ISLAMITISCHE BEGRIPPEN

Wat houdt jihad in?

Het Arabische woord ‘jihad’ betekent letterlijk strijden of streven en is van toepassing op elke inspanning die iemand levert. In deze betekenis streeft een student om zijn diploma te behalen. Een zakenman streeft ernaar geld te verdienen. Een moeder streeft ernaar haar kinderen op te voeden tot goede en eerlijke mensen. Met andere woorden, jihad betekent je best doen om een gewenst doel te bereiken.

In religieuze zin verwijst het woord jihad zoals het in de Koran wordt gebruikt naar een spirituele strijd tegen het kwaad dat leeft in onszelf. In de islam bestaat geen concept van ‘heilige oorlog.’ Dit begrip wordt op geen enkele plek in de Koran genoemd, noch in de authentieke overleveringen van de woorden van de profeet Mohammed, vrede zij met hem, noch in de vroege islamitische literatuur. De Arabische term voor militaire oorlog is qital, niet jihad.

In de woorden van Profeet Mohammed, vrede zij met hem, zijn er grotere en kleinere onderdelen van jihad. De grote jihad bestaat uit het bestrijden van bijgeloof, verkeerde overtuigingen, vleselijke verlangens en de slechte neigingen van het ego tijdens het najagen van intellectuele en spirituele verlichting. Dit is de grote jihad, omdat deze constant is en zich in vele vormen, op onzichtbare wijze voordoet. De kleine(re) jihad bestaat uit het aanmoedigen van anderen om dit pad te volgen. Hoewel dit meestal in militaire zin wordt uitgelegd, is de kleine jihad, veel meer dan dat. Het omvat alle handelingen die een gelovige of een geloofsgemeenschap onderneemt om de zaak van de islam, via wetmatige kanalen, te vergroten.

De Profeet, vrede zij met hem, combineerde deze twee kanten van de jihad op evenwichtige wijze. Getuigenissen van zijn ongeëvenaarde moed en oplossingen voor het verdedigen van het opkomende geloof en de moslimgemeenschap zijn in talloze geschiedenisboeken te vinden. Daarnaast zijn er vele verslagen van zijn spirituele gevechten en het vasten tijdens de nacht. Toen zijn vrouw A’isha hem vroeg of zijn toewijding aan het bidden niet een beetje te ver ging, antwoordde hij: “Dien ik dan niet een dankbare dienaar van Allah te zijn ?” Wanneer A’isha wakker werd, vond zij hem in het holst van de nacht vaak smekend op zijn knieën.

Moslims gebruiken het woord jihad voor alle vormen van streven en voor hen heeft het in de loop der tijd verschillende specifieke betekenissen gekregen. De Koran en de hadith (overleveringen) van profeet Mohammed (vrede zij met hem), de twee belangrijkste bronnen in de islam, gebruiken de term jihad in een groot aantal verschillende contexten, zoals hieronder te zien is:

• Het erkennen van de Schepper en deze het meest van alles liefhebben (9:23-24)

• Weerstand bieden aan de verkeerde druk van ouders, leeftijdgenoten of de maatschappij(25:52)

• Standvastig op het rechte pad van geloof en evenwicht blijven (22:78), (3:142)

• Naar rechtschapen daden streven (29:69)

• De moed en standvastigheid hebben om de boodschap van de Islam te verkondigen (41:33)

• Het verdedigen van zowel de Islam en de moslimgemeenschap, als het helpen van bondgenoten, die niet noodzakelijk moslim hoeven te zijn (22:39-40)

• Verraderlijke mensen van hun macht beroven (8:58)

• De vrijheid bevechten om de boodschap van de Islam in een open en vrije omgeving te onderwijzen en te verkondigen(2:217)

• Mensen bevrijden van tirannie en onderdrukking (4:75)

Profeet Mohammed, vrede zij met hem, adviseerde een man die zich bij zijn leger wilde aansluiten, zijn jihad(strijd) te beginnen door zijn ouders te dienen (Sahih Al-Boechari, 597:2). Een andere keer antwoordde de profeet (vrede zij met hem) toen een man naar een betere vorm van jihad vroeg: “ een woord van waarheid ten overstaan van een onderdrukkende heerser” (Soenan al-Nasa’i).

Een militaire jihad is een laatste middel dat binnen de grenzen van de Koran (2:190) en de praktijk van Profeet Mohammed, vrede zij met hem, gegeven wordt. Vreedzame oplossingen van conflicten genieten de voorkeur boven militaire. Indien oorlog onvermijdelijk is, dient elke gelegenheid om de oorlog te beëindigen, benut te worden. Oorlog is alleen toegestaan voor het verdedigen van land en vrijheden (22:39-40), (60:8). De Koran stelt: “Maar indien de vijand tot vrede neigt, dient gij ook tot vrede geneigd te zijn …”(8:61).

Tijdens een militaire oorlogvoering dienen bepaalde regels in acht gehouden te worden:

– Alleen naties kunnen elkaar de oorlog verklaren, individuen niet.

– De jihad kan geen offensieve actie omvatten of oorlog om persoonlijke redenen of nationalistische conflicten.

– Er mag geen sprake zijn van blindelings moorden en roven.

– Vrouwen, kinderen en ouderen mogen niet opzettelijk gedood worden.

– Bomen en gewassen mogen niet vernield worden.

Wat houdt moedjaddid in?

Onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, is de Zegel der Profeten. Na hem zullen geen nieuwe profeten meer gestuurd worden.

Mohammed is niet de vader van één van jullie mannen, maar hij is de boodschapper van Allah en de laatste der profeten (Koran 33:40).

Naarmate de tijd verstrekt, zullen verschillende bidah en onzuiverheden in het geloof insluipen.

