)! Besteed (je rijkdom op de weg van Allah) en Ik zal (Mijn Zegeningen en Genade) aan jou besteden.” (Hadith qutsi, Bukhari, boek 64, hadith 264). Iedere kans wordt benut om de medemens van dienst te zijn. Op deze manier wordt de mens zelf en zijn medemens gelukkig.

Zoals we zien brengt het geloof ontelbare prachtheden in ons leven. We worden als mensen gereinigd van zonden en overbodige zaken, we worden bewust van onze plaats in het universum en we leren te delen op de weg van Allah. Het geloof is het werkelijke pad naar het geluk. Niet het geluk van een paar minuten, maar het oneindige geluk dat zal voortduren tot in het Paradijs. Het is aan de mens om dit pad te vinden en te bewandelen.

Waarom heeft de islam zoveel regels?

Mens zijn is jezelf koppelen aan regels. Dit begint al na je geboorte. Je koppelt jezelf (zonder dat je het wilt of beseft) aan de regels van je ouders die zij voor jou bepalen. In je puberteit kom je (vaak) in opstand tegen deze regels en zonder te beseffen koppel je je vast aan de regels (vriendencode) van je ‘beste’ vrienden. Niet te vergeten de regels waaraan je je moet koppelen als je naar school gaat of zelfs gaat studeren. Ieder keer als je denkt dat je losgekoppeld bent van regels en denkt dat je vrij bent, ben je gekoppeld aan nieuwe regels. Je hebt een baan dus komt een nieuwe koppeling van regels waaraan je je moet houden om je baan niet te verliezen. Ben je een ondernemer, ook dan heb je je gekoppeld aan regels.

Heb je je rijbewijs gehaald dan krijg je een flinke koppeling met regels naast je roze kaartje. Eenmaal een partner en huwelijk dan komt weer een nieuwe koppeling van regels. Kinderen krijgen brengt weer een nieuwe koppeling van regels met zich mee. Om een gezonde en rechtvaardige samenleving te krijgen, hebben landen grondwetten en vele andere wetten en regels opgesteld. Dit laat op zich al zien dat; als je de mensen op zichzelf laat zonder regels, dan ontstaat binnen de kortste keren chaos en anarchie in die samenleving.

We kunnen nog vele voorbeelden noemen waarbij zeer duidelijk wordt dat ‘mens’ zijn eenmaal regels met zich meebrengt. Als mens kun je niet vrij zijn en de regels aan je laars lappen. Als je dat toch doet moet je ook klaar zijn om de gevolgen daarvan te accepteren.

Een mens bestaat niet enkel en alleen uit een lichaam. Als mensen zich moeten koppelen aan regels om dit aardse leven te kunnen (over)leven, waarom roept men meteen ‘vrijheid’ en ‘leven zonder regels’ als het gaat om het (over) leven van je ziel en geest?

Er zijn bepaalde feiten waar we, of we nu willen of niet, niet onderuit kunnen:

• We bestaan en leven eenmaal op aarde.

• We maken ellende en verdriet mee.

• We worden oud.

• We worden ziek.

• We verliezen onze geliefden en naasten.

• We gaan dood.

Hoe ga je als ongelovige mens om met deze ‘tegenslagen’ in je leven? Hoe ga je als ongelovige om met de meest wezenlijke vragen waarmee mensen duizenden jaren mee zitten en filosofen nog steeds geen antwoord op hebben:

• Waarom ben ik op aarde?

• Wat gebeurt er na de dood?

Mensen zijn ‘intelligente’ wezens en kunnen zich niet afsluiten tegen bovenstaande punten. Gewoon vrij zijn en leven zonder regels verzacht de geleden pijn niet, en het zal zeker de angst voor de toekomst ook niet wegnemen. Zelfmoordcijfers in moderne rijke westerse samenleving laat dit overduidelijk zien.

Islam is een geloof dat zegt: ‘Let op! Je bent voor een korte periode op aarde, je hoofdverblijf waar je oneindig zal verblijven is in het Hiernamaals.’

‘En dit wereldse leven is niets anders dan vermaak en spel, het verblijfplaats in het Hiernamaals is zeker het echte leven, als zij het wisten.’ (Koran 29:64)

‘Weet dat het wereldse leven slechts een spel is, een ijdel vermaak, en pracht en praal, en opschepperij tussen jullie, en onderlinge wedijver ter vermeerdering van bezittingen en kinderen…

En het wereldse leven is niets anders dan een verleidende vorm van genot.’ (Koran 57:20)

‘Wie de beloning van het Hiernamaals wenst, voor hem vermeerderen Wij zijn beloning; en wie de beloning van het wereldse leven wenst, aan hem geven Wij daarvan, maar voor hem is er in het Hiernamaals geen aandeel.’ (Koran 42:20)

Als we voor onze korte vergankelijke aardse leven al gebonden zijn aan verschillende wereldse regels, waarom verbaast men zich dat je je aan ‘Goddelijke’ regels moet houden om zowel op aarde als in het Hiernamaals gelukkig te leven?

Naast het feit dat deze Goddelijke regels de mens mentaal sterk maakt, zorgen deze regels er voor dat we rijp worden voor onze uiteindelijke bestemming; het Hiernamaals. Islam onderscheidt zich van andere geloven door het feit dat het een geloof is die de mensen zowel het gelukzalig leven op aarde als in het hiernamaals biedt door de regels op te stellen waaraan de moslims zich vasthouden.