Dit kan ervoor zorgen dat de gelovigen langzamerhand afstand zullen nemen van het geloof. Ook zullen de continu veranderende leefomstandigheden en nieuwe ontwikkelingen in de samenleving nieuwe religieuze vragen met zich meebrengen. Om het geloof te beschermen tegen alle soorten aanvallen, het geloof te reinigen van bidah en onzuiverheden en om nieuwe ontwikkelingen van die tijd te verenigen met het geloof, stuurt Allah iedere eeuw een moedjaddid.

Onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, vermeldt dat Allah iedere eeuw een moedjaddid zal sturen om het geloof te vernieuwen. (Aboe Dawoed, Melahim 1).

Medjaddid’s vernieuwen het geloof naar zijn originaliteit, dus zij brengen niets nieuws in het geloof. Ze bieden oplossingen voor nieuwe ontwikkelingen en leefomstandigheden aan, in de lijn van de Koran en Soennah. Vaak worden deze moedjaddid’s (h)erkend na hun overlijden, als hun daden vruchten begint af te werpen.

Wat houdt soefisme in?

Soefisme is geen op zichzelf staande religie, noch een stroming binnen de islam. Omgekeerd, is niet alles wat soefisme genoemd wordt, islamitisch. Om te beoordelen of iets als islamitisch beschouwd kan worden, dient dit gewogen en beoordeeld te worden aan de hand van de in de Koran en de praktijk (soennah) van profeet Mohammed (vrede zij met hem) vastgestelde criteria en standaarden. Wanneer een bepaalde soefi praktijk of gebruik dus niet overeenkomt met de gestelde criteria, zal dit als niet-islamitisch beoordeeld worden. Wanneer het echter wel met de criteria overeenstemt, zal het als volkomen islamitisch beschouwd worden. Het soefisme kan in twee brede categorieën verdeeld worden:

• Ten eerste, het echte en authentieke Tasawwoef (soefisme), is ontegenzeggelijk volledig in overeenstemming met de islamitische standaarden en de praktijk van de eerste rechtschapen moslims.

• Ten tweede, het pseudo-soefisme, dat zowel de praktijk van cultische rituelen omvat, is niet in overeenstemming met de soennah; het zijn stromingen die speculatieve mystiek of neoplatonisme in hun praktijk vermengen.

De soefi-ordes die in de tweede categorie vallen, zijn niet met de islam te verenigen. Veel van de verwarring rond het soefisme is ontstaan doordat het soefisme en sommige soefi meesters in het Westen van hun moslim identiteit zijn ontdaan. Zo wordt Mawlana Roemi, een overtuigd moslim en toegewijd volgeling van Mohammed, vrede zij met hem, in het Westen voornamelijk als dichter en humanist afgeschilderd en zijn pad gereduceerd tot het schouwspel van de ronddraaiende derwisjen.

Soefisme is een levenslang proces van spirituele ontwikkeling, dat door verschillende beroemde soefi meesters verschillend wordt beschreven. Junayd definieert het soefisme als een methode waarmee men zich herinnert dat “het zelf zich in Allah verliest” en “permanentie en het bestaan in Allah gevonden worden.” Shibli vat het samen als altijd samen met Allah of in Zijn aanwezigheid zijn, zodat men zich niet met wereldse of andere wereldse zaken bezighoudt. Aboe Mohammad Jarir beschrijft het als het weerstand bieden aan de verleiding van het aardse zelf en slechte eigenschappen en het verwerven van bewonderenswaardige morele kwaliteiten. De moeilijkheid van het met woorden proberen te definiëren van soefisme is dat het eerder iets is dat geleefd en in praktijk gebracht wordt dan dat het een theoretische discipline is.

Al deze definities zouden kunnen worden samengevat in de volgende brede definitie: “Soefisme betekent een leven leiden dat zich centreert rond kennis en liefde van Allah.” De spirituele geneugten die daar het gevolg van zijn, betreffen het verwerven van engelachtige eigenschappen en gedrag. Deze kan men verwerven door zichzelf van de menselijke zwakheden en aangeboren beperkingen te bevrijden. Wanneer Tasawwoef op deze manier gedefinieerd wordt, is het niet alleen een islamitische discipline, maar vormt het als een praktische en spirituele realiteit, zelfs de essentie van de islam.

Hoe kan een moslim de eerste tien dagen van Dhul Hijjah benutten?

Het verdriet van de scheiding die begint na de eerste helft van de Ramadan neemt toe na de Nacht van Kracht (Laylatul Qadr) en bereikt zijn top met de laatste Tarawih en het laatste vasten. De maand van genade en vergeving (Ramadan) kwam tot zijn einde, als ook de nachten waarin duizend beloningen worden gegeven voor een goede daad. Veel gelovigen die gevoelig zijn voor spiritualiteit lieten tranen lopen en vierden zelfs de Eid (Ramadanfeest) met een zwaar hart.

Het vasten tijdens de maand Shawwal verzachtte onze bedroefde harten enigszins. Het leek even alsof wij de uitbreiding van Ramadan beleefden. De eerste tien dagen van Dhul Hijjah net voor het offerfeest is een soort troostprijs voor onze bedroefde harten die zijn gescheiden van de rijkelijke beloningen en deugdzame aanbiddingen van de Ramadan. Die tien avonden zijn een geweldige kans voor onze enthousiaste harten die huilen met “Ik wilde dat de Ramadan iets langer zou duren.” Of: “Had ik maar beter van de maand Ramadan geprofiteerd.”

Wij weten niet precies voor een geweldige schat de tien nachten inhoudt, die staat genoemd aan het begin van Soera al-Fajr in de Koran: “Bij de tien nachten…”. Hoewel er in sommige bronnen wordt gesteld dat deze tien nachten de laatste tien dagen van Ramadan of de eerste tien dagen van Muharram inhouden, is de algemeen geaccepteerde mening dat die heilige tien dagen, de eerste tien dagen van Dhul Hijjah zijn. Dit zijn de eerste negen dagen voor Eid al-Adha (Offerfeest) en de eerste dag van het Offerfeest, dus totaal tien dagen.

Dhul Hijjah is de maand van de algemene amnestie en vergeving

Dhul Hijjah, die de twaalfde maand van de islamitische kalender is, is de maand van algemene amnestie en vergeving, waarin de aanbidding van hajj (pelgrimstocht) wordt verricht. De tijdsperiode van die heilige maand, zoals hierboven genoemd, wordt ook wel Laylal Ashara genoemd. Dit zijn dus de tien heilige nachten. De tiende dag is de eerste dag van het Offerfeest. De prachtige blijde boodschap van de Zegel der Mensheid (vrede zij met hem) waarmee hij de waarde van de tien dagen uitlegt is als volgt:

“Er zijn geen betere dagen om Allah te aanbidden dan de eerste tien dagen van Dhul Hijjah. Één dag vasten op die dagen staat gelijk aan één jaar vasten; de verrichte gebeden op elke nacht staan gelijk aan de Laylatul Qadr (Nacht van de Kracht). ” (Tirmidhi: Sawm, 52; Ibn Majah: Siyam, 39)

Dat wil dus zeggen dat één dag vasten op die dagen gelijk kan staan aan 360 dagen aan vasten. De genade en zegen van Allah is zo hoog dat Hij de beloning van één jaar geeft voor het vasten van een dag. Is het mogelijk om onverschillig te zijn voor zulke geweldige boodschappen? Het feit dat die nachten lijken op de Laylatul Qadr is een andere schoonheid, omdat de Qadr nacht beter is dan duizend maanden en dus gelijkstaat aan een aanbidding van 83 jaar.

Zeg subhanallah (Glorie zij aan Allah), alhamduliilah (lof aan Allah), la ilaha illallah (er is geen god dan Allah) en Allahuakbar (Allah is de grootste) vaak op deze dagen.

Andere aanmoedigende woorden van de Nobele Profeet Mohammed (vrede zij met hem) luiden:

“Er zijn geen daden meer waard dan die uitgevoerd zijn op de eerste tien dagen van Dhul Hijjah in de ogen van Allah. Zeg tasbih, tahmid, Tahlil en Takbir veel op die dagen! ”

Tasbih betekent Subhanallah; tahmid betekent Alhamdulillah; tahlil betekent La Ilaha Illallah en takbir betekent Allahuakbar. Als we bedenken dat tasbih, tahmid, tahlil en takbir de zaden van de gebeden zijn, kunnen we begrijpen hoe deugdzaam het verrichten van nafilah (optionele/niet-verplichte) gebeden zijn op deze dagen naast de verplichte gebeden uiteraard.

Een andere overlevering ondersteunt de hadith hierboven: “Er is geen andere dag waarin daden deugdzamer en verhevener en mooier in de ogen van Allah zijn dan de eerste tien dagen van Dhul Hijjah …” (Tirmidhi, Sawm: 52; Darimi, Sawm : 52)

De plaats van arafah (de dag voor het Offerfeest) is speciaal

Zoals gezegd zal het vasten op deze dagen veel beloningen en vergeving opbrengen. De status van arafah in deze tien dagen is echter nog specialer. De Nobele Profeet (vrede zij met hem) zei: “Het vasten uitgevoerd op de dag van Arafa is keffarah (schadeloosstelling) voor de zonden van het voorgaande jaar en het komende jaar.” (At-Targhib wa’t-Tarhib Trns, 2. 457)

Abdurrahman, de zoon van Abu Bakr Siddiq (moge Allah tevreden over hen zijn), ging naar de aanwezigheid van de edele Aisha (vrouw van de Profeet). Zij was aan het vasten, maar iemand sprenkelde water op haar vanwege de hitte. Hierop zei Abdurrahman dat ze beter het vasten kan verbreken.

De edele Aisha zei: “Zal ik mijn vasten verbreken terwijl ik hoorde dat de Boodschapper van Allah zei: ‘het vasten op Arafah is keffarah voor het voorgaande jaar’? (at-Targhib wa’t-Tarhib Trns, 2:458).

In een andere overlevering zegt de edele Aisha: “Vasten op de dag van Arafa is als het duizend dagen vasten.” (At-Targhib wa’t-Tarhib Trns, 2. 460)

Hoe kunnen we deze tien dagen benutten?

Allereerst moeten we de vijf dagelijkse gebeden nooit vermijden. Dit zijn de onmisbare aanbiddingen in elke tijd op elke plaats, omdat geen enkele nafilah (optioneel) gebed gelijk kan staan aan het fard (verplichte) gebed. Wij moeten proberen om deze gebeden (bij de mannen) gezamenlijk te verrichten en ze met meer zorgvuldigheid en ontzag te verrichten. Als het mogelijk is, dienen we te vasten en onze tijd te spenderen aan het lezen van de Koran, het vragen van vergiffenis, het reciteren van salawat, dhikr en smeekbedes. Mensen die normaliter niet de optionele gebeden zoals ishraq, awwabin en tahajjud verrichten, zouden hun best moeten doen om ze deze dagen wel te verrichten en om hun uiterste best te doen om de vergiffenis van Allah te verkrijgen.

Om deze vergiffenis en welbehagen van Allah te kunnen verkrijgen, dienen we deze tien dagen te benutten alsof het de laatste tien dagen van Ramadan zijn. Zij die dit niet kunnen doen, zouden op zijn minst de dag van Arafah en de dag ervoor te benutten door te vasten en te aanbidden. In deze tien dagen is het vooral van belang om veel aanbiddingen te doen op de dag van het Offerfeest (vasten op deze dag mag niet!), de dag ervoor Arafah dag, en de dag daarvoor.