Zoals onderstaande verzen duidelijk maken vraagt de islam geen blinde overgave aan dogma’s. Hij eist dat zijn volgelingen ‘nadenken, beredeneren, onderzoeken, verstand gebruiken, enz.

‘Denken jullie dan niet na?’ (2:44)

‘Gebruiken jullie je verstand dan niet?’ (10:16), (21:10), (21:67), (28:60)

‘En zeker heeft hij (satan) velen van jullie doen dwalen. Gebruiken zij hun verstand dan niet?’ (36:62)

‘Er bevinden in de schepping van de hemelen en van de aarde,……. tekenen voor de mensen die verstand bezitten.’ (3:190)

Tegen iemand die zegt: ‘er is toch geen leven na de dood er zal geen Hiernamaals zijn, waarom zou ik me dan moeten koppelen aan een geloof met regels als ik ook vrij kan zijn waar niemand op let?’ Antwoordt de islam:

‘Kijk naar de Tekenen die voor je gebeuren die als vanzelfsprekend acht. Gebruik je verstand en kijk met je hart in plaats van enkel met je ogen te staren. Je zegt dat er geen leven na de dood is terwijl voor je ogen miljarden tekenen tonen dat er wel leven na de dood bestaat. Waar was je lichamelijk 10 maanden voor je geboorte? Nergens, of beter gezegd overal!

Je was in voedsel verspreid. Je leefde als atoom in graan, tarwe, vlees, groente, fruit, zuivel enz. Dit dode voedsel werd in je vader weer tot leven gewekt als spermazaadje. Na het bevruchten van het eitje stierf dit zaadje om een nieuw leven te leiden als foetus zodat deze na negen maanden weer moest ‘sterven’ en zijn wereld verlaten om verder te leven in een andere wereld dan de baarmoeder.

Je moet immers negen maanden in een donkere ruimte doorbrengen en je houden aan de regels totdat je lichaam rijp wordt voor een volgend leven. Leven in de baarmoeder is enkel mogelijk door de navelstreng. Pas nadat ze zich volledig hebben ontwikkeld en klaar zijn om hun ‘wereld’ te verlaten komen ze naar een totaal andere wereld waarbij ze al hun zintuigen en ledematen die ze in de baarmoeder hebben ontwikkeld kunnen gebruiken.

Net als een astronaut een ruimtepak nodig heeft om te leven in de ruimte heeft de mens het lichaam nodig om te leven op aarde. Als zijn tijd erop zit zal hij zijn pak hier achterlaten om verder te reizen naar zijn oorspronkelijke verblijfplaats. Ook dit is niet voor ons vreemd als we kijken naar de vele ‘pakken’ die we aan en uit hebben getrokken tijdens onze levensfase startend als zaadcel.

Leven in de baarmoeder was enkel mogelijk door de navelstreng. Om in volgend fase te leven moet je je band verbreken met je huidige wereld. Je levensader (navelstreng) moet worden geknipt om naar het ‘hiernamaals’ te gaan om te leven. Op aarde heb je immers geen navelstreng nodig. Door de Schepper is in de baarmoeder je lichaam gevormd die geschikt was om te leven op aarde. Dit lichaam moet je achter laten om je leven voort te zetten. Want voor je toekomstige leven heb je geen fysieke vergankelijke lichaam nodig, dus wees niet bedroeft dat je oud wordt en je lichaam aftakelt en later onder de grond zal vergaan tot stof.’

Zo leert de islam ons de ‘Tekenen’ van Allah te zien en te lezen. Iemand die deze tekenen ziet en weet dat er een hiernamaals is gaat zich afvragen wat zijn Schepper van hem/haar verwacht. Ook hier schiet de islam ons ter hulp. Allah, onze Schepper, heeft in een Gebruiksaanwijzing de regels nauwkeurig uiteengezet en heeft zelfs een Gids gestuurd die ons in de praktijk heeft getoond hoe we op deze wereld optimaal kunnen leven en ons optimaal kunnen voorbereiden voor ons volgende leven.

In deze Gebruiksaanwijzing geeft Allah aan hoe onze harten tot rust komen.

‘Door het gedenken van Allah komen de harten tot rust’ (13:28)

Door jezelf koppelen aan een geloof met regels komt je hart dus tot rust en ben je voorbereid op alle tegenslagen die op je pad komt. Waar mensen, die denken dat ze vrij zijn omdat ze zich niet hebben gekoppeld aan islamitische regels, vol stress en depressie door het leven gaan omdat ze mentaal en geestelijk al die tegenslagen niet aankunnen, gaan moslims die zich overgegeven hebben aan deze regels glimlachend en vol met levensgenot door het leven. Alleen dit al maakt het waard dat men zich aan de regels gaat houden van de islam.

Een ander belangrijk punt is dat moslims die zich koppelen aan de regels van Allah juist bevrijd van ketenen door het leven gaan, terwijl mensen die zichzelf niet willen koppelen aan regels van Allah, heel hun leven lang moeten ploeteren en zwoegen om aan de regels te voldoen die de samenleving heeft opgesteld.