Het is deugdzaam om het hoofdstuk van al-Ikhlas vele malen te lezen op de dag van Arafah,omdat Arafah de dag is waarop de eenheid, pracht en grootsheid van Allah wordt gevoeld en verklaard. Daarom is het bij bijvoorbeeld de Hanafi wetschool wajib (verplicht) om de tashriq takbir te reciteren na elk fard gebed; te beginnen vanaf het ochtendgebed op de dag van Arafa tot het namiddaggebed van de vierde dag van het Offerfeest (volgens Hanafi). Het is ook deugdzaam die takbirs te reciteren tijdens die tien dagen als dat mogelijk is.

Miljoenen gelovigen zijn nu in de heilige plaatsen om de Hajj (pelgrimstocht) te verrichten; sommigen doen de rondgang om de Kaaba, sommigen zijn aan het bidden en het jammeren (bijvoorbeeld om de zondes), sommigen laten hun tranen lopen in de Rawda al-Mutahhara (Pure Tuin), waar het graf van de Nobele Profeet Mohammed (vrede zij met hem) ligt in Medina, sommigen doen dhikr en smeekbedes, en sommigen vragen om vergiffenis bij Multazam (het gebied tussen de Kaaba en Hajar al-Aswad). Zij willen allemaal vergiffenis, gratie, succes en leiding van Allah voor henzelf en voor de gelovigen. Allen van hen zullen op de dag van Arafah, op de Arafat berg verzamelen en luidop reciteren “Labbayk, Allahumma Labbayk” en zullen toevlucht zoeken bij de genade van Allah door middel van gebeden en smeekbedes.

Wij kunnen een spirituele toestand bereiken door ons voor te stellen alsof wij de Hajj (pelgrimstocht) verrichten en onszelf te beschouwen tussen de pelgrims. We dienen te bidden en te hopen dat onze smeekbedes worden toegevoegd aan de gebeden en de smeekbedes van de pelgrims.

We dienen niet te vergeten dat het noodzakelijk is om deze dagen volop te gebruiken, zowel kwalitatief als kwantitatief, om de blijde boodschappen te bereiken zoals die zijn overgeleverd van onze Nobele Profeet (v.z.m.h.). Zo kunnen we in een compleet andere stemming komen, de vreugde van aanbidding ervaren en (met de wil van Allah) het Offerfeest bereiken in een status waarin we zijn vergeven door Allah.

* Suggesties om de Tien Dagen volop te kunnen benutten:

Hoewel veel mensen het belang en de waarde van deze dagen kennen, kunnen zij niet een goede planning maken om deze dagen volop te benutten vanwege de dagelijkse routine. Zij vergeten ofwel het belang en spenderen hun tijd om wereldse klussen uit te voeren of ze profiteren er heel weinig van. Hierbij enkele effectieve suggesties:

-Zet de tien dagen elk jaar in jouw agenda of maak er een notitie van en zet het ergens waar je het elke dag kan zien

-Probeer gasten, het reizen of vermoeiend werk te vermijden, welke je bezig kunnen houden tijdens deze tien dagen. Stel dergelijke programma’s uit of probeer deze voor de tien dagen uit te voeren.

-Weerhoud je van het kijken naar voetbalwedstrijden, soaps, nieuws etc. Welke niet belangrijk zijn voor jouw dagelijks leven. Let hier extra op tijdens deze dagen

-Let goed op jouw gezondheid, zodat je geen aanbiddingen of dhikr hoeft te missen. Probeer operaties of andere medische ingrijpen niet in deze dagen in te plannen.

-Als je een huisvrouw bent, of met pensioen of oud, dus iemand die niet de reguliere uren hoeft te werken, profiteer dan zo veel mogelijk van deze tien dagen alsof je in de itikaf bent.

-Als je de reguliere uren wel moet werken, zoals bij studenten en arbeiders het geval, probeer dan zo veel mogelijk te vasten en te aanbidden tijdens je vrije dagen en zo mogelijk dit ook combineren tijdens je werkdagen.

-Probeer je vrije tijd te benutten tijdens je werk of school. Bijvoorbeeld wanneer je pauze hebt, wanneer je in rij staat etc. Je kunt dan Koran, salawat, gebeden of dhikr reciteren.

-Probeer een kleine Koran of gebedenboekjes bij je te dragen. Het zal handig zijn wanneer je paar pagina’s wilt lezen wanneer je er even tijd voor hebt.

-Als je niet weet hoe je de Koran moet lezen, zul je vele beloningen ontvangen als je de hoofdstukken die je wel kent vele malen (van harte) te reciteren.

-Probeer het te doen met minder slaap tijdens deze nachten en nuttig dingen als thee en koffie welke jou meer wakker kunnen houden.

-Als je niet de volle negen dagen kunt vasten, probeer dan te vasten op welke dag je maar kunt vasten.

-Probeer jouw boodschappen voor het Offerfeest en het kopen van het offerdier te kopen voor deze tien dagen, zodat het je tijd bespaart.

Heeft de vormgeving van een moskee betekenis?

In elke moskee zijn vier basiskenmerken terug te vinden. De mihrab is de plek waar de imam dagelijks de gebeden voorgaat en geeft de richting van de Kaba aan, de oudste plaats van aanbidding in de menselijke geschiedenis en staat in Mekka. De mimber is het gedeelte met een trap, dat door de imam gebruikt wordt om op vrijdag de preek voor te dragen aan de gemeenschap. Het zorgt ervoor dat de imam en de gemeenschap elkaar kunnen zien. De grote binnenplaats in het midden is de open ruimte waar mensen hun gebeden verrichten. Eén of meer torens, die minaretten genoemd worden, worden gebruikt om de mensen tot het gebed op te roepen door een specifieke passage te reciteren, die de adhan genoemd wordt.