Het is onbegrijpelijk dat men weigert om Allah te aanbidden, maar in plaats daarvan wordt men de slaaf van vele kleine ‘afgoden’ en begint men tientallen ‘godjes’ zoals geld, macht, status, vrouw, werk, en nog vele andere aardse totems en idolen te aanbidden en hun waardevolle leven aan hen te verspillen. Het trieste is dat ze veelal sterven zonder iets waardigs terug te krijgen voor hun volledige overgave.

De vraag is wie vrijer is. Iemand die Eén God aanbidt en enkel en alleen Zijn regels volgt? Of iemand die weigert Eén God te aanbidden en in plaats daarvan in een web van afgoden terecht komt met verschillende regels die onmogelijk zijn om na te komen?

‘Gebruiken jullie je verstand dan niet?’ (Koran 10:16)

Hoe kan men zich voorbereiden op de maand Ramadan?

Met de Ramadan in zicht zoeken vele moslims naar manieren om deze Ramadan zo goed mogelijk te benutten. Daarom is de vraag voor velen: Hoe bereid ik mijzelf het beste voor op de Ramadan? Wij hebben tien tips voor jou op een rijtje gezet.

1. Maak een checklist

Begin vanaf nu met het maken van de intentie dat deze Ramadan een bijzondere periode van veel spiritualiteit en broederschap gaat zijn. Om die intentie om te keren naar werkelijkheid is het handig om een checklist te maken met jouw doelen voor Ramadan. Voorbeelden van daden in Ramadan zijn: dagelijks lezen van Koran, het aantal keer bezoeken van oudere mensen, een bepaald aantal dagen het Tarawih gebed bidden in de moskee, het uitnodigen van niet-moslims voor een iftar. Door een doel te stellen en daarbij ook te bepalen hoe vaak je het moet doen, kun je voor jezelf eenvoudig plannen hoeveel tijd je nodig hebt om een bepaalde daad uit te voeren.

2. Bereid je lichaam voor

Zorg ervoor dat je lichamelijke gesteldheid in orde is door je voedingspatroon bewust in de gaten te houden. Pas de kwaliteit en hoeveelheid van je voeding aan. Eet geen snacks meer tussen de maaltijden en zorg ervoor dat je gezonde maaltijden nuttigt. Verminder ook je cafeïne en nicotine inname voor de Ramadan, zodat je geen afkickverschijnselen krijgt in de eerste dagen van de maand Ramadan (het is sowieso niet verstandig om koffie en thee te drinken in Ramadan, omdat deze het lichaam uitdrogen waardoor je overdag dorst zult ervaren).

3. Herzie alle medische zaken voor Ramadan

Zorg ervoor dat alle medische zaken op orde zijn voordat Ramadan begint. Wanneer je lijdt aan een bepaalde ziekte, bezoek dan de huisarts om te raadplegen wat de consequenties zijn van het vasten op je ziekte. Als je bepaalde medicatie dient in te nemen, die het onmogelijk maken om deel te nemen aan het vasten, dan hoef je niet te vasten gedurende de maand Ramadan. Voer daarom een goed gesprek met je huisarts en vraag of het verantwoord is om deel te nemen aan het vasten.

4. Verricht vrijwillige vasten

Het vrijwillig (nafila) vasten is een perfecte manier om het lichaam, de ziel en het verstand voor te bereiden op de Ramadan. Als het mogelijk is, vast dan op de aangeraden dagen maandag en donderdag, naar het voorbeeld van Profeet Mohammed (vrede zij met hem). Ook vastte de Profeet (vrede zij met hem) in de maand Sjabaan, de maand vóór Ramadan. Maar let wel op, de Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Wanneer (de maand) Sjabaan voor de helft voorbij is, vast dan niet.” (Tirmidhi, Sawm, 37)

5. Reciteer de Koran

Veel mensen willen in Ramadan de gehele Koran (ongeveer 600 bladzijden) van begin tot eind uitlezen. Als jij niet de gewoonte hebt om dagelijks de Koran te lezen, dan zul je uitgeput raken midden in de maand en de eindstreep heel moeizaam halen. Zie dit moment dus als een kans om een gewoonte te maken van het dagelijks lezen van een stukje Koran. Op deze manier is het mogelijk om langere stukken van de Koran te lezen in de maand Ramadan. Als het onmogelijk is voor jou om de gehele Koran uit te lezen in de maand Ramadan, maak er dan een gewoonte van om dagelijks een vast aantal bladzijden te lezen of zelfs een aantal verzen per dag. Je zult extra zegeningen krijgen voor elke letter die je leest in de heilige maand.