Omdat moslims tijdens hun gebeden op de grond knielen en vooroverbuigen (prosternatie; dit woord komt niet voor in het Nederlanse woordenboek maar is ook niet per definitie fout. In Engels: prostration) doen, is het zeer belangrijk dat de moskee schoon is. Om het binnen zo schoon mogelijk te houden, betreden moslims de moskee niet met schoenen en brengen zij geen eten of drinken mee in een moskee. De eenvoud van het interieur, de schoonheid van de natuurlijke versieringen en de properheid scheppen een spirituele en vredige sfeer die de basis vormt om hart en geest te verheffen.

Naarmate de islamitische kunst zich in de loop der tijd begon te ontwikkelen, hebben de attributen en architectuur van de moskee een zekere symboliek gekregen. Hierbij is het belangrijk om op te merken dat de symboliek afkomstig is van de architect of kunstenaar en niet noodzakelijkerwijs uit de religie zelf afkomstig is.

In de klassieke Ottomaanse moskeeën werd vaak gebruik gemaakt van dergelijke symboliek. Zo is de Süleyman-moskee in Istanboel bijvoorbeeld naar het model van de Kaba in Mekka gebouwd. De hoofdzuilen vertegenwoordigen de belangrijkste oude beschavingen uit het pre-islamitisch tijdperk; elke zuil is namelijk samengesteld uit de overblijfselen van een andere beschaving, waaronder: Egypte, Babelonië en Rome. De koepel vertegenwoordigt de islam, die zich uit de erfenis van de mensheid uit het verleden opricht.

De binnenkant van de moskee is het paradijs. De fonteinen van het paradijs worden vertegenwoordigd door een fontein, die tegelijkertijd gebruikt wordt voor de rituele wassingen voor het gebed. De kleuren van het gekleurde glas van de ramen symboliseren de vleugels van de engelen uit het paradijs. Volgens een andere uitleg vertegenwoordigen de vier zuilen, de vier Kaliefen en de koepel Profeet Mohammed, vrede zij met hem. Ook zouden de vier zuilen van het bouwwerk, de vier zuilen (te weten: de vijf dagelijkse gebeden, vasten, bedevaart en liefdadigheid) van de islam kunnen vertegenwoordigen en de koepel het geloof. In zijn biografie legt de architect Sinan uit hoe, aan de hand van de kunststromingen van die tijd, aan dezelfde structuur meerdere betekenissen werden toegekend.

Wat betekent de Sjaria?

Sjaria is een Arabisch woord dat “de weg” die gevolgd moet worden, betekent. Letterlijk betekent het “de weg naar een drinkplaats.” In de breedste zin, bestaat de Sjaria uit wetten, die mensen uit de Koran en de soennah (overleveringen van profeet Mohammed , vrede zij met hem, of hadith, zijn daden en de dingen die hij toestond), de twee belangrijkste bronnen in de islam, hebben afgeleid. De islam biedt richtlijnen voor de relatie tussen mensen en Allah, de relatie van de mens met het universum en de onderlinge relaties van mensen in een samenleving. Sjaria verwijst meestal naar het laatste, waardoor we Sjaria kunnen definiëren als de sociale afspiegeling van de islam.

Hedendaagse wetsystemen bestaan uit een grondwet die een hoogste macht toewijst en wetgevers machtigt om nieuwe regels in te voeren. De islam stelt echter dat mensen in essentie te beperkt zijn om de mens en het leven in zijn totaliteit te kunnen begrijpen. Het is dan ook op z’n minst waarschijnlijk dat de wetgeving en het oordeel van de machthebbers door politieke lobby- groepen of hun eigen menselijke zwakheden en verlangens, gekleurd en beïnvloed kunnen worden. Daarom heeft de wet een aantal tijdloze, vanzelfsprekende en universele principes nodig, die los staan van enig van menselijk ingrijpen, om schendingen van de mensenrechten te voorkomen. Het “recht op leven” is zo’n principe. Wie kan daar iets tegen inbrengen en wie kan zeggen dat het alleen op bepaalde momenten geldt? Aangezien God de mens heeft ontworpen en geschapen, heeft Hij de beste positie om ons de principes van het leven bij te brengen, opdat niemand de rechten van een ander schendt. Daarom heeft alleen God het recht de principes van de wet vast te stellen.

De islamitische geboden en verboden die de kern van de Sjaria vormen, centreren zich rond het beschermen van vijf basale mensenrechten: vrijheid van mening(-suiting en geloof); het recht op leven; het recht op persoonlijk bezit; het recht op voortplanting; en het recht om (zowel geestelijk als fysiek) een gezond leven te leiden.

Hoewel de islam de Goddelijke autoriteit erkent, ligt er een inherente flexibiliteit in de islamitische wet besloten. In engste zin, gaan niet meer dan 80 verzen van een totaal van 6200 verzen in de koran, over wetgeving. In overleg met de inwoners van Medina (moslim en niet-moslimburgers) stelde Profeet Mohammed, vrede zij met hem, de eerste grondwet in de menselijke geschiedenis op. Dit document laat zien dat wanneer mensen zich houden aan de principes die in de Koran uiteengezet worden, ze in staat zijn zichzelf te besturen. Een van deze principes is de sterke nadruk op rechtvaardigheid, die de aard van de Sjaria onderstreept.

De Koran verklaart: “God gebiedt u het openbaar bestuur over te laten aan mensen met de juiste kwalificaties en rechtvaardig te oordelen wanneer u tussen mensen rechtspreekt.” (4:58).

Al meer dan duizend jaar vormt de Sjaria voor moslims met uiteenlopende politieke, demografische, culturele en raciale achtergronden, een gemeenschappelijke bron voor wetgeving en ethiek. Moslims genoten 1400 jaar eerder dan de ontwikkelde landen, de voordelen van een hoogwaardig rechtssysteem. De islam introduceerde de theorie en praktijk van het begrip “de regel van de wetgeving” in de omvangrijke moslimwereld. In de islam heeft het begrip “regel van de wet”een dubbele betekenis. Zo betekent het niet alleen dat de wet op iedereen in gelijke mate van toepassing is, maar ook dat regelgevers gelijk zijn aan een ieder van ons. Dat ze niet oppermachtig zijn en niet boven een aantal onveranderlijke principes staan. Dit geeft de wet een sterkere basis (4:135).

Het Arabische word “hadith” betekent een “gesproken woord” of een “gezegde”. In islamitische context verwijst het naar de opgetekende woorden van Profeet Mohammed, vrede zij met hem. De boeken waren in deze zijn verzameld, worden “hadith boeken” genoemd. Er bestaan zes populaire verzamelingen van authentieke hadith.

Dit zijn de verzamelingen van Boechari, Moeslim, Abu Davud, Nisai, Tirmidhi en Ibn Maja. Vanwege de strenge criteria die Boechari en Moeslim hebben toegepast om op objectieve wijze aan te tonen dat een verhaal authentiek is, nemen die van deze twee, een bijzondere plaats in. Een van de tien criteria die Boechari toepaste om te bewijzen dat een verhaal authentiek was, was bijvoorbeeld dat er bewijs moest zijn van een aaneengesloten keten van mensen die tijdens de periode waarin het verhaal zich afspeelde, leefden en elkaar daadwerkelijk gekend hadden. Wanneer alle zes verzamelingen gecombineerd worden, zijn er meer dan 9.000 vertellingen, waarbij de overlappende verhalen niet meegeteld worden. Ervan uitgaand dat dit een selectie is uit meer dan 100.000 verhalen, hebben moslims een hoge mate van vertrouwen in hun authenticiteit.

In de tijd van Profeet Mohammed, vrede zij met hem, werd de wetgeving werd zo stellig ingevoerd dat, hoewel er geen politiemacht was, de criminaliteit vrijwel te verwaarlozen was. Een joodse burger klaagde Ali, de vierde kalief en schoonzoon van de Profeet, vrede zij met hem, aan, omdat Ali hem ervan beschuldigde zijn schild gestolen te hebben. Omdat Ali niet kon bewijzen dat het schild van hem was, verloor hij de zaak. Toen de rechter Ali vroeg of hij aangedaan was, gaf hij een opmerkelijk antwoord, dat het gevoel van rechtvaardigheid laat zien, dat bereikt werd op een moment waarop de rest van de wereld nog geen echte wettelijke regels kende. Hij antwoordde: “Ik ben aangedaan omdat u, toen u ons vroeg om te gaan staan, tegen de eiser zei: ‘O, u joods persoon’ zei en tegen mij ‘O, kalief van de moslims’.

Dit zie ik als onrechtvaardigheid tegenover de eiser.” Op dezelfde wijze werd de Ottomaanse Sultan Mehmet II schuldig bevonden aan het ten onrechte straffen van een van zijn niet-moslim ingenieurs voor het maken van een fout bij de bouw van het Topkapi Paleis. Hij moest een hoge boete betalen uit eigen zak. Dit zijn slechts twee van vele voorbeelden uit de islamitische geschiedenis, die laten zien dat het staatshoofd voor de wet gelijk is aan een arme, een moslim geen voorkeursbehandeling geniet ten opzichte van een niet-moslim en het recht, ongeacht de eiser of de inhoud van de zaak, zal zegevieren.

Met hun oproep tot het invoeren van de Sjaria willen sommige moslims terug naar een rechtssysteem dat op de islam is gebaseerd. Wat ze eigenlijk willen is vrijheid, rechtvaardigheid en een einde maken aan wetten die alleen in dienst van een militaire dictator staan of een onderdrukkend seculier regime dat een snel veranderende samenleving lijkt tegen te houden. Aangezien moslims zeer succesvol en gelukkig waren, toen ze een op Allah georiënteerde samenleving hadden, geloven zij dat hun problemen zullen eindigen door terug te keren naar een op de islam gebaseerde sociale orde.

Wat houdt de nacht van Lailatoel Beraat in?

Lailatoel Beraat is één van de heilige nachten in de Islam. Het is in de nacht van de 14e van Sjabaan die overgaat in de 15e. Beraat betekent: Dichterbij de verlossing staan. Deze nacht is gezegend door Allah en wordt ook wel wordt ook wel de ‘nacht van de Genade’ genoemd. Als moslims deze nacht met aanbidding doorbrengen zal Allah insja’Allah hen zegenen en hun zonden vergeven zodat ze gezuiverd worden.

Onze geliefde Profeet, vrede en zegeningen zij met hem, heeft hierover het volgende vermeldt: “Wanneer het de 15e nacht van Sjabaan is, sta dan op voor de aanbidding van Allah, en vast die dag overdag. Want die nacht, wanneer de zon is ondergegaan, vanaf dat moment tot dageraad (ochtendschemering) zal Allah zeggen: ” Is er niemand die mij om vergeving vraagt? Zodat ik hem zal vergeven. Is er niemand die mij om gunsten vraagt? Zodat ik hem gunsten kan geven. Is er niemand die in problemen verkeert? Zodat ik hem verlossing kan geven. ” (Ibn Madjah)

Wie zijn de Ashabi Soeffa’s?

De Masjid an-Nabawi was al gedurende het leven van de Profeet, vrede zij met hem, het sociale centrum van de stad Medina, een school, gebedsruimte en het huis van de Profeet, vrede zij met hem. Een deel van de Masjid an-Nabawi was bestemd als internaat voor 400-500 jongeren, de zogenoemde ‘Ashabi Soeffa’. Dit waren jonge, dakloze en ongehuwde metgezellen zonder naasten die zich toewijdden aan het opdoen van kennis en het memoriseren van de Koran onder begeleiding van de Profeet, vrede zij met hem.