6. Verricht extra gebeden

Als je geen verplichte gebeden hoeft in te halen (qadha), begin dan met het verrichten van vrijwillige soennah gebeden. Op deze manier kun je jezelf optimaal voorbereiden op de extra gebeden die plaatsvinden in Ramadan (Tarawih). Als je wel gemiste verplichte gebeden hebt, gebruik dan de tijd die je zou spenderen aan het verrichten van soennah gebeden om je verplichte gebeden in te halen. Voel je niet schuldig omdat je niet de soennah gebeden verricht, omdat Allah in een bekende overlevering vermeldt: “Mijn dienaar nadert Mij niet met iets dat meer geliefd is bij Mij dan de verplichtingen die Ik hem heb verplicht gesteld.” (Sahih Boechari)

7. Geef liefdadigheid

Benut de weken voorafgaand aan Ramadan om meer daden van liefdadigheid voor de medemens te verrichten. Dit kan variëren van het helpen van een vluchtelingengezin tot het doneren van geld aan de moskee of aan andere goede doelen. Het geven van liefdadigheid is een manier om je welvaart te zuiveren en door dit te doen kun je de maand Ramadan op een zuivere manier betreden. Het opent ook deuren in je leven, want Profeet Mohammed (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Allah zegt: “Besteed (aan liefdadigheid), oh zoon van Adam, en Ik zal aan jou besteden.” (Boechari en Moeslim)

8. Stel je dienstbaar op

Stel je dienstbaar op door als vrijwilliger taken uit te voeren voor lokale liefdadigheidsorganisaties of andere organisaties die zich inzetten voor de maatschappij. Of het nou voor een islamitische organisatie is, zoals een moskee, of voor een niet-islamitische organisatie, zoals een voedselbank, het maakt niet uit zolang je maar actief dienstbaar bent voor de maatschappij. Jezelf dienstbaar opstellen is een mega-stimulans in de training van je ego en voor je relatie met God. Profeet Mohammed (vrede zij met hem) heeft gezegd: “Wie een ongemak (van een ander) vergemakkelijkt, Allah zal in dit wereldse leven en in het Hiernamaals zijn ongemak vergemakkelijken.” (Sahih Moeslim)

9. Focus op je karakter

Imam al-Ghazali maakt een onderscheid in drie soorten vasten. Het hoogste niveau van vasten is het vasten van het hart. Het is een soort vasten waarbij je jezelf niet alleen weerhoudt van eten en drinken maar ook van onnodige en wereldse zaken. Je kunt bijvoorbeeld stoppen met het bekijken van zinloze programma’s op tv of urenlang rondhangen op sociaal media. Of je kunt bijvoorbeeld gesprekken vermijden waarin kwaad wordt gesproken over anderen, zodat je hart niet wordt gevuld met haat en afgunst. Probeer in plaats daarvan jezelf bezig te houden met nuttige kennis en probeer je omgang met mensen te verfijnen. Door hiermee aan de slag te gaan, zul je hopelijk in Ramadan behoren tot degenen die vasten met hun hart.

10. Verminder verspilling en overconsumptie

Een van de grote problemen van moslims tijdens Ramadan is de hoge mate van verspilling van voedsel, terwijl de heilige maand ons juist leert om empathie te hebben met de minderbedeelden. Begin daarom met het bewust en duurzaam omgaan met voedsel. Let op het gemiddeld aantal boodschappen dat je normaalgesproken doet en probeer daar in Ramadan niet van af te wijken. Probeer je afval ook zoveel mogelijk te scheiden, zodat je je bewuster en duurzamer gaat gedragen.

Wat is de adab van het vasten?

1. Het verrichten van de sahoer.

De nobele profeet zei: “verricht de sahoer. Ongetwijfeld zijn er zegeningen in de sahoer.” (Boechari, 1923; Moeslim, 1095).

De sahoer kan verricht worden door veel of weinig te eten of door een slok water te drinken. De nobele profeet heeft immers gezegd: “verricht de sahoer, al is het met een slok water.” (Ibn Hibban, 1923; Moeslim, 1095)

Het uitstellen van de sahoer is moestahab en dus beter. Zayd b. Thabit zei: Wij verrichtten de sahoer met de Profeet. Daarna stond de profeet (vrede zij met hem) op en ging bidden’; Anas vroeg: “hoeveel tijd was er tussen de sahoer en de adhan?” –“(de tijd voor het lezen van) 50 ayât”, zei hij. (Boechari, 1921; Moeslim, 1097)

2. Het vermijden van onnodige handelingen, kwade woorden, leugens en dergelijke.

Abu Hoerayra levert over: Rasoelallah (vzmh) zei: “Als iemand van jullie vast, laat hem geen slechte woorden uitspreken, laat hem niet schreeuwen en onwetend gedragen. Als iemand slechte (kwade) woorden tegen hem uitspreekt of ruzie zoekt, laat hem dan: “ik ben aan het vasten” zeggen. (Boechari, 1904; Moeslim. 1151)

“Wie het liegen, het handelen met liegen en het onwetend (kwade) gedragen niet verlaat, Allah heeft geen behoefte aan zijn verlating van het eten en het drinken (het vasten)” (Boechari, 1903)

Uit een andere overlevering blijkt immers: “Er zijn mensen die vasten, maar er niets anders dan honger en dorst aan overhouden. En er zijn mensen die tijdens de nacht bidden, maar er niets anders dan slapeloze nachten aan overhouden.” (Ahmad, 8693)

3. Het gul zijn en het extra aandacht schenken aan de Koran.

Ibn Abbas (ra) vertelt: “Bij het doen van het goede, was de meest gulle de Profeet (vzmh). De tijd waarin hij het meest gul was, was tijdens de Ramadan, wanneer hij met Djibriel ontmoette. Tot de Ramadan afliep, ontmoette hij (vzmh) elke nacht Djibriel en las hem de Koran voor. Wanneer hij Djibriel ontmoette, werd hij guller dan de waaiende winden. (Boechari, 1902, Boek 30, Hadith 12; Moeslim, 2308)

4. Het haasten bij het verrichten van de iftar zodra de zon ondergaat.

Sahl b. Sa’d (ra) levert over: “Rasoelallah (vzmh) zei: Zolang mensen haasten bij het verrichten van de iftar, zullen de mensen op het goede (ghayr) zijn. (Boechari, 1957; Moeslim, 1098)

5. Het verrichten van dua (smeekbede).

Voorbeeld doea is: Allahumma laka sumtu wa bika amantu wa `alayka tawakkaltu wa `alā rizqika aftartu

Oh Allah, ik heb omwille van U gevast en met volle overtuiging geloof ik in U en op U berust mijn vertrouwen en ik verbreek het vasten door de voorzieningen die U aan mij heeft geschonken.

Wat zijn de dimensies van Ramadan?

Als de derde “zuil” of religieuze verplichting in de Islam bestaat vasten uit meerdere dimensies: een van gedrag, een religieuze, een sociale en een spirituele.

De dimensie van gedrag

De eerste is de duidelijk zichtbare dimensie van gedrag. Vasten tijdens Ramadan is een manier om zelfbeheersing te ontwikkelen. Doordat men tijdens het vasten, gedurende de uren van daglicht, niet bezig is met het bevredigen van lichamelijke behoeften, wint de geest aan rust. De ziel wordt bevrijd van de ketens van vleselijke verlangens. Het vasten doorbreekt de cirkel van vaste gewoonten of overmatig toegeven aan verlangens.

De religieuze dimensie

Tijdens het vasten dient men niet alleen de maag, maar ook de tong, ogen, oren, ledematen, het hart en de geest in toom te houden. Net zoals we onze lichamelijke behoeften beheersen, dienen we onze negatieve emoties en daden te beheersen. Profeet Mohammed (vrede zij met hem), de Boodschapper van de islam, heeft uitgelegd dat het vasten niet alleen betekent dat men zich van eten en drinken onthoudt, maar dat het ook betekent dat men geen slechte daden verricht. Hij heeft gezegd dat wanneer iemand zijn emoties en gedrag niet kan beheersen, Allah (God) ook niet van die persoon verwacht dat hij of zij zich van eten onthoudt. Daar voegde hij nog aan toe, dat men, wanneer iemand je verbaal beledigt, je iets stoms aandoet of zelfs pijn doet, slechts dient te reageren met de woorden: “Ik ben aan het vasten; ik ben daadwerkelijk aan het vasten.” Volgens de meesters van de spirituele dimensie van de islam, dienen tijdens deze maand niet alleen onze organen, maar ook onze gedachten en gevoelens in toom gehouden te worden.

De sociale dimensie

Wat de sociale dimensie betreft, is vasten een manier om honger te ervaren en medeleven te ontwikkelen voor de minder gefortuneerden en op die manier dankbaarheid en waardering te ontwikkelen voor de geschenken van Allah (God). Vasten vergroot het medeleven en mededogen voor degenen die verstoken zijn van hun dagelijkse middelen om te overleven. Hoewel iedereen in abstracte zin weet dat er mensen in de wereld zijn die honger lijden en arm zijn, is deze kennis alleen helaas niet genoeg om ons dagelijkse gedrag te beïnvloeden. Omdat we tijdens Ramadan niet alleen weten dat er mensen zijn die honger lijden, maar een glimp van hun hongergevoel ervaren, wordt deze kennis geïnternaliseerd. Deze diepgaandere, geïnternaliseerde kennis helpt ons om minder te verspillen en oprecht ons best te doen mensen in nood te helpen.

Ramadan is tevens een periode van vrijgevigheid. Mensen zijn guller, hartelijker en staan meer dan in andere perioden van het jaar open om goede daden en liefdadigheid te verrichten. Moslims nodigen elkaar, vrienden en gasten, moslims en niet-moslims, in het bijzonder buren, ongeacht hun geloof, uit om het avondmaal met hen te delen en geschenken en de beste wensen uit te wisselen.

De spirituele dimensie

In de spirituele dimensie vormt het vasten tijdens Ramadan een daad van gehoorzaamheid. Het leidt tot oprechte dankbaarheid, wat de kern van aanbidding vormt. Tevens krijgt onze spirituele kant voorrang op onze fysieke impulsen. Als we ons lichaam voorstellen als een vaartuig, als een schip, zijn onze geest, hart en zinnelijke verlangens de handen die dit schip proberen te sturen. Vasten verzwakt de invloed van ons zinnelijke zelf en versterkt de invloed van de geest en het hart op de beheersing van ons lichaam.