Aboe Hoerayra (r.a.) overleverde de volgende gebeurtenis:

“Ik leidde honger en bond soms zelfs een steen op mijn buik om mijn honger te stelpen. Op een dag zat ik langs een openbare weg en op een gegeven ogenblik liep de Boodschapper van Allah langs. Hij begreep mijn toestand en riep ‘O Aboe Hoerayra kom met mij mee!’

We gingen samen naar zijn huis. Hij trad zijn huis binnen. Ik vroeg om toestemming om ook binnen te treden. Vervolgens ging ik ook naar binnen. Hij vond een vat met melk en vroeg waar het vandaan kwam. ‘Iemand heeft het als gift gestuurd’ werd gereageerd. Vervolgens beviel hij mij, ‘O Aboe Hoerayra, ga naar de Ashabi Soeffa en roep hen naar mij toe!’.

De Ashabi Soeffa waren de gasten van de islam. Ze hadden geen gezinnen, goederen en dergelijke. Als de Boodschapper van Allah een cadeau ontving dan bewaarde hij een deel voor zichzelf en stuurde hij het overige deel naar hen. Indien hij aalmoes ontving wat bestemd is voor hem of zijn gezin dan stuurde hij dit in zijn geheel door naar de Ashabi Soeffa. Hij bewaarde niks voor zichzelf!

Het bevel van de Boodschapper van Allah beviel mij niet. Ik dacht bij mijzelf namelijk dat ik wel het hele vat in mijn eentje op zou kunnen drinken om vervolgens weer op de been te kunnen komen. Als ik het melk zou delen met de Ashabi Soeffa zou er niks voor mij overblijven, dat wist ik. Echter, er was geen ander optie dan het gehoorzamen van het bevel van de Boodschapper van Allah.

Ik ging vervolgens naar de Ashabi Soeffa en riep hen naar de Profeet. Vervolgens kwamen zij en namen plaats bij de Profeet. De Profeet, vrede zij met hem, vroeg mij om hen het vat met melk aan te reiken. Ik pakte ’t vat met melk en gaf het aan de metgezellen van de Ashabi Soeffa. Ieder van hen dronk tot ze verzadigd raakten en gaven ‘t vat door aan elkaar. Nadat de laatste metgezel van de Ashabi Soeffa van het melk gedronken had gaf ik het vat aan de Boodschapper van Allah.

Er was maar weinig melk over in het vat. Hij keek op naar mij en glimlachte en zei ‘Aboe Hourayrra, wij zijn de enige die nog niet gedronken hebben’. Waar ik bevestigend op antwoordde. Vervolgens zei Hij: ‘Zit en drink ook van het melk’. Ik zat en begon te drinken. ‘Drink nog meer’ zei hij. Hij drong mij steeds aan om nog meer te drinken. ‘Meer, meer’ zei Hij. Tot slot antwoordde ik ‘Ik zweer bij Allah die jou met het ware geloof heeft gestuurd, ik heb geen ruimte over in mijn maag om meer te drinken.’ De Profeet zei vervolgens: ‘Geef het vat dan maar door aan mij’. Ik reikte Hem het vat toe. Hij dankte Allah en dronk de resterende melk uit het vat op.” (Boechari, 4/89; Tirmidhi, 4/648-649)

Wat is de betekenis van het woord islam?

Letterlijk, betekent het woord ‘islam’ ‘onderwerping’ of ‘overgave’ en betekent het woord ‘moslim,’ ‘degene die zich heeft onderworpen (of overgegeven).’ Het woord ‘islam’ is afgeleid van de stam ‘seleme’ wat in het Arabisch ‘vrede’ betekent. In religieus opzicht, wordt een moslim dus gedefinieerd als iemand die zich in het diepste vertrouwen heeft onderworpen (of overgegeven) aan Allah en als gevolg daarvan vrede met zichzelf en met zijn of haar sociale en natuurlijke omgeving heeft (bereikt).

Deze definitie komt overeen met hoe wij het universum waarnemen. Bedenk hoe iedere entiteit in het universum bepaalde natuurwetten volgt. De aarde volgt altijd dezelfde weg die Allah voor haar bepaald heeft. Op een bepaalde manier, heeft de aarde zich aan Allah onderworpen. Bedenk hoe bijen voortdurend honing maken en spinnen voortdurend hun webben weven. Door in overeenstemming met de van tevoren voor hen bepaalde geaardheid te leven, hebben de bij en spin zich ook onderworpen aan Allah. Op die manier zouden we dus de aarde en de bij moslim kunnen noemen. Eigenlijk kan iedereen die zich aan Allah onderworpen heeft, als moslim beschouwd worden.

Is de islam een nieuwe religie?

De islam is geen nieuwe religie. De Koran, het heilige boek van de islam, vertelt ons dat de waarheden die het bevat in essentie dezelfde zijn als die Allah door de eeuwen heen aan de mensheid heeft geopenbaard. Zo is de islam, voor een op de vijf mensen in de wereld, zowel een religie als een manier van leven, die uit vier fundamentele en elkaar aanvullende aspecten bestaat.

• Het verklaart het bestaan en verbindt het leven van de mens op een manier met Allah en het universum, die het verstand en het hart bevalt.

• Het laat zien hoe het geloof in engelen, profeten, heilige geschriften, het hiernamaals en de Goddelijke Beschikking op een natuurlijke wijze voortvloeien uit het geloof in Eén ware God.

• Het beschrijft het erkennen en aanbidden van Allah als de belangrijkste functie van het menselijk bestaan.