Het hongergevoel tijdens het vasten doorbreekt de ingebeelde heerschappij van het zinnelijke zelf of ego. Door het zinnelijke zelf, aan zijn aangeboren hulpeloosheid te herinneren, beseft het dat het slechts een dienaar is. Zelfbewustzijn, of de gewaarwording van het “Ik” is een onderdeel van wat de mens als ‘drager van het toevertrouwde’ op aarde is “toevertrouwd” [Koran, Ahzab 33:72]. “De Alwijze Schepper heeft ieder mens een ego toevertrouwd dat sleutels en voorbeelden bevat die hen aansporen en in staat stellen de waarheden over de eigenschappen van de Heer der Schepping en Zijn essentiële kwaliteiten te herkennen. Het ego is de maatstaf waarmee de kwaliteiten van Zijn Heerschappij en de functies van Zijn Goddelijkheid kenbaar worden gemaakt.” [Nursi, 2005, 552] Hoewel Allah (God) ons nader is dan onze halsslagader [Koran], kunnen wij Zijn Namen en Eigenschappen niet volledig bevatten. Deze zijn namelijk oneindig en wij slechts eindige, sterfelijke, beperkte wezens. De feitelijke eigenschappen die Allah (God) ons gegeven heeft, dienen als maatstaf waarmee we Zijn Namen en Eigenschappen kunnen vergelijken en beter kunnen begrijpen.

Conclusie

Vasten tijdens Ramadan kan op degenen die het niet zelf ervaren hebben, overkomen als een moeilijk te volbrengen vorm van aanbidding. Er zijn echter veel factoren, waarvan er een aantal genoemd zijn, die de gelovigen helpen hun toewijding te vervullen. Alleen Allah (God) kent de werkelijke wijsheid van het vasten. Door de Koran, de profetische overlevering en onze persoonlijke ervaringen kunnen wij er een glimp van opvangen. In eerste instantie is vasten een middel tot zelfbeheersing, een manier om in godsvrucht te groeien en bevrijd te worden van de tirannie van de zintuiglijke verlangens. Ten tweede biedt vasten gelegenheid tot bezinning, intense aanbidding en dankbaarheid. Het stelt de leden van de gemeenschap in staat mee te voelen met degenen die honger lijden en armoede kennen. Op spiritueel niveau leidt vasten tot een oprechte waardering van de geschenken van Allah (God) en een diep gevoelde dankbaarheid, die de essentie van aanbidding vormt. Tenslotte herinnert het hongergevoel het zelf aan zijn ware aard, zijn zwakheid en afhankelijkheid van Allah’s genade. Het doorbreekt de ingebeelde heerschappij van het zelf en herinnert het zinnelijke zelf aan het doel van zijn schepping: namelijk geloof in, kennis en aanbidding van en liefde voor Allah (God), en dienstbaarheid aan de mensheid.

Wat is de betekenis van het (aan)bidden is?

In het besef van de eigen tekortkomingen, zwakheden en behoeftigheid in de aanwezigheid van Allah, werpt de mens zich uit liefde en bewondering voor de volmaaktheid van Zijn Heerschappij, Zijn Goddelijke Macht en Zijn Goddelijke Genade, als dienaar van Allah ter aarde.

Elk specifiek gebed staat voor het verheerlijken, verheffen en danken van de Heer. In de islam is het voorgeschreven gebed (salât) dusdanig (vormgegeven) dat mensen er zowel mentaal, sociaal, spiritueel als lichamelijk mee bezig zijn. Als onderdeel van het gebed reciteert een moslim delen van de Koran, spreekt hij of zij woorden van verheerlijking, verheffing en dank, en verricht hij of zij een aantal bewegingen zoals de handen tot schouderhoogte opheffen, met de handen voor het lichaam gevouwen staan, buigen, op de grond neerknielen en vooroverbuigen en zitten. De bewegingen in een gebed hebben specifieke doeleinden en betekenissen, zoals het uitdrukken van onderwerping aan Allah.

Waarom vijf keer per dag?

De vijf tijdstippen van aanbidding zijn de vroege ochtend, het midden van de dag, de namiddag, avond en nacht. Dit zijn belangrijke tijdstippen voor mensen gedurende de dag en symboliseren de belangrijke momenten in het leven, namelijk de geboorte, het volwassen leven, de oude dag, de dood en het volledig loskomen van deze wereld. Bovendien wordt de moslim op deze manier gedurende de hele dag aan Allah herinnerd en zal diegene minder snel neigen om zondes te verrichten.

Vijf keer per dag lijkt misschien erg veel, maar gezamenlijk nemen ze niet meer dan een uur in beslag. Moslims zien het ook niet als een last. Integendeel, ze geven Allah een uur van hun dag terug, in het besef dat Allah hen 24 uur geschonken heeft. Het gebed is een mogelijkheid om zonder tussenkomst van anderen in communicatie te treden met Allah.

In welke richting?

Alle moslims richten zich wanneer zij bidden in de richting van de Kaba. Dit betekent niet dat zij de Kaba aanbidden of denken dat Allah zich in de Kaba bevindt. Het geeft slechts de bidrichting aan.

Hoe kan ik tegen mijn zin beginnen met bidden?

Het is niet ongebruikelijk is dat de sterkte van ‘imân’ bij gelovigen soms afwisselt en dus niet altijd op dezelfde niveau zit. Zeker in deze tijd waarin veel mensen het steeds drukker krijgen met werk, studie en andere verplichtingen en verantwoordelijkheden komt het helaas voor dat sommige gelovigen minder tijd in hun geloof kunnen steken als dat zij zouden willen. Dit is geen uitzonderlijke situatie; onze Nobele Profeet (vzmh) heeft namelijk gezegd: “Het geloof in je hart slijt net als je kleding slijt. Vraag Allah dus om het geloof in jullie harten te vernieuwen.” (al-Hakim en at-Tabaranie). Ons allereerste advies is:

1. Vraag Allah het geloof in jouw hart te vernieuwen.

Wat betreft het verrichten van het gebed (salât) willen wij het volgende opmerken: 5 keer per dag bidden is door Allah in de Koran voor alle moslims verplicht (fard) gesteld. Als wij niet bidden dan plegen wij een zonde waarvoor wij vergiffenis moeten vragen. Het niet willen en niet verantwoordelijk voelen voor het bidden betekent dat men een probleem heeft met zijn imân (geloof). Men moet proberen om hier aan te gaan werken. Geloof is net als liefde. Je moet eerst een band bouwen met Allah wil je het daadwerkelijk kunnen voelen en doen voor Allah. Want tenslotte bidden wij allemaal omdat Allah het van ons verwacht. Voor je moeder of geliefde doe je ook vanwege je liefde vele dingen? Wellicht zou je zelfs je leven voor hun geven, omdat je veel liefde voor hun hebt.

Een algemeen spreekwoord dat wij allemaal wel kennen is dat de mens niet kan houden van iets wat hij niet kent. Als jij profeet Mohammed (vzmh) niet kent dan kan je nooit weten wie Allah is en kun je de Koran nooit volledig begrijpen.

2. Zoek kennis

Allah de Verhevene zegt in Soera Fatir (35, 28) (interpretatie van de betekenis): “…Waarlijk, het zijn slechts Zijn dienaren met kennis die Allah vrezen. Waarlijk, Allah is Almachtig, Meest Vergevensgezind.”

Het is dus belangrijk om boeken te lezen over je geloof. Het kennen van Allah zorgt ervoor dat een persoon van Hem houdt en Hem vreest en zijn vertrouwen in Hem stelt en zijn daden oprecht voor Hem verricht. Dit is de essentie van het menselijke geluk. Daarentegen zal een gebrek aan kennis over Allah ervoor zorgen dat men Allah niet volgens Zijn juiste waarde inschat en Hem dus gemakkelijker ontkent of ongehoorzaam is. Dus leer Allah kennen door Zijn Namen en Eigenschappen te bestuderen. Hoe meer kennis je opdoet, des te meer je ‘imân’ (geloof) zal gaan groeien insjaAllah.

3. Toon berouw onthoud je van zondes

Het is belangrijk om het hart van zondes te bevrijden en niet te vergiftigen met nieuwe zondes. Als men daarna begint met bidden -ook al is het bidden tegen zijn zin in- zal het hart het gebed sneller en beter accepteren. Desnoods begin je slechts met de fard gebeden. Islamitische geleerden leren ons dat wanneer je 40 dagen achter elkaar bidt je het gebed dan niet zo snel meer zal loslaten insjaAllah. Je zult niet altijd volledig geconcentreerd met heel veel gevoel kunnen bidden. Dat is een proces wat moet groeien en het gevoel kan nooit groeien als je helemaal niet bidt. Dus in eerste instantie moet je gewoon bidden ook al voel je er niks voor. Met de tijd zal Allah dat gevoel aan jou geven insjaAllah.

Wat voor soort gebeden verrichten de moslims?

Binnen de islam vormt bidden een driedimensionaal fenomeen, dat Allah wordt aangeboden. Het belangrijkste doel daarbij is het behagen van Allah en het daaruit resulterende doel, het bereiken van spirituele ontwikkeling.

De eerste dimensie is de kwantiteit en variabiliteit van het verrichten van actieve aanbidding. Vasten, het geven van aalmoezen (zakât) en de voorgeschreven gebeden (salât) zijn alle verschillende vormen van aanbidding, die van degene die ze uitvoert een vorm van actie vragen. Zoals in de Koran staat “… die in de Onzichtbare geloven, de As-salât (gebeden) verrichten en geven van waarin Wij hen voorzien hebben.” (Koran 2:3).

De tweede dimensie is de passieve aanbidding, die bestaat uit het vermijden van gedrag dat iemands geest, spiritualiteit, bezit, familie en leven schaadt, zoals gokken, gebruik van verdovende middelen, overspel, kwaadspreken etc.

De derde dimensie is de ontwikkeling van een directe relatie tussen Allah en de gelovige. “En wanneer Mijn dienaren u (O Mohammed) vragen stellen over Mij, antwoord (hen) dan, dat Ik inderdaad dichtbij ben. Ik beantwoord de smeekbedes van de smekende wanneer deze Mij aanroept. Laat hen Mij dus gehoorzamen en in Mij geloven, opdat zij juist geleid zullen worden” (Koran 2:186). Dit wordt beoordeeld aan de hand van de mate van verbinding met en nabijheid tot Allah en door hoe vaak iemand Allah herdenkt en persoonlijk met Hem communiceert. Deze dimensie is belangrijk, omdat het de andere twee dimensies van diepte en kwaliteit voorziet. “…Waarlijk, in het herdenken van Allah, vinden harten rust.” (Koran 13:28).