• Tenslotte biedt de islam universele en tijdloze principes voor menselijk en moreel gedrag om er voor te zorgen dat de voortdurende menselijke ontwikkeling zal resulteren in individueel en gemeenschappelijk geluk.

Gezamenlijk voorzien deze vier aspecten van de Islam moslims van een diepgaande zelfrealisatie en betekenis, een stevige overtuiging en een sterke toewijding aan de beoefening ervan.

Welke functie heeft een imam in de moskee?

Het woord imam betekent letterlijk iemand die “vooraan staat”. In religieuze terminologie wordt er verwezen naar degene die het gebed in een congregatie van moslims leidt. De imam houdt gewoonlijk ook de vrijdagspreek. Omdat er in de islam geen sacramenten als huwelijk, doop, biecht etc. bestaan, die alleen onder supervisie van ingewijde mensen verricht mogen worden, hoeft een imam niet gezalfd te zijn om religieuze taken te kunnen verrichten.

Ten tijde van Profeet Mohammed, vrede zij met hem, leidde hij alle gebeden in de moskee. Als hij ziek was of de stad uit was, wees hij een van zijn metgezellen aan die de Koran goed kende om de gebeden tijdelijk te leiden. Ook wees hij imams aan om de gebeden in andere moskeeën, die tijdens zijn leven werden opgericht, te leiden. Deze toewijzing door Mohammed, vrede zij met hem, werd nooit als een inwijding opgevat, maar eenvoudigweg gezien als een opdracht om een taak te vervullen.

Na het heengaan van de Profeet, vrede zij met hem, gaven moslims gewoonlijk de voorkeur aan mensen met gedegen kennis van de Koran om als semipermanente imam in de moskee op te treden. De functie van fulltime, betaalde imam ontstond pas veel later, toen donateurs (vaqf), die moskeeën lieten bouwen en onderhielden, ook de imams selecteerden. Een grote moskee met een grote congregatie had meer dan één imam. Tijdens het Ottomaanse Rijk, koos de Sultan, die gewoonlijk de lokale selectie goedkeurde, de imam uit. In het gebied dat de imam diende, had hij bepaalde wettelijke, sociale en religieuze taken.

In sommige landen met een moslimmeerderheid, zoals Turkije, is er een afdeling van religieuze zaken. Deze afdeling bestaat uit imam personeel en kent een bestuurlijke hiërarchie. Seculiere regeringen of militaire dictators richten deze afdelingen gewoonlijk op om enige controle op de religie uit te kunnen oefenen. Shi’itische moslims kennen meestal een hiërarchie van geestelijken, die in rang oploopt van Groot Ayatollah tot Moellah. Deze worden als de geleerde klasse van de Shi’itische moslims beschouwd. Tegenwoordig zijn er zeer weinig moslimlanden (Bosnië is een voorbeeld) waar religieuze leiders volledig onafhankelijk zijn.

Tegenwoordig wijst, in de meeste moskeeën in westerse landen, het moskeebestuur zijn eigen imam aan. Indien er geen fulltime imam is of wanneer deze voor een bepaalde gebedsdienst afwezig is, vindt er gewoonlijk een democratisch proces plaats. Iedere moslim in de congregatie, die de Koran goed kent en weet hoe hij een gebed moet leiden (dit geldt voor vrijwel alle praktiserende moslims), kan worden uitgenodigd om het gebed te leiden.

Aangezien de islam geen “kerkelijk” orgaan kent, worden moskeeën meestal door rijke mensen of non-profit organisaties gebouwd. Wanneer iemand een moskee laat bouwen, draagt de persoon deze, voor gebruik van de gemeenschap, op aan Allah en doet hij of zij voor altijd afstand van het eigenaarschap ervan. Hierdoor is elke moskee onafhankelijk. In theorie bestaan er geen grenzen aan hoeveel moskeeën er in een bepaald gebied gebouwd mogen worden. In Australië hebben migrantengemeenschappen de bouw van moskeeën bekostigd. Het gevolg daarvan is dat een bepaalde etnische gemeenschap een dominant deel van de congregatie vormt. Toch kan een moslim in elke moskee die op een makkelijk te bereiken plaats is en waar hij of zij het meest bij gebaat is, bidden.

Hoewel er geen geestelijkheid bestaat in de islam, heeft Profeet Mohammed, vrede zij met hem, gezegd dat de oelema (geleerden) de erfgenamen van de islam zijn. Geleerde mannen en vrouwen, die zich aan religieuze studie en onderwijs wijdden, zijn altijd de weldoeners van de islam geweest. Door kennis in de vorm van een diploma (ijazah) van docent aan leerling door te geven, werd de legitimiteit van de kennis gewaarborgd. De grootste geleerden, die zich alle islamitische wetenschappen eigen wisten te maken, werden moejtahids genoemd en konden de islamitische wet door middel van deductieve logica interpreteren. Een moefti was iemand die religieuze oordelen velde in een lokaal gebied. Tegenwoordig zijn moslims met verschillende opleidingsachtergronden, steeds vaker betrokken bij religieuze studie en onderwijs.

Een vrouw kan het gebed in een congregatie van vrouwen leiden. Omdat een vrouw in praktische zin niet voor een man in gebed mag staan, leiden vrouwen geen gemengde congregaties. Vrouwen slaan de tussenstap van de rol van imam meestal over en bekleden hogere rollen voor geleerden. In de islam kunnen zowel vrouwen als mannen religieuze leiderschapsrollen op zich nemen, mits zij hun kennis en spirituele inzicht bewezen hebben. Hierbij werkt men met een verkiezingsproces door de gemeenschap. In het verleden waren er grote vrouwelijke geleerden en spirituele leiders, zoals A’isha, de vrouw van Mohammed, vrede zij met hem, en Rabi’a al Adawiya (d 796) die haar kennis en spirituele inzichten aan zowel vrouwen als mannen doorgaf.