Het aanbidden van Allah bestrijkt een moslims’ gehele leven. Terwijl sommige handelingen van aanbidding dagelijks plaatsvinden, worden anderen soms maar eenmaal per leven verricht. Voor degenen die rijk genoeg zijn om de reis te maken, is het verplicht om eenmaal in het leven de bedevaart naar het Heilige Land te maken. Zakât (aalmoezen) is het afstaan van 2,5% van iemands bezit aan bepaalde groepen mensen zoals de armen en behoeftigen. Deze wordt eenmaal per jaar betaald. Vasten wordt één maand per jaar gedaan en de verplichte gebeden, vijf keer per dag.

Dit zijn de ‘zuilen van de islam’. Samen vormen ze goddelijke voorgeschreven ‘oefeningen’, die de fysieke, mentale, spirituele en sociale ontwikkeling van een gelovige waarborgen.

Hoe moeten we ons de geest voorstellen?

Alhoewel de wetenschap nog niet klaar is om dit te aanvaarden, zijn er behalve de onderverdelingen in de wereld, zoals de werelden der planten, dieren en menselijke wezens en de wereld der djinn, vele andere werelden in het universum, de ene in de andere begrepen, boven de andere of de andere omvattend. Van deze werelden is het de zichtbare, materiële wereld waarin we leven en die zich aan onze zintuigen voorschotelt. Van de kleinste deeltjes tot de sterrennevels, is deze wereld de sfeer waar God Almachtig leven geeft, koestert, vernieuwt en laat sterven. Wetenschappen houden zichzelf bezig met de verschijnselen in deze wereld.

Boven de zichtbare, materiële wereld is er de immateriële wereld van de Goddelijke Wetten of Geboden. Om enige kennis van deze wereld te hebben, kunnen we bijvoorbeeld beschouwen hoe een boek of een boom of een menselijk wezen ontstaat. Het belangrijkste deel van het bestaan van een boek is de betekenis ervan. Zonder dit gegeven is het onmogelijk voor een boek om te worden gemaakt, ongeacht de hoeveelheid papier en de kwaliteit van de drukpers. Een tweede voorbeeld gaat over de kracht die een zaadje aanzet om te ontkiemen in de aarde en uit te groeien tot een boom. Dit gebeurt door de gave van de essentie van het leven en de wetten der kieming en de groei, die aan dit zaadje zijn geschonken. We kunnen zelfs met het blote oog de ontkieming van een zaadje en de verdere ontwikkeling tot een boom waarnemen. Maar de essentie van het leven en de wetten der groei en der kieming zijn noodzakelijk om de geboorte en de groei van een nieuw levend wezen te verzekeren, zelfs al zijn deze onzichtbaar of onwaarneembaar. Anders zouden er geen planten in de wereld zijn.

Op een gelijkwaardige manier, is het lichaam van een vrouw elke maand door menstruatie, voorbereid om te worden bevrucht. Dit proces wordt voorgeschreven door een biologische wet. Van miljoenen mannelijke zaadcellen die zich in het lichaam van de vrouw begeven, is er één die de eicel bereikt en deze bevrucht. Daarna stopt de menstruatie tot de geboorte. Ook dit proces wordt door een (andere) biologische wet geregeld. De ontwikkeling van het embryo in een nieuw individu, met vele tussenstappen, is een derde proces, geregeld door alweer een andere biologische of embryonale wet. Dit proces wordt in de Koran zeer uitdrukkelijk beschreven: ‘Mens!, Wij schiepen uit een essentiële vorm van klei. Dan hebben we hem als een druppel zaad in een rustplaats gezet, stevig bevestigd. Dan hebben we dit zaad, sperma, in een weefsel van samengeklonterd bloed omgevormd en maakten hier een klomp (embryo) uit. Dit voorzagen we van beenderen en bekleedden deze met spieren en vlees. Tenslotte ontwikkelden we dit tot een nieuw, onderscheiden en individueel, wezen. (Soera al Moe’minoen 23, 12-14)

Dit proces gebeurt, volgens de beschrijving in de Koran, binnen drie sluiers van duisternis: ‘Hij schiep u in de lichamen van uw moeders, in verschillende stappen, één na één, in drie sluiers van duisternis.’ (al-Zumar, S39, A6)

Deze drie sluiers zijn de buikholte, het lichaam en het membraan of vlies. Het zijn de bestanddelen van de membranen der foetus of de drie gebieden van de ‘decidua’: decidua basalis, decidua capsularis en de decidua parietalis. Eigenlijk bespreken de Verzen elk van deze betekenissen.

We besluiten het bestaan van al deze wetten uit bijna ongewijzigde herhalingen van al deze processen. Op dezelfde manier, door het observeren van de natuurlijke verschijnselen rondom ons, besluiten we ook dat er nog vele andere wetten bestaan zoals de aantrekkingswet en de afstotingswet, en het bevriezen en het verdampen van water.

Daarom is de geest een wet, die zoals alle andere, voorkomt uit de wereld der Goddelijke Wetten en Geboden. Nochtans, in tegenstelling met al de andere wetten, is de menselijke geest een levende, bewuste wet. Het vers: ‘Zeg! de geest komt uit het Bevel van mijn Heer’ (al-Isra’ S17, A85) stelt dat de geest uit de wereld der Goddelijke Bevelen komt, niet uit de zichtbare, materiële wereld.

Indien de geest, van leven en bewustzijn werd ontdaan, dan zou het een wet worden. Als anderzijds de wetten, van leven en bewustzijn werden voorzien, dan zouden zij elk een geest worden